Shaare Zedekziekenhuis als voorbeeld
Ds. A. Visser: We willen in Israël de dienst der barmhartigheid verrichten, dat is onze taak
Evangelisatie noemt hij niet het doel, wel de hoop van het werk van de Stichting Shaare Zedekziekenhuis Nederland. "We willen de dienst der barmhartigheid verrichten en zo dienend bezig zijn. Dat zien we als onze taak en roeping."
De pastorie van ds. A. Visser, predikant van de hervormde wijkgemeente Eben-Haëzerkerk in Apeldoorn en tot voor kort voorzitter van de Stichting Shaare Zedekziekenhuis, toont al tekenen van onttakeling. Ds. Visser en zijn vrouw worden in de zomer voor de GZB uitgezonden naar Zimbabwe. "Daarom ben ik ook per 1 januari formeel teruggetreden als voorzitter van de Stichting Shaare Zedekziekenhuis. Ik maak de tien jaar net niet vol."
Terugkijkend op het werk voor het ziekenhuis in Jeruzalem overheerst de dankbaarheid. "We zeggen wel eens tegen elkaar dat we de Stichting Shaare Zedekziekenhuis 25 jaar geleden van de mensen gekregen hebben. Destijds voerde het Reformatorisch Dagblad een actie voor het Jeruzalemse ziekenhuis en de respons daarop was overweldigend. Ook nadat de actie al was afgesloten, bleef het geld binnenstromen. Er is toen besloten een aparte stichting op te richten die geld zou blijven inzamelen in Nederland om daarmee het ziekenhuis in Jeruzalem te ondersteunen. Zo is de stichting ontstaan."
In 1997 kreeg ds. Visser een telefoontje van een bestuurslid: of hij ervoor zou voelen ds. E. F. Vergunst als voorzitter van de Stichting Shaare Zedekziekenhuis op te volgen. "Als predikant had ik zeker wel een bepaalde betrekking op Israël. Ik was er ook geweest, maar ik zat er wel een beetje mee dat ik anders ben dan ds. Vergunst. Die was echt het boegbeeld van de stichting. Bijzonder enthousiast en gedreven. Alleen al vanwege het feit dat ik niet met emeritaat ben maar gewoon mijn werk als gemeentepredikant heb, zou ik simpelweg minder tijd aan de stichting kunnen besteden.
We hebben daar toen afspraken over gemaakt en ik heb het, nu terugkijkend, als een bijzonder goede tijd ervaren. We hebben nuttig werk mogen doen voor een ziekenhuis dat naar mijn vaste overtuiging een voorbeeld is voor alle ziekenhuizen in de wereld. Niet omdat daar geen fouten gemaakt worden of omdat daar alles zo goed gaat, maar omdat het ziekenhuis bij alles de beschermwaardigheid van het leven op nummer één heeft staan. Van daaruit wordt gewerkt. En wordt hulp verleend aan werkelijk iedereen, ongeacht afkomst, nationaliteit, godsdienst of ras. Dat vind ik geweldig."
Als voorzitter van de Nederlandse Stichting Shaare Zedekziekenhuis bezocht de predikant het ziekenhuis en raakte hij onder de indruk van wat daar gebeurt. "Shaare Zedek betekent "Poorten der gerechtigheid". Tijdens zo'n bezoek mochten we echt achter die poort kijken en dat imponeerde me. Tegelijk was er bij ons als bestuur, in de tijd dat ik net was aangetreden, ook de vraag hoe we verder moesten met de stichting. Moet je je doelstelling verbreden? Moet je breder inzetten, misschien ook om jongeren gemakkelijker bij het werk van de stichting te kunnen betrekken? We hebben toen toch tegen elkaar gezegd: "Schoenmaker, blijf bij je leest." We moeten nu niet allerlei dingen overhoop gaan halen. Onze doelstelling is dit Jeruzalemse ziekenhuis dichter bij de mensen in Nederland te brengen en daar willen we aan werken."
Koor
De Stichting Shaare Zedekziekenhuis besloot gerichte projecten van het ziekenhuis te sponsoren. "Daarmee maak je het ziekenhuis voor de mensen in Nederland ook concreter", meent ds. Visser. "Zo hebben we onlangs de aankleding van een operatiekamer gesponsord en willen we ons in de komende tijd richten we op de aankleding van de kinderafdeling. Al vele jaren organiseren we ook reizen naar Israël, met een bezoek aan het ziekenhuis. Dat slaat aan."
Naast de stichting ontstond het Shaare Zedekkoor. Ds. Visser: "Mensen die in Israël waren geweest en die betrokken zijn op dat land en op het ziekenhuis, besloten tot de oprichting van het koor met deze naam. Het koor staat overigens helemaal los van de stichting, al zijn er wel bijzonder goede contacten." Hij glimlacht. "De eerlijkheid gebiedt wel te zeggen dat het idee van een koor ook wel een beetje ontsproten is aan het brein van ds. Vergunst. Het koor, dat inmiddels zo'n honderd leden telt, bleek een bijzonder goede turbo op de public relations van onze stichting."
En een goede pr heeft de stichting nodig. "Het donateursbestand van zo'n 7000 begunstigers vergrijst bijvoorbeeld wat", vertelt ds. Visser. "Je merkt dat jongeren moeilijk te binden zijn aan een stichting. Daar bezinnen we ons op. We zijn overigens niet de enige organisatie die hier tegen aanloopt. Het blijkt gewoon steeds moeilijker te worden om bijvoorbeeld op zaterdagavond een kerk vol te krijgen bij een bepaalde activiteit. Dan moet je echt alles uit de kast halen.
Gelukkig timmeren onze vrijwilligers aan de weg en daar is veel waardering voor. We doen het werk voor Shaare Zedek niet voor onszelf, we doen het voor het ziekenhuis. Voor de mensen daar. We doen het pro Deo en we merken dat het in Israël gewaardeerd wordt. We hebben daar ingangen gekregen die er vroeger niet waren. Joden vragen ons waarom wij dit doen. Als christenen. Dat verwachten ze niet. "Wat hebben jullie met ons?" zeggen ze dan. En dan kunnen we uitleggen wat onze drive, onze diepste drijfveer is. Dan komen er gesprekken en dan mag je ook de naam van Jezus noemen en dat je gelooft dat Hij de Messias is. Daar wordt naar geluisterd, daar wordt over doorgesproken en dat is geweldig. We hopen dat we de Joden tot Jezus mogen brengen, omdat er alleen in Hem verlossing is te krijgen. Ook voor hen. Maar we zetten niet in met evangelisatie. Juist dan past ons bescheidenheid. We moeten als christenen nooit vergeten dat we met bloed aan onze handen naar het Joodse volk komen door alles wat er in het verleden in de naam van het christendom is gebeurd."
Ds. Visser maakte het mee dat hij tijdens een lunch met medewerkers van het ziekenhuis gevraagd werd voor te gaan in gebed. "Er zaten ook twee rabbijnen aan tafel. Als je dan de naam van Jezus noemen mag en kunt, is dat bijzonder. Ik heb het ook meegemaakt in gesprekken met mensen. Een vrouw die met me begon te praten over Jesaja 53, een hoofdstuk dat in de synagoge eigenlijk niet gelezen wordt. Als je dan als christen vertelt hoe je zo'n Bijbelgedeelte leest, ontstaat er een diep gesprek. Dat is hoopgevend."
De Stichting Shaare Zedekziekenhuis mag in het ziekenhuis in Jeruzalem geen Bijbels uitdelen met daarin het Nieuwe Testament. Wordt daarmee het werk van een christelijke stichting niet erg beperkt?
"Evangelisatie is niet ons doel, maar wel onze hoop. Inderdaad: nieuwe Testamenten mogen wij niet uitdelen. Evenmin als er in het ziekenhuis Korans uitgedeeld mogen worden. Het is een orthodox-joods ziekenhuis. Daar hebben wij respect voor. Wij zien het niet als onze taak om daar Bijbels uit te delen, maar om aan deze mensen, de beminden om der vaderen wil, de dienst der barmhartigheid te verrichten. We willen niet provoceren, we kennen onze plaats, we weten van ons belaste verleden.
Indirect hopen we tot gesprekken te komen waarin we vertellen dat Jezus de Messias is. We hoeven onze christelijke levensovertuiging niet te verloochenen. Als dat van ons gevraagd werd, zouden we dit werk niet kunnen doen. We spreken openlijk over ons geloof in Jezus, maar we doen dat wel op zo'n manier dat het niet provocerend overkomt. En we hebben het ervaren dat de Heere het gebed, dat er is in je hart als je weer op weg bent naar het ziekenhuis, om tot contacten te komen, verhoren wil. Op Zijn tijd en op Zijn wijze."
Standsverschil
Volgens ds. Visser is er de afgelopen tien jaar in de reformatorische kerken steeds meer aandacht gekomen voor Israël. "Alhoewel" Hij aarzelt, zoekt naar woorden: "Ik ben soms wel bang dat het weer een beetje aan het terugbuigen is. Natuurlijk, we erkennen allemaal dat Israël Gods uitverkoren volk is. Maar voor de consequenties deinzen we nog wel eens terug, heb ik ervaren. Je merkt dat als je als predikant duidelijk de plaats van Israël in de toekomstverwachting aan de orde stelt. Dan krijg je nog wel eens te horen: "U hebt het wel erg vaak over Israël, he?" Ik weet niet wat dat is, maar ik ben wel eens bang dat het antisemitisme toch sluimerend aanwezig is."
"Misschien is antisemitisme niet het goede woord", corrigeert hij zichzelf. "Het is meer zo dat aan de ene kant van de kerk gezegd wordt: "Best, noem de Joden, maar ook de moslims." En aan de andere kant van de kerk is het: "Zeker, Israël is het uitverkoren volk van God, maar" Als je het dan hebt over de toekomst waarin God dit volk tot een Licht van de wereld zal maken, dan valt het gesprek stil. Je hoort de mensen dan bijna denken: En wij dan? Kunnen we het accepteren dat er een verschil is tussen joden en heidenen? Niet wat onze verloren staat betreft. Die is hetzelfde. We zijn verloren en kunnen alleen door Christus gered worden. Maar wel wat de toekomst betreft. Er staan in de Bijbel nog veel onvervulde beloften voor het Joodse volk. En ik mag geloven dat de stand van Israël straks een andere zal zijn dan die van de heidenen."
Met politieke of scherpe theologische discussies laat de Stichting Shaare Zedekziekenhuis zich overigens niet in. "Dan heb je het weer over onze doelstelling. We doen geen uitspraken over de landbeloften of iets dergelijks. Dat is onze taak helemaal niet. We vinden elkaar -de mensen die ons steunen vinden elkaar- in het feit dat we geloven dat God ons roept tot de dienst der barmhartigheid aan het Joodse volk. Dat is een prachtige taak, daar zijn we meermalen in bemoedigd.
We mogen een ziekenhuis helpen dat onze steun, zeker ook vanwege het beleid dat er gevoerd wordt als het gaat over de beschermwaardigheid van het leven, ten volle verdient. En we weten daarbij dat als dit ziekenhuis een poosje geen giften van buiten Israël meer zou krijgen, het dan snel afgelopen is. Dan moeten de deuren dicht. In Israël is het allemaal niet zo geregeld als hier in Nederland. Het land zucht onder het feit dat er ongelooflijk veel geld uitgegeven wordt aan het leger en aan veiligheid. En ook in Israël kan een sjekel maar één keer uitgegeven worden."
Hebreeuws
Met ingang van het nieuwe jaar heeft de Apeldoornse predikant de voorzittershamer overgedragen aan de christelijke gereformeerde predikant H. Korving. "Ik heb het werk voor de stichting met veel plezier gedaan", concludeert ds. Visser. "Maar nu mijn vrouw en ik naar Zimbabwe uitgezonden worden, kan ik dit werk natuurlijk niet blijven doen. In Zimbabwe worden we betrokken bij de opleiding van predikanten. En dus zal de betrekking op Israël en op het Joodse volk blijven. Het wordt mijn taak de studenten enige basiskennis van het Bijbelse Hebreeuws bij te brengen en ik ga ook lesgeven in Bijbelse archeologie. Ook in Afrika hoop ik mijn winst te mogen doen met wat ik gezien en geleerd heb tijdens het werk voor het Shaare Zedekziekenhuis.
Uiteindelijk hebben we als christenen toch de taak dat we onze oudste broeder tot jaloersheid verwekken. Om hem over te halen binnen te komen om het feest mee te vieren in het huis van de Vader, samen met de verloren zoon."
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 8 januari 2007
Reformatorisch Dagblad | 18 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van maandag 8 januari 2007
Reformatorisch Dagblad | 18 Pagina's