Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Solidair met de verdrukten

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Solidair met de verdrukten

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

In 1999 schreef RD-recensent Arie Verhoef kritisch over een boek van Theun de Vries, jarenlang het boegbeeld van de Communistische Partij van Nederland (CPN). „De gereformeerde rechters bijvoorbeeld heeft Theun de Vries zo donker mogelijk afgeschilderd, opdat de gestalte van Torrentius als profeet van de vrije gedachte zo fel mogelijk zou oplichten.

Deze zinsnede staat in de recent verschenen biografie over Theun de Vries van historicus Jos Perry. Verhoef had toen ”Torrentius. Het feest en de storm” (1998) onder handen en vond dat De Vries de kunstenaar Torrentius te mooi afschilderde. Daarmee stipte hij precies datgene aan waar het Theun de Vries altijd om doen was. Als schrijver met een boodschap koos hij voor de onderdrukte, de vervolgde, de arbeider. En zijn focus lag bij de revolte; vrijheid, vrijzinnigheid en dynamiek, rebellie, opstand en solidair zijn met verdrukten en vervolgden.

Theun de Vries (1907-2005) behoort tot de canon van de Nederlandse literatuur. In menig Nederlandse boekenkast staat wel een pennenvrucht van deze man, die grote bekendheid in eigen land verwierf met ”Het meisje met het rode haar”, over de Haarlemse verzetsstrijdster Hannie Schaft.

In gereformeerd-bevindelijke kring zal Theun de Vries nu niet zó bekend meer zijn, deze zelfverklaarde atheïst die zich al jong bekeerde tot het communisme, hoewel hij afkomstig was uit een doopsgezind nest uit het Friese Veenwouden. De Vries zou het communisme zien opstaan (Oktoberrevolutie 1917), ‘blinken’ en verzinken (de val van de Muur 1989) en al die tijd bleef hij loyaal, hoewel hij er later afstand van nam en in 1971 brak met de CPN.

Marxisme

Zijn eerste biografische roman, ”Rembrandt” (1931), kondigde al zijn latere keus voor het marxisme aan. Zijn interesse voor de Sovjet-Unie groeide en in 1932 sloot hij zich aan bij de CPN. In 1936 publiceerde hij ”Stiefmoeder aarde”, waarmee hij echt doorbrak, en dat samen met het latere ”Het rad der fortuin” de geschiedenis vormde van een Friese boerenfamilie, de Wiarda’s – bij wijze van spreken de voorloper van Oek de Jongs kroniek over de Roorda’s (”Pier en oceaan”, 2012).

Jos Perry neemt de lezer mee door het leven van deze eigenzinnige schrijver van Friese origine die een bizarre politieke voorkeur ontwikkelde en daardoor zichzelf weleens gijzelde. Hij verklaart hoe en waarom De Vries voor bepaalde historische personages kiest. Zo verkiest hij Maurits boven Van Oldenbarneveldt. De raadspensionaris behoort tot het kamp van de regenten en oligarchen, Maurits staat aan de kant van de democratie en de toekomst. En als er iets wringt of als iets in het voordeel van Van Oldenbarneveldt speelt, dan weet De Vries het zo te spelen dat de raadpensionaris de contrarevolutionair is die tegen de ontwikkeling van de gebeurtenissen ingaat en die je dan wel mag bewonderen, maar niet kunt liefhebben.

Die radicale stellingneming kenmerkt De Vries zijn hele leven bij al zijn plots en personages. Dat maakte hem blind voor de schaduwkanten van het communisme. Het pact tussen Hitler en Stalin stelde zijn loyaliteit voor het eerst zwaar op de proef, toch twijfelde hij niet aan de juistheid van de koers van de kameraden. En dat in de latere Sovjet-Unie kunst en cultuur ondergeschikt werden gemaakt aan de eisen van de propaganda, vond hij zelfs gerechtvaardigd – hij, de man, die nota bene samen met ongeveer 200 kunstenaars en intellectuelen een front had gevormd tegen de Duitse terreur en die in 1944 in Kamp Amersfoort gevangen had gezeten.

Stalin

Perry beschrijft hoe De Vries zich liet onthalen achter het IJzeren Gordijn. Het waren surrealistische taferelen, daar achter de Muur, waar westerse schrijvers kennismaakten met de geneugten van de heilstaat. In 1953 defileerde De Vries langs de baar van Stalin en schudde hij in Peking de hand van Mao. Hoewel hij een scherpe blik had, zag of wilde hij hen niet zien: de kinderen die door de revolutie zelf werden opgegeten. Schokkender dan de dood van zijn vader was voor Theun de Vries het nieuws dat kameraad Chroesjtjsov een boekje opendeed over de terreur van Stalin, in 1956.

Pas in Cuba begon het te kietelen; de wijze waarop het communisme daar gestalte kreeg, vond hij maar niets. Veel later liet De Vries zich hard uit over de excessen van het regime van Stalin en diens opvolgers.

Zijn eigenzinnigheid en marxistisch engagement dreef hem bij anderen vandaan. Een grote misser was dat hij zich van Sovjetschrijver Boris Pasternak distantieerde toen die de Nobelprijs voor de vrede ontving, in 1958. De Vries bezag dat als „een demonstratie van Sowjet-haat”, waarmee hij zich de woede van bijkans heel Nederland op de hals haalde.

Neemt niet weg dat Theun de Vries een groot schrijver was, wiens werk ten slotte ook in Nederland werd bekroond. De erkenning kwam niet uit Moskou of Havana, maar uit Nederland. Op 23 september 1963 mocht Theun de Vries de P. C. Hooft-prijs 1962 in ontvangst nemen voor zijn hele oeuvre. Later volgden onder meer een eredoctoraat en de Verzetsprijs (1987).

New York

Aan het eind van zijn leven was De Vries meer een oude doper dan een steile communist en voelde hij zich verwant met Spinoza als het ging om de noodzaak om het leven op aarde te veranderen en te humaniseren. Hij wilde deel uitmaken van de bezielden, de strijders.

Bovenal was Theun de Vries schrijver. Hij is de auteur van een veelomvattend oeuvre van (sociale en historische) romans, verhalen, gedichten, essays, hoorspelen, biografieën en brieven. Hij draaide nergens zijn hand voor om. Zonder ooit in New York geweest te zijn, schreef hij voor de vuist weg een roman die daar was gesitueerd. Dik in de tachtig experimenteerde hij met nieuwe genres. Een levend monument met een negentiende-eeuws taalgebruik werd hij genoemd, het kon hem niet deren, hij bleef schrijven zoals hij dat altijd had gedaan, tomeloos.

Perry wilde boven water krijgen hoe de literator De Vries en de wereldverbeteraar De Vries zich tot elkaar verhouden. Hij komt dan tot de conclusie dat ze elkaar in de weg zaten, maar elkaar ook inspireerden. De literator wist de spagaat die kon ontstaan tussen zijn bolsjewisme en zijn metier als schrijver, goed te hanteren.

Schrijven met een boodschap kan, stelde Hans Werkman in het Nederlands Dagblad (30-8). „Theun de Vries toont aan dat literatuur vanuit een levensbeschouwing mogelijk is. Dit geldt voor marxisme, christendom (protestant of katholiek), taoïsme, of wat dan ook.”

Het is jammer dat in deze uitgave geen katern met foto’s is opgenomen, zoals dat bijvoorbeeld wel is gedaan in de biografie van verzetsheld Pim Boellaard (2008) van Jolande Withuis. Dat had ”Revolte is leven” een tikje minder grijs gemaakt en: het oog wil ook wat.


Boekgegevens

Revolte is leven. Biografie van Theun de Vries (1907-2005), Jos Perry; uitg. Ambo/Anthos, Amsterdam, 2013; ISBN 978 90 2631 983 9; 408 blz.; € 34,95.

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 14 september 2013

Reformatorisch Dagblad | 20 Pagina's

Solidair met de verdrukten

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 14 september 2013

Reformatorisch Dagblad | 20 Pagina's