Goede moed
" de rokende vlaswiek zal Hij niet uitblussen"
Jesaja 42:3
Toen de Heere Jezus streed in Zijn gebed tot Zijn Vader, terwijl de discipelen nederlagen en sliepen, wekte Hij hen. Nochtans vervielen ze weer in hun vorige zwakheid. En wat zei Jezus tot hen? "Kunt gij niet één uur met Mij waken?" O, wat een zachtmoedigheid. Heet dat niet met recht: Ik zal het gekrookte riet niet verbreken?
Is uw geheugen zwak, scherp het door vlijtig na te denken en zie toe dat u nooit zonder stichting uit Gods huis gaat. Is uw gebed flauw? Wek uw hart op tot aandacht. Bedenk toch met Wie u spreekt. Het is tot die ontzaglijke God. Al is uw gebed niet met kunstige woorden versierd, spreek maar zoals het in uw hart opkomt. God ziet immers niet de woorden maar het hart aan. Een oprechte, stamelende stem is Hem liever dan een welsprekende tong. Hij zal u geven wat tot uw nut en zaligheid is. Bedenk uw zwakheid, hoeveel malen u het verbond hebt verbroken dat u met uw Heiland had gemaakt.
Maar, zegt u, ik heb de wereld voorrang gegeven boven Christus. Ach, ik mocht mijn bed wel doen zwemmen van angstzweet als ik in stilte bedenk welk een vriendelijke Jezus ik vertoornd heb. Wat hebt Gij o, vriendelijke Jezus, mij ooit misdaan? Ach, dat mijn hoofd water ware. Doch heb goede moed, want Hij zegt: De rokende vlaswiek zal Ik niet uitblussen.
C. Mel, predikant
te Hersfelt (Duitsland)
(De geopende genade-
roon, 1712)
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 29 juli 2004
Reformatorisch Dagblad | 17 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 29 juli 2004
Reformatorisch Dagblad | 17 Pagina's