Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De zegen, een afscheidspreek

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De zegen, een afscheidspreek

Ds. C. J. W. Verboom met emeritaat wegens burn-out: "Ik was helemaal leeg"

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

BODEGRAVEN - Afscheid preken zal niet gaan. Zijn ziekte, burn-out, laat dat niet toe. Toch zal de 55-jarige ds. C. J. W. Verboom zijn ambtswerk als hervormd predikant in Bodegraven niet ongemerkt neerleggen. Zondag neemt hij officieel afscheid. Zijn neef ds. T. Wegman leidt de dienst, ds. Verboom zal zelf de zegen op de gemeente leggen. "Die zegen is mijn afscheidspreek."

De predikant heeft de laatste tijd vaak over de hogepriesterlijke zegen nagedacht: De HEERE zegene u en behoede u. "Let eens op wat de gemeente daar wordt toegezegd. Het is een zegen die rijk maakt." Het beeld van de opgeheven handen heeft voor ds. Verboom nog meer betekenis gekregen dan voorheen. "Het is zo gewoon dat een predikant de zegen oplegt. Maar in feite is het een geweldige zaak. De Heere Jezus voer met opgeheven handen naar de hemel. Dat waren Zijn doorboorde Middelaarshanden. Onder die zegenende handen is de gemeente van Bodegraven welbewaard."

Maar ds. Verboom kan slechts de zegen opleggen, zou iemand nog kunnen zeggen. Zelf wil de predikant dat beslist niet zo zien. "Ondanks mijn ziekte, ben ik ook gezegend. Zacharias in de tempel kon zelfs de zegen niet opleggen. En als ik zie op mijn studiegenoot ds. C. van Vliet, die vorig jaar op 44-jarige leeftijd overleed, en op predikanten die ernstig ziek zijn, dan gaat het met mij nog goed. Het is inderdaad een andere weg dan die ik zelf zou willen. Maar de Heere vergist zich niet."

Opgebrand

Burn-out. Opgebrand. Ofwel, met een wat meer officiële benaming, extreme vermoeidheid en emotionele uitputting door het werk. Belangrijkste oorzaak: jarenlang leven op je reserves.

Bij ds. Verboom kwamen de eerste verschijnselen twee jaar geleden openbaar. "We waren op vakantie in Frankrijk. Ik preekte vaak in Nederlandse diensten in Anduze. Maar dat jaar zag ik daar voor de vakantie al tegen op. Toen ik na de vakantie aan een nieuwe preek wilde beginnen, ging dat niet. Vreemd, dacht ik, ik heb toch vakantie gehad en daarvóór studieverlof.

De hele winter heb ik op mijn tenen gelopen. Leefde van vrije dag naar vrije dag. Totdat ik in mei opnieuw zes weken studieverlof kreeg. Daar keek ik naar uit. Zes weken los van alles. De eerste week al stortte ik in. Een intense vermoeidheid overviel me. Het is niet te zeggen hoe moe ik was. Mijn concentratievermogen was weg. Ik kon geen boek meer lezen, nauwelijks iets onthouden. Het was alsof alles op slot ging. Ik liep leeg als een ballon.

"Direct met alles stoppen", zei de dokter. Alles werd donker. Dat was angstig. Het gevolg was een depressie. Eigenlijk kan ik moeilijk zeggen wat er in me omging. Er ging zo wéínig in me om. Dat is het vreemde van burn-out. Ik kon niet meer denken, zat vaak wat voor me uit te staren."

In de kerkbode van hervormd Bodegraven kwam de oproep te staan om ds. Verboom met rust te laten. "Daar heeft de gemeente zich geweldig aan gehouden. Niemand kwam langs, niemand belde op. Maar wel kreeg ik meer dan duizend liefdevolle kaarten en brieven. En ook is er veel gebeden voor ons."

Mevrouw Verboom: "Reacties van onbegrip kregen we niet. Dat was heel knap van de gemeente."

Ds. Verboom: "Mijn wijkouderling las zelfs eerst een boekje over burn-out voordat hij mij bezocht."

Een typisch ziekteverschijnsel was ook dat de zorg voor de gemeente volledig langs ds. Verboom heen ging. Mevrouw Verboom vond dat moeilijk. "Ik had een schuldgevoel. Wie gaat er dan naar die mensen toe? Zal ík maar gaan? En die ouders hebben een kind verloren. Ze horen niks van je! Hoe moet dat nu?"

Ds. Verboom: "Alles gleed van me af. Laat maar, dacht ik."

Het was voor u geen worsteling om emeritaat aan te vragen?

"Eigenlijk niet. Het ging gewoon niet meer. 't Was op. Ik had maar één keus: luisteren naar de arts en de psychiater. Dus liet ik me keuren. En werd volledig afgekeurd.

Eerst was ik intens verdrietig. Dan ben ik geen dominee meer, dacht ik. "U blijft wél dominee", zei de psychiater. "En u wordt weer beter. Het duurt

misschien twee jaar, misschien langer, maar dan kunt u weer preekbeurten aannemen." Daar zie ik naar uit, terwijl ik goed besef dat het afscheid als gemeentepredikant definitief zal zijn."

Rozenkweker

De wieg van ds. Verboom stond in Ouderkerk aan den IJssel. "Ik ben gedoopt door dr. J. G. Woelderink. Toen ik theologie ging studeren, vonden mijn medestudenten dat wel mooi." Vader Verboom kocht enkele jaren later een boerderij in Gouderak, zodat het gezin verhuisde. "Zelf wilde ik geen boer worden. Toen ik 18 was, begon ik in Nieuwerkerk aan den IJssel daarom een eigen tuinderij. Uiteindelijk werd ik rozenkweker. Twintig jaar hebben we er gewoond. Toen werden we twee keer kort achter elkaar onteigend. De tweede keer zaten we net zes weken op ons nieuwe bedrijf. Door deze tegenslag werd me duidelijk dat ik theologie moest gaan studeren. Van kind af aan had ik die gedachte al, maar ik duwde ze telkens weg.

De eerste jaren combineerde Verboom -die alleen twee jaar mulo had- zijn werk met de studie aan de zaterdagopleiding, later stapte hij over naar de dagopleiding aan de Universiteit Utrecht.

Na drie maanden pastoraal werk in Amstelveen, met ds. C. Vos als mentor, volgde op 27 februari 1988 de bevestiging tot predikant in Ooltgensplaat. "Een prachtige gemeente om te beginnen. Een tijdlang heb ik zelfs geen beroep in overweging willen nemen.

Bodegraven kreeg ik als een geschenk van de Heere God. Zo heb ik het althans ervaren. Toen ik tijdens de ziekte van mijn voorganger ds. C. van de Scheur eens voorging, wist ik het: Hier word ik predikant. Terwijl er toen niet eens een vacature was."

Misvatting

Ds. Verboom ziet de toekomst van de kerk niet somber in. "Wie je ook leest, altijd zijn er zorgen geweest. Maar we moeten de verblijdende zaken niet vergeten. Zowel in Ooltgensplaat als in Bodegraven was het kerkelijk meeleven groot. Ook jongeren zijn hier sterk op de kerk betrokken.

Wat de toekomst brengen zal, weet ik niet. Verdrukking? Misschien blijft er maar een klein koppeltje over.

Maar ik geloof dat de kerk van Jezus Christus is; Hij zal ze naar Zijn belofte instandhouden. Daarom mag en kan ik Bodegraven in Zijn handen teruggeven."

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 april 2000

Reformatorisch Dagblad | 24 Pagina's

De zegen, een afscheidspreek

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 april 2000

Reformatorisch Dagblad | 24 Pagina's