Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Aangeraakt door een onzichtbare hand

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Aangeraakt door een onzichtbare hand

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Rond het jaar 2000 verscheen de Vlielandtrilogie van Vonne van der Meer. De verhalen over de uiteenlopende personages van wie het leven subtiel een nieuwe wending neemt, vonden een groot publiek ("Eilandgasten" 36 drukken, "De avondboot" 14 en "Laatste seizoen" 5). Haar nieuwe roman, "Zondagavond", toont dat de schrijfster vele pijlen op haar boog heeft. Het is de eerste roman van haar hand die de Tweede Wereldoorlog als achtergrond heeft, terwijl het verhaal je ook aan het denken zet over je eigen leven.

Vonne van der Meer is een vakvrouw. Met bijna terloopse opmerkingen geeft ze trefzeker haar waarnemingen weer. Ze zet je als lezer ook voortdurend op het verkeerde been: blijk je weer te snel geweest te zijn met je gevolgtrekkingen.

De roman is knap gecomponeerd. Eerst een soort proloog waarin Freeke, een van de hoofdpersonen, haar zoon met zijn spullen aflevert in Maastricht waar hij gaat studeren. Ze wil van alles voor hem doen, maar hij werkt haar de deur uit. Dan kan ze nog op tijd in Amsterdam zijn, bij opa, bij wie ze altijd op zondagavond gaat eten. Een gewoon tafereel, aan de hand waarvan de schrijfster ons met Freeke laat kennismaken, nét voor haar leven en dat van de andere twee hoofdpersonen op zijn kop gezet wordt.

Freeke heeft onderweg contact met Gamal, die als kok in het ziekenhuis werkt waar zij plastisch chirurg is. Hij nodigt haar uit voor een etentje. Freeke besluit de uitnodiging aan te nemen. Ze brengt het klaargemaakte eten bij haar vader, Robert Blauwhuis, en vertrekt, zogenaamd omdat ze moet werken. Haar vader heeft heel goed door dat dat een leugen is. De volgende dag zal ze terugkomen, belooft Freeke, en dan heeft ze alle tijd voor zijn verhaal.

Hartaanval

Vader Robert wil zijn verhaal kwijt. Alleen zijn vrouw Evelyne was op de hoogte van de ware toedracht van de gebeurtenis die hem in de ogen van iedereen tot een held gemaakt heeft. Zij besliste dat het een geheim moest blijven. Evelyne is inmiddels overleden, en het lijkt erop dat Robert ook zijn einde voelt naderen. Als zijn dochter vertrokken is, schrijft hij haar een brief.

Hij heeft nog geen rust. Hij probeert eerst een priester te bellen. Dat lukt niet. Dan herinnert hij zich de prostituee die hij na de dood van zijn vrouw een keer voor de liefde betaald heeft. Ook die poging om een gewillig oor te vinden, mislukt. Dan komt Mila onverwacht langs. Mila heeft hij in 1943, toen ze een (Joodse) baby was, naar een onderduikadres gebracht. Haar vertelt hij, nadat ze bijna samen in bed beland zijn, de werkelijke toedracht. Hij was niet dapper, maar uiterst laf, en de wond op zijn wang heeft hij zichzelf toegebracht. Mila heeft haar leven niet aan hem, maar aan een Duitse soldaat te danken.

Mila is ontdaan van het verhaal. Om bij te komen gaat ze even liggen. Als ze een paar uur later wakker wordt, ontdekt ze Robert op de badkamervloer. Hij heeft een hartaanval gehad. Al vrij snel komt Freeke dan ook weer langs, en Robert wordt naar het ziekenhuis overgebracht. Robert ontwaakt niet meer uit de coma. Voor Freeke, met haar medische achtergrond, is hij al dood. Mila denkt dat hij nog wakker kan worden.

De kunstgreep van de auteur is dat Robert zich niet kan verroeren, maar wel alles om hem heen waarneemt. Hij maakt als het ware bewust zijn sterven mee. Ik vraag me af of Vonne van der Meer dit louter doet om de kans te hebben dat verhaal te vertellen, of dat er ook nog iets achter schuilgaat van haar geloof in de onsterfelijkheid van de ziel. Mooi is het hoofdstuk waarin Robert door een priester het laatste oliesel krijgt toegediend - de taal van de priester is als het ware gebeeldhouwd.

Ontnuchterde liefde

De roman heeft als opdracht "voor Len". Uit een interview begreep ik dat Vonne van der Meer al sinds haar achttiende een vrouw kent die in de oorlog kinderen wegbracht naar onderduikadressen. Die Len is nu 87 jaar oud. De schrijfster wilde laten zien hoe moedig dat was door iemand bij een soortgelijke opdracht te laten falen.

Eerst vond ik het onwaarschijnlijk dat Robert zich zo schaamt voor zijn gedrag dat hij daar zijn leven lang over zwijgt - en eronder gebukt gaat. Later begreep ik dat de Robert gefaald heeft op een missie die bedoeld was om te bewijzen dat hij zijn meisje waard was. Ze had hem net verteld dat ze zwanger was. Robert -toen 22 jaar oud- wilde het kind niet. Evelyne zei dat ze desnoods het kind alleen zou krijgen. Robert voelde zich afgewezen: ze kon wel zonder hem, maar niet zonder het kind. "Om Evelyne te doen vergeten dat hij geen vader wilde zijn, was hij over zijn eigen schaduw heen gesprongen. En gevallen."

Zijn dochter zegt dat de bezetter een verrader van haar vader gemaakt heeft. "Als het geen oorlog was geweest, was het laffe in hem waarschijnlijk nooit naar de oppervlakte gekomen." Dat is zeven jaar na zijn dood, en de gevoelens van Freeke zijn dan weer in evenwicht gekomen. Voor haar vader voelt ze een "ontnuchterde liefde."

Mooi om te lezen is hoe Robert ertoe gekomen is te bidden. Na de gebeurtenis met baby Mila heeft hij als een koorddanser geleefd. Hij concentreerde zich tot het uiterste, deed alles heel intens. Zijn dochter begreep na het lezen van zijn biecht dat hij anders de afgrond ingetuimeld zou zijn. Maar toen zijn vrouw dood was, lukte dat niet meer. Hij besefte hoe dankbaar hij was dat Mila de oorlog overleefd had. Die dag dat zij gered werd, werd ook zijn leven gered. Hoe had hij door kunnen leven als zij omgekomen was? Hij ontdekte: "Je kunt niet niets bedanken." En op een dag trof hij zichzelf aan, "op mijn knieën, biddend."

Redder

Het boek eindigt met een epiloog. Zeven jaar na de bewuste zondagavond bezoekt Freeke de soldaat (Heinz Schell) die volgens haar vader de echte redder van Mila was. Haar vader was uit louter dankbaarheid op de knieën gevallen, maar dat zag ze zichzelf niet doen. Ze is geen gelovige geworden, maar ze is wel veranderd.

"Als er een God is, had hij er niets mee te maken, papa. Want waarom greep hij toen wel in en al die andere keren niet? Het was Schells werk of het was stom toeval. Als jij je eerder had gerealiseerd dat Schell jou heeft geholpen, was je hém gaan zoeken en niet God, dat weet ik zeker. Ze keek uit het raam. Nee, zo zeker was ze niet. Want als iemand boven zichzelf uitsteeg, zoals Schell toen, werd hij dan niet aangeraakt door een onzichtbare hand?"

N.a.v. "Zondagavond", door Vonne van der Meer; uitg. Contact, Amsterdam/Antwerpen, 2009; ISBN 978 90 254 2966 9; 176 blz.; 17,95.

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 25 februari 2009

Reformatorisch Dagblad | 20 Pagina's

Aangeraakt door een onzichtbare hand

Bekijk de hele uitgave van woensdag 25 februari 2009

Reformatorisch Dagblad | 20 Pagina's