Een vriendelijk klinkend barokinstrument
Garrels-orgel (1742) is na 27 jaar afwezigheid terug in de St.-Nicolaaskerk in Purmerend
Als een feniks herrees een groot Garrels-orgel uit zijn as. Na 27 jaar te zijn opgeslagen, staat het door Flentrop gerestaureerde instrument weer fier te pronken in de St.-Nicolaaskerk in Purmerend. De klank maakt nog meer indruk dan het schitterende front. Adviseur Jan Jongepier: "Het is een vriendelijk klinkend barokorgel. Toen ik het eind vorig jaar weer voor het eerst bespeelde, was ik diep ontroerd door de warme, emotionele klank." Vrijdag werd het instrument in gebruik genomen.
Jan Jongepier neemt het woord ontroering niet zomaar in zijn mond. In 1957 kreeg hij als zestienjarige jongen de verantwoording over het drieklaviersinstrument. Hij bespeelde het orgel negentien jaar. Aan de voet van het 39 stemmen tellende Garrels-orgel (1742) blikt hij terug op die periode. "Dit instrument is een deel van mijzelf geworden. Toen ik in Purmerend kwam, was ik muzikaal wel ontwikkeld, maar als mens nog een kind. Ik ben hier volwassen geworden. En de basis voor mijn latere werk als orgeladviseur is in deze kerk gelegd omdat ik vaak met mijn neus in dit instrument heb gezeten."
In 1976 moest Jongepier afscheid nemen. De hervormde gemeente vertrok in 1971 uit de kerk, waarna het stadsbestuur de ruimte bestemde tot cultureel centrum. Vijf jaar later reden bulldozers de kerk binnen om de inboedel te verwijderen. "Het orgel was nauwelijks te zien in de grijze mist, die toen in de kerk hing. Niemand bekommerde zich om het instrument. Gelukkig kreeg ik van de toenmalige wethouder de vrije hand en kon ik het orgel door Flentrop laten demonteren. Flentrop sloeg het instrument op in een kerkje in Assendelft. De kas bleef in Purmerend."
Startkapitaal
Van een restauratie op korte termijn kwam niets terecht. Jan ten Cate, inwoner van Purmerend, uitte regelmatig zijn ongenoegen over de gang van zaken rond het Garrels-orgel. Na diens overlijden werd de door hem -bij testament- opgerichte Stichting Restauratie Garrelsorgel Purmerend actief. Doel van deze stichting was de terugkeer van het Garrels-orgel in de Nicolaaskerk. Startkapitaal voor deze onderneming vormde de nalatenschap van Ten Cate. Een verrassing was in 2001 de toekenning van een zogeheten Kanjersubsidie, waarmee eenvijfde van de circa 1 miljoen euro kostende restauratie kon worden bekostigd.
Jan Jongepier was vanaf het begin als adviseur bij het project betrokken. "Of deze restauratie anders aanvoelde dan alle andere die ik begeleid heb? Nee, het was lange tijd voor mij dossier nummer zoveel. Emotionaliteit kwam pas op moment dat ik het orgel bespeelde. Die brede, warme klank ontroert me nog steeds diep."
Jongepier -sinds 1981 organist van het Müller-orgel in de Grote Kerk van Leeuwarden- heeft niets te veel gezegd. Breed meet hij de klankschoonheid van zijn oude liefde uit. Een weldadige klank kenmerkt het volle werk, met een frisse, zilverachtige klankkroon die nergens penetrant klinkt. Van het volle werk daalt de bespeler af naar de verschillende registergroepen, prestanten, fluiten en tongwerken. Een feest is de combinatie van alle tongwerken: robuust en zangerig. Een eervolle vermelding verdienen de Sesquialter van het borstwerk en die van het rugwerk - met deze registers moet je uren kunnen stoeien. Aansprekend is ook de samenspraak van Holpijp 8' en Quintadena 8' en de intieme, soms fluweelachtige klank van andere fluitregisters.
Binnensmonds murmelen
Het orgelfront ziet er als nieuw uit. De frontpijpen zijn van tinfolie voorzien. De oorspronkelijke kleurstelling van 1742 is achterhaald en weer aangebracht: de donkerrode houtimitatie en het bladgoud en bladzilver op de vele ornamenten.
Flentrop Orgelbouw en Jan Jongepier hebben zich opgesteld als "dienaars van de klank." Jongepier: "Eind vorig jaar zijn negentien registers teruggeplaatst in het orgel en zijn we gaan luisteren. De klank die we aantroffen, hebben we gerespecteerd; we zijn er enkel met de stofdoek overheen gegaan. Alleen pijpen die binnensmonds stonden te murmelen, hebben we iets meer klank gegeven. Flentrop heeft daarnaast het nodige herstelwerk aan de tongwerken gehad; in het verleden kon ik er maar twee van de zeven gebruiken."
Teruggaan naar 1742, de situatie waarin Garrels het orgel opleverde, was voor hen geen optie: "Het is een groeiorgel. Rudolph Garrels nam bij de bouw zo'n 150 pijpen uit de eerste helft van de zestiende eeuw over. Daarnaast bleven het pijpwerk en de kas -in 1703 door Gerrit van Giesen gerealiseerd- intact.
Flaes en Brünjes plaatsten het orgel in 1854 in de nieuwgebouwde Koepelkerk - die tegenwoordig St.-Nicolaaskerk heet, omdat de rooms-katholieke St.-Nicolaasparochie het gebouw sinds 1989 gebruikt. De orgelmakers hebben rigoureuzer ingegrepen dan we aanvankelijk dachten. Ze wijzigden de dispositie van het borstwerk en schoven in het hele orgel veel pijpen één of twee plaatsen op. Daardoor verdween de maatvoering van dit pijpwerk, wat een reconstructie lastig maakt. Flaes paste het instrument met geringe middelen aan de negentiende-eeuwse smaak aan. Het resultaat was voornamelijk een breder klinkend orgel.
Hoewel dit orgel pijpwerk van vier eeuwen herbergt, is het Garrels-concept zo herkenbaar dat je Garrels naam aan het Purmerendse orgel mag verbinden."
Titularis
Een vergelijking maken tussen 'zijn' Müller-orgel in Leeuwarden en het Garrels-orgel in Purmerend is het vergelijken van twee werelden, vindt Jongepier. Kernachtig: "Müller richtte zich op de begeleiding van de samenzang -Leeuwarden heeft een enorme draagkracht-, terwijl deze Garrels kleurrijker en lieflijker klinkt."
Kiezen tussen deze werelden hoeft de adviseur niet. "De stichting heeft als eigenaar van het Garrels-orgel me gevraagd titularis te worden. Ja, het is bijzonder dat ik nog een paar jaar op dit instrument mag passen. Wat dat inhoudt? Wel, wat ik altijd tegen mijn orgelstudenten zei: Leg een orgel niet je eigen wil op, maar probeer het te leren kennen en respecteren. En draag het uiteindelijk over aan de volgende generatie."
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 8 september 2003
Reformatorisch Dagblad | 16 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van maandag 8 september 2003
Reformatorisch Dagblad | 16 Pagina's