Elisa’s vraag

„En hij nam den mantel van Elia, die van hem afgevallen was, en sloeg het water, en zeide: Waar is de Heere, de God van Elia? Ja, Dezelve?”

2 Koningen 2:14a

Waar is de Heere? Het kan de vraag zijn van een jongere die worstelt met de vraag of God bestaat. Het kan de vraag zijn van een oudere die zo graag opnieuw de nabijheid van de Heere zou ondervinden.

De vraag „Waar is de Heere?” is ook de vraag van de profeet Elisa geweest. Elisa is er in zijn tijd door genade een geweest van de zevenduizend die de Heere mochten dienen. Een tijd lang is hij samen met Elia opgetrokken en is hij getuige geweest van de daden van de Heere, de levende God.

Maar nu heeft de Heere Elia van zijn zijde weggenomen en moet hij zonder hem verder. En hoezeer het gemis van Elia er ook bij Elisa geweest is, dat is als hij bij de Jordaan staat niet het diepste wat hem bezighoudt. Elisa vraagt niet: „Waar is Elía?” Nee, hij vraagt naar de Gód van Elia. „Waar is de Heere?” Want zonder die God kan hij niet verder. Persoonlijk niet, maar ook ambtelijk niet.

Maar afgezien van deze eerste betekenis toen en daar in het leven van Elisa, geldt ook hier en nu dat elke ware christen gezalfd is tot profeet om de Naam van Christus te belijden. Het ware geloof wordt gewerkt door de Heilige Geest en Christus werkt en woont door Zijn Geest en Woord in Zijn Kerk, in het hart van elke ware gelovige.

Door onze zonde zijn we allemaal de Heere kwijtgeraakt en kunnen we Hem uit onszelf niet meer vinden. In dat opzicht kan van elk mens gezegd worden: hoe God verdween uit … en vul het dan maar in: uw, jouw en mijn leven.

Het is zelfs zo, dat we, of we nu jong zijn of oud, met of zonder godsdienst, het zonder de levende God wel menen te kunnen uithouden. Dan is de vraag „Waar is de Heere?” in ons leven op z’n hoogst een theoretische vraag, die niet opkomt vanuit ons hart.

Dan is het echter dringend nodig dat u of jij deze vraag tot de uwe en jouwe gaat máken. Om hem vervolgens aan de Heere te gaan stellen. De God van het verbond, de levende God. Juist omdat de Heere u en jou zoekt, wordt u, word jij heel indringend geroepen de drie-enige God te zoeken.

Laat het daarbij een pleitgrond zijn dat de Heere de Heilige Geest zál geven aan hen die Hem daarom bidden (Luk. 11:13). De Geest, Die door Christus is verdiend aan Golgotha’s kruis, waar Hij bij wijze van spreken de vraag van onze tekst tot de Zijne maakte.

Vanwege het werk van Christus is er de vaste belofte van Gods genadige aanwezigheid in een verzondigd leven. Uw persoonlijk leven, huwelijks- en gezinsleven wellicht, een kerkelijk leven waarin zo veel mis is. Wat is er in al die verbanden voor de Heere een reden om te wijken!

In de weg van geloof, bekering en gebed doet de Heere echter ondervinden dat Hij Zichzelf als de drie-enige God aan u kwijt wil. Zie, hier ben Ik. Immanuël.

Oudere generaties vallen weg. Het gemis kan er zijn. In de kerken. In de familie. In het gezin. De God van Elia valt niet weg. Deze God leeft ook nu nog! Dat wil Hij doen ondervinden. Niet waar geklaagd wordt over Hem, wel waar geklaagd wordt tot Hem! In ootmoed en toch ook met verwachting.

Dan is er uitzien en uitzicht: Zijn hulp zal blijken.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen