Dichte dozen, daar kickt men op
Achter theologisch antiquariaat Broese Wristers in Utrecht wordt een punt gezet
Het overheerlijke rozijnen-notenbrood in de Zadelstraat, en het theologisch antiquariaat in de Minrebroederstraat, daar ga ik voor naar Utrecht, schreef een klant vorig jaar. Binnenkort zal hij het alleen met het lekkere brood moeten stellen. Het theologisch antiquariaat van Broese Wristers gaat dicht. Ondanks zijn protest, en dat van enkele tientallen andere trouwe klanten. Arend Smilde (41), sinds acht jaar werkzaam in "de kelder van Wristers", vertelt over deze beslissing, over het boekenvak en over de vraag wat een goed boek mag heten.
Het theologisch antiquariaat Wristers in Utrecht is altijd een lustoord voor liefhebbers van theologische boeken geweest. Tientallen klanten uit den lande begaven zich regelmatig naar de kelder. De combinatie van zowel oude als nieuwe boeken maakte dit antiquariaat uniek, zegt Smilde. "Links hadden we de nieuwe boeken, rechts de oude. Ook de centrale plaats trekt aan. Je hebt hier een aartsbisschop en een SoW-centrum. Promoties vinden om de hoek plaats. Op het Janskerkhof is de zaterdagopleiding theologie. Iedereen komt wel eens in Utrecht. Veel mensen combineren zo'n bezoek met een bezoek aan het antiquariaat." Maar wie een dezer dagen het antiquariaat bezoekt, treft volle dozen aan. De planken worden steeds leger. Smilde is bezig zijn boeken in te pakken.
Fusie
Het theologisch antiquariaat is onderdeel van Broese, een boekhandel met drie vestigingsplaatsen in Utrecht. Hoofdvestiging is de Stadhuisbrug met verreweg het grootste assortiment. Verder is er een vestiging in het universitair centrum De Uithof en een in de Minrebroederstraat, waar het antiquariaat is ondergebracht. In december vorig jaar kregen 1700 klanten van de afdeling Theologie & Antiquariaat het bericht over de ophanden zijnde opheffing. Argument: de directie wil zich in deze vestiging concentreren op de verkoop van opleidings- en cursusboeken. "Een profilering die al vele jaren praktijk is, gezien de aard van het klantenbezoek. Binnen deze cursus- en opleidingswinkel past het antiquariaat geenszins en wordt het meer nog dan nu het geval is een vreemde eend in de bijt. Wij willen dit in de toekomst aan andere specialisten overlaten", luidt de motivatie. Ook verdwijnt "Wristers" als boekhandelsnaam uit Utrecht.
Hoe het zover heeft kunnen komen? Smilde wijst op de ongetemde fusiedrift die het bedrijfsleven beheerst. "Er bestaat een grote drang om te groeien. Vaak gaat het erom steeds meer te verdienen, maar dat is geen weg tot geluk, en zelfs niet altijd tot meer verdienen. In de jaren tachtig begon Wristers groter te worden. Op een kwaad moment ging dat fout, en werden ze opgeslokt door Van Piere in Eindhoven. Dat was eind jaren tachtig. Toen kreeg je de Van Piere-Wristers Boekhandelsgoep. Die groep werd zeven jaar later op haar beurt opgeslokt door de Boekhandelsgroep Nederland. Toen heeft de directie in Deventer verordineerd dat de Utrechtse boekhandels Broese Kemink en Wristers moesten fuseren. Het fusieplan in 1998 voorzag al in de afstoting van het antiquariaat. Aanvankelijk lukte het nog er een stokje voor te steken. Maar nu is het zover", zegt Smilde. "Er komt hier binnenkort een ruimteprobleem, en het is een feit dat een tweedehands-boekhandel veel ruimte vraagt. Die heeft men er nu dus niet meer voor over.
Een ander belangrijk motief om deze afdeling op te heffen is dat je het bedrijfsproces niet goed kunt volgen, dat je er geen grip op hebt." Het heeft alles te maken met systeemdenken, denkt de boekverkoper. "Men is zo gehecht aan systemen, dat ze beklemmend worden. Het theologisch antiquariaat past niet meer binnen het geheel. Maar voor mij en de klanten is de vraag: Is dat dan zo erg?"
Brieven
Niet alleen Smilde treurt over de opheffing. Aan zijn zijde staan tientallen trouwe klanten, onder wie hoogleraren en docenten van de universiteit. Ze hebben via brieven en e-mails hun ongenoegen over de beslissing bij de directie kenbaar gemaakt. Verbaasd zijn ze, en verontwaardigd. Waarom deze 'vreemde eend' doodschieten? "Het getuigt van weinig vakkennis op het gebied van de theologie dat u Broese Wristers een cursus- en opleidingswinkel noemt, terwijl u het antiquariaat opheft. Tweedehandsboeken zijn broodnodig bij de studie, worden door alle docenten aangeraden, en elke theologiestudent heeft er een groot aantal in zijn of haar bezit", aldus een briefschrijver. Een Utrechts hoogleraar aan de theologische faculteit: "Ik betreur deze beslissing zeer. Als student maakte ik er al gebruik van. Reeds jarenlang attendeer ik Utrechtse studenten op het bestaan van deze voor Utrecht unieke mogelijkheid theologische boeken antiquarisch aan te schaffen."
Smilde zal in boekhandel De Hoeksteen in Woerden voor ruim twee dagen in de week aan de slag gaan. Een accentverschil zal dit wel met zich meebrengen. "De theologische afdeling hier in Utrecht is intellectueel en wetenschappelijk van aard. Het was bijna een vuistregel: hoe populairder een boek, hoe impopulairder het was onder mijn klanten. Enkele uitzonderingen daargelaten, zoals theologische bestsellers van Kuitert, Ter Linden en Armstrong. Verkoop ik hier Hebreeuwse grammatica's, in Woerden ligt het accent meer op bijbelse dagboekjes en oude schrijvers. Wat daar ook goed loopt, zijn streekromans. Ik ga bij De Hoeksteen overigens alleen met tweedehandsboeken verder. Wel hoop ik ook daar een volledig wetenschappelijk theologisch antiquariaat op te bouwen. Het zou mooi zijn als de klanten volgden. Verder ben ik van plan internet op te gaan. Er bestaat inmiddels een netwerk van antiquariaten waarbij je kunt aansluiten. Je kunt je boeken invoeren, die dan over de hele wereld te zien zijn. Als we niet meer in het centrum van de stad zitten, zullen we iets meer op die manier te werk moeten gaan. Op de andere drie dagen ben ik van plan te gaan vertalen."
Taart
Na zijn geschiedenisstudie in Utrecht -met een doctoraalscriptie over boekhandel Luchtmans in Leiden- begon Smilde begin 1988 zijn loopbaan bij Lindenberg Boeken & Muziek aan de Rotterdamse Slaak. "Het vak trok me over het algemeen wel aan. Toen ik bij Lindenberg begon, had ik nog nooit van Kohlbrugge gehoord." Van zijn collega leerde hij het vak, waartoe het taxeren en inkopen van collecties behoort. Dat viel niet altijd mee, herinnert Smilde zich. "We waren een keer op een snikhete dag in een huis dat van kelder tot zolder vol stond met boeken, van Jip en Janneke tot Koptische grammatica's. De bezitters waren bezig te dementeren, wat je dus ook aan hun bibliotheek kon zien. Dan moet je de waarde ervan bepalen. Het was echt niet normaal meer. In een van die boeken vond ik 1300 gulden. Omdat we het teruggaven, kregen we een taart, voor de eerlijkheid."
In februari 1993 kwam Smilde in het theologisch antiquariaat in Utrecht werken. "De grootste partij die ik ooit heb gekocht behoorde toe aan een man die op 45-jarige leeftijd overleed. Ik ben toen drie keer met het busje heen en weer gereden. Het was iemand zonder remmingen, zijn collectie bevatte rijp en groen: van pornografisch spul tot de verzamelde werken van Miskotte, Noordmans en Buber. Daartegenover stond bijvoorbeeld een partij van 50 strekkende meter in Bilthoven, een verzameling met commentaren en veel kerkgeschiedenis, alles heel goed gerubriceerd en gealfabetiseerd."
Dichte dozen
Vorig jaar kocht Smilde de bibliotheek van prof. dr. ir. H. van Riessen. "Een van de grootste en boeiendste partijen die ik ooit heb gehad. Het waren in totaal negentig dozen boeken, met eerste drukjes van Kant en Fichte. Je zet de dozen neer, klanten neuzen erin en na twee, drie weken zijn de krenten uit de pap. Dichte dozen, daar kickt men op. Een nog niet ontmaagde partij, zo ziet men het bijna. Klanten zijn dan net muizen, die overal weten te komen om brood en kaas te snoepen.
Een partij boeken is vaak een levensgeschiedenis", vertelt Smilde, terwijl hij een laatje met foto's, ansichtkaarten, boekenleggers en brieven opentrekt. Allemaal tegengekomen in opgekochte verzamelingen. "Ooit vond ik een handgeschreven brief van de theoloog Miskotte. Die heb ik aan iemand gegeven die op Miskotte zou promoveren. Kijk, en hier heb je het portret van een hoogbekeerde weet-ik-wat." Smilde toont een op karton geplakte foto van een oudere vrouw in het zwart, met kapje, afkomstig uit het "Eenvoudig verhaal over Grietje de Vries 1842-1915".
Bij het helpen van klanten krijgt Smilde allerlei vragen voorgelegd. "Iemand vroeg me eens naar een Hebreeuwse Bijbel in de Statenvertaling. Een enkele keer komen er mensen die een bepaald boek hebben gelezen. De schrijver weten ze niet, en de titel ook niet. Alleen dat het een heel mooi boek was. Dan vraag je door, en soms kom je erachter dat je er niet achter komt wat ze bedoelen."
Goed boek
Als lezer noemt Smilde zichzelf het "tegendeel van omnivoor. Ik ben geen alleslezer. Af en toe maar vind ik iets goed. Ik word een beetje wee van Hans Bouma of van al die stichtelijke gedichtenbundeltjes. Het liefst zie ik iets over een onderwerp waar de schrijver een groot deel van zijn leven aan heeft gewijd. Dan heb je iets goeds, en niet alleen bladvulling."
C. S. Lewis is al jarenlang zijn lievelingsauteur. Deze liefde deelt hij graag met anderen. Smilde vertaalde inmiddels acht boeken van de Oxfordse professor. Er zijn nog vertalingen op komst van de essaybundel "Transposition" en van "Reflections on The Psalms". "Lewis spreekt me aan vanwege de buitengewone praktische toepasbaarheid van al even buitengewoon hoge of diepe gedachten. Hij functioneert in de praktijk voor me als een soort inspiratiebron om in kwade dagen door te zetten, om niet te versagen en te verslappen."
Tot Smildes favorieten behoren verder de achttiende-eeuwse Engelse auteur Samuel Johnson (1709-1783), die als eerste een compleet woordenboek van de Engelse taal samenstelde. Ook George Orwell, "een goed schrijver, die streed voor heldere taal en die het kwaad van vage en verhullende taal ontmaskerde." Of Robinson Crusoe, "ook een van de favorieten van Kohlbrugg e. Dat kan ik wel met hem meevoelen."
Auteurs moeten aan twee voorwaarden voldoen, vindt Smilde. "Ze moeten verschrikkelijk goed kunnen schrijven. Daarop ben ik heel kritisch. Tegelijk moet er ook een beetje een goed mens achter zo'n boek zitten. Gerard Reve bijvoorbeeld is iemand met een volmaakte taalbeheersing, maar hij heeft naar mijn idee niets te melden. Geef mij maar zijn broer Karel. En andersom: Als iemand niet kan schrijven, kan hij nog zo veel goede dingen zeggen, maar ook dan houd ik het niet vol. Op die manier blijft er betrekkelijk weinig over - maar altijd nog veel meer dan ik aankan."
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 21 maart 2001
Reformatorisch Dagblad | 24 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 21 maart 2001
Reformatorisch Dagblad | 24 Pagina's