Versobering kindsubsidies is opnieuw nivellering
DEN HAAG. Na de maatregelen in de belastingsfeer, is ook de gisteren door minister Asscher gepresenteerde versobering van de kindregelingen naast een besparing óók een belangrijke nivellering.
Zelf probeerde Asscher (PvdA) dat beeld gisteren uit alle macht te vermijden. Vanuit het niets benadrukte hij tijdens de presentatie van zijn plannen dat het kabinet er niet voor heeft gekozen om de kinderbijslag inkomensafhankelijk te maken. „De vertrouwde kinderbijslag voor alle mensen, rijk of arm, blijft dus gewoon bestaan”, aldus de minister van Sociale Zaken.
De kinderbijslag blijft inderdaad inkomensonafhankelijk, maar deels is dat semantiek doordat Asscher er een flinke hap uitneemt die hij vervolgens overhevelt naar het kindgebonden budget dat alleen huishoudens met lagere inkomens ontvangen. Daarmee veroorzaakt de snoeimaatregel in de kindregelingen wel degelijk een herverdeling van hogere naar lagere inkomens, of in andere woorden: een nivellering.
In totaal levert 91 procent van de huishoudens koopkracht in, vooral doordat de kinderbijslag voor oudere kinderen (tot 91 euro per maand) wordt verlaagd naar het bedrag voor jonge kinderen (64 euro per maand).
Omdat lage inkomens voor die maatregel deels worden gecompenseerd via een hoger kindgebonden budget, gaan hogere inkomens er sterker op achteruit.
Vooral gezinnen met oudere kinderen zijn daarbij de dupe, omdat niet alleen de kinderbijslag lager wordt, maar ook de regeling voor gratis schoolboeken vervalt en opnieuw alleen lagere inkomens hiervoor worden gecompenseerd.
Negen procent van de huishoudens gaat er niet op achteruit of zelfs op vooruit. Omdat het kabinet werken meer wil laten lonen, zien bijvoorbeeld werkende alleenstaande ouders met een minimumloon hun inkomen zelfs tot 10,5 procent stijgen. Daartegenover staat dat alleenstaande ouders met een uitkering tot enkele procenten zullen moeten inleveren.
Asscher verwees gisteren naar de plannen van zijn voorganger Kamp, die in het vorige kabinet een soortgelijke bezuiniging op de kindregelingen beoogde. Belangrijk verschil met de plannen van toen is dat waar het huidige kabinet het geld vooral weghaalt bij de kinderbijslag, Kamp met name wilde snoeien in het inkomensafhankelijke kindgebonden budget en de kinderopvangtoeslag.
De switch naar de kinderbijslag lijkt daarmee vooral een geste richting de PvdA van de VVD, die van nature weinig opheeft met inkomensafhankelijke regelingen. „Als het aan links ligt, hebben we dadelijk ook inkomensafhankelijke krentenbollen”, sprak premier Rutte dikwijls. En dat terwijl de PvdA de kinderbijslag het liefst (evenals D66, GroenLinks en de SP) geheel inkomensafhankelijk wil maken.
Juist vanwege de nivellerende werking van de plannen en de effecten voor met name grote gezinnen, lijkt het kabinet in ieder geval niet te kunnen rekenen op steun van het CDA, de SGP of de ChristenUnie in de Eerste Kamer. Desondanks lijkt een volgende nivellering, deze keer in de toeslagensfeer, een kwestie van tijd.
Om precies te zijn tot Prinsjesdag.
Zie ook pag. 4. en 5.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 4 september 2013
Reformatorisch Dagblad | 20 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 4 september 2013
Reformatorisch Dagblad | 20 Pagina's