„Als God niet niet bestaat, bestaat Hij dus wel”
Filosoof Rutten verdedigt nieuw ”godsbewijs” aan Vrije Universiteit
AMSTERDAM – „Het vermeende Godsbewijs dat ik verdedig is geen bewijs, maar een argument, aldus Emanuel Rutten. „Bewijzen doen we in de wiskunde.
Tijdens een bijeenkomst aan de Vrije Universiteit in Amsterdam lichtte Rutten gistermiddag zijn nieuwe „godsbewijs”, oftewel argument voor het bestaan van God, toe. De bijeenkomst was georganiseerd door Icarus, de studievereniging van de faculteiten godgeleerdheid en wijsbegeerte aan de Vrije Universiteit.
Rutten, promovendus bij prof. dr. R. van Woudenberg, werkt aan een proefschrift waarin hij verschillende argumenten voor het bestaan van God behandelt. Gisteren zette hij voor ongeveer vijftig studenten en docenten in met te stellen dat zijn argument handelt over de grond van het bestaan. „Een wereld zonder een laatste oorzaak is onmogelijk. Dit is een intuïtieve uitspraak. Er kan echter ook rationeel worden gesproken over de laatste grond van het bestaan.”
Descartes
Dit illustreert de promovendus, die oktober vorig jaar meedeed in de onlinefilosofieselectie van The New York Times, door zijn argument uiteen te zetten. Dat bestaat uit twee vooronderstellingen en een conclusie. Ten eerste: „Alles wat mogelijk waar is, is mogelijk kenbaar. Als iets niet kenbaar is, is het dus niet waar. Ten tweede: „Het is onmogelijk te weten dat God niet bestaat.”
Ruttens conclusie: „Het is onmogelijk dat God niet bestaat. Als God niet niet bestaat, bestaat God dus wel.”
Volgens de promovendus is de eerste vooronderstelling een algemeen principe uit de kentheorie van René Descartes, een filosoof uit de zeventiende eeuw. De tweede vooronderstelling onderbouwt hij aan de hand van vier criteria. „In de eerste plaats is het bestaan van God niet tegenstrijdig. Er is namelijk geen sprake van een innerlijke tegenstrijdigheid met betrekking tot het mogelijke bestaan van God. Ten tweede is het bestaan van God niet in strijd met onze intuïtie. Bovendien is het onmogelijk om het niet-bestaan van God empirisch te bewijzen. Als laatste hebben we geen onfeilbare getuigen die zeggen dat God niet bestaat.”
Zou een atheïst nu niet het omgekeerde kunnen stellen door te zeggen dat het onmogelijk is te weten dat God wel bestaat? Het resultaat is dan immers precies het omgekeerde: God bestaat niet. Volgens Rutten gaat dit niet op.
Om dit uit te leggen maakt hij gebruik van de methodiek van de zogenaamde mogelijke werelden. Dit zijn denkbeeldige werelden die iedereen zich kan voorstellen en zouden kunnen bestaan.
Rutten: „Stel je een mogelijke wereld voor waarin God bestaat. God weet dan Zelf dat Hij bestaat, als intelligent wezen. Een atheïst heeft deze mogelijkheid niet. Wanneer God niet bestaat, is er niets en niemand meer die dit kan weten, omdat er geen leven na de dood is.”
Kanttekeningen
Als reactie op de lezing plaatste dr. L. B. Decock, docent aan de faculteit wijsbegeerte van de VU, een aantal kanttekeningen bij het verhaal van Rutten. Zo betoogde hij bijvoorbeeld dat er aan de idee van mogelijke werelden een heel aantal bezwaren kleeft.
Ook dr. P. M. Wisse, docent aan de faculteit godgeleerdheid, was kritisch en vroeg zich af of ”God bestaat mogelijk” niet een betere en consistentere conclusie was geweest. Daarbij benadrukte dr. Wisse wel het belang van het werk dat Emanuel Rutten doet. „Godsbewijzen zijn niet onzinnig. Het is goed om buiten het christelijke kader te laten zien dat het christendom verdedigbaar is. Dat heeft de kerk zo’n 1600 jaar gedaan. Pas na Kant hebben we dat afgeleerd.”
Juiste perspectief
Prof. dr. D. M. Grube, hoogleraar Philosophy of Religion aan de Universiteit Utrecht, vraagt zich af of de grond van het zijn dan ook niet satan kan zijn. „Ik zeg alleen dat de grond van het zijn persoonlijk is en moet bestaan. Dit zegt verder niets over morele eigenschappen. Daar zijn andere argumenten voor. We kunnen dus ook niet zeggen of deze God de God van de christenen of Allah is. Maar dat maakt in deze context ook helemaal niets uit.”
Toch is ook hij blij met het werk dat Rutten verzet. „Zijn werk stelt vraagtekens bij het harde denken van de moderniteit. Vaak gebruiken seculiere wetenschappers uitgangspunten die wetenschapsfilosofisch niet meer houdbaar zijn.”
Het is volgens Rutten van belang dat we het argument in het juiste perspectief te zien. „Het is een cumulatief argument. Je moet het niet isoleren van alle andere argumenten die het bestaan van God aannemelijk proberen te maken. Het is een van de argumenten die de zaak van het theïsme tegenover het atheïsme sterker maken.”
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 12 april 2012
Reformatorisch Dagblad | 14 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 12 april 2012
Reformatorisch Dagblad | 14 Pagina's