Katholiek, maar toch los van Rome
Oud-katholieke aartsbisschop dr. Glazemaker gaat met emeritaat
AMERSFOORT - We zijn onafhankelijk van Rome, maar wel katholiek. Zo typeert dr. A. J. Glazemaker, aartsbisschop van de Oud-Katholieke Kerk, zijn eigen kerk. Zaterdag gaat hij met emeritaat. "De oud-katholieken zijn als een legitieme katholieke traditie binnen de westerse RK-Kerk erkend. Maar we blijven in gesprek met Rome. Dat is onze eerste partner."
De Oud-Katholieke Kerk is ontsproten aan de westerse rooms-katholieke traditie. "Daar horen we thuis", zegt Glazemaker. "Vanouds hebben wij een heilzaam appèl op de Katholieke Kerk willen doen om haar leven te beteren. Zo hebben we al in de achttiende eeuw een bijbelvertaling voor het volk uitgebracht. Er is bij ons altijd een stroming geweest die zich verwant voelde met de Moderne Devotie. Rome heeft ons als een beetje te protestants beschouwd. Dat kwam mede door de Zuid-Nederlandse bisschop Jansenius en zijn visie op de genade. Die was voor Rome ook te protestants."
De Oud-Katholieke Kerk in Nederland ontstond officieel in 1723, toen het kapittel van Utrecht zonder toestemming van Rome Cornelis Steenover tot bisschop benoemde. Sindsdien leidt de kerk een bestaan los van het Vaticaan. Momenteel kent de kerk naast de aartsbisschop Glazemaker ook bisschop Wirix van Haarlem. De kerk telt 8000 leden in 26 parochies, vooral in Noord-Holland, Zuid-Holland en Utrecht.
Dicht bij protestanten
Wij hebben heel lang ons tot het protestantisme aangetrokken gevoeld, zegt dr. Glazemaker. "Vooral zolang Rome erg gesloten en anti-oecumenisch was. De kwestie spitste zich toe op de kerkinrichting. Dat werd vooral duidelijk na 1870, met het dogma van de onfeilbaarheid van de paus, waar de kerk voortging op de weg van centralisme en eenvormige traditie. We hebben vanouds gezegd: De plaatselijke kerk is niet een aanhangsel van het centraal gezag, maar een gemeenschap met een eigen identiteit en verantwoordelijkheid. Voor dat principe staan we nog steeds."
De kloof tussen Rome en Reformatie is volgens hem minder breed dan vijftig jaar geleden. "Rond de sacramenten, waarop de rooms-katholieken toch wel veel nadruk leggen, is heel wat dialoog gevoerd. Het is een teken dat er veel te verzoenen is. Breekpunten blijven echter de dogma's van Maria's onbevlekte ontvangenis en de pauselijke onfeilbaarheid. Maar ook die zaken kun je meenemen in de geschiedenis, waardoor ze een andere kleur krijgen. De onfeilbaarheid van de paus staat niet in het credo, maar is er later aan toegevoegd. De oud-katholieken willen terug naar de bronnen, een oecumene op oud-kerkelijke basis, en vanuit die optiek ook de kerk van Rome aanspreken."
Dr. Glazemaker verwacht niet dat de breuk tussen de oud-katholieken en de Rooms-Katholieke Kerk in de nabije toekomst geheeld wordt. Zeker niet na wat zich de laatste jaren heeft afgespeeld. "In de tijd van paus Johannes XXIII, de jaren zestig, werd er veel veranderd. Hij werd voorzitter van een concilie, daar wilden we hem precies hebben. Helaas zijn de ontwikkelingen de laatste jaren aangescherpt in anti-conciliaire richting. Toch zie je ook weer een duidelijke onderstroom naar openheid. Ik ben in januari in Rome geweest en daar bleek men bereid de dialoog voort te zetten. Het blijft voor ons de eerste opdracht om ons met Rome te verenigen. Dat is onze eerste partner."
Gestabiliseerd
Het ledenaantal van de Oud-Katholieke kerk is gestabiliseerd op 8000 leden. Er traden de laatste tijd opvallend veel protestanten toe. "Er is een sterke groep in het protestantisme die bij ons het liturgische zoekt, het sacramentele. Ik beleef zelf altijd goede dingen bij het sacramentele leven. Ik vind dat in het protestantisme te veel van de preek afhangt. Dan ga je de prediking overvragen en mis je bijvoorbeeld de viering. Ook het avondmaal vind ik te kaal, te zeer een verlengstuk van de preek."
Maar er zijn ook begaafde protestanten die gevoel voor het sacramentele hebben, zo relativeert Glazemaker. "Ik vind ook sommige rooms-katholieke vieringen te praterig en te weinig op viering gericht. Een liturgische viering moet tegelijkertijd ook woorddienst zijn. De tegenwoordigheid van de Heere in brood en wijn, zoals wij die voorstaan, hangt niet alleen aan de tekenen van brood en wijn. Dat is te krampachtig naar één kant, zoals ook de transsubstantiatie een verenging is van het mysterie."
Vrouw in ambt
De Oud-Katholieke Kerk in Nederland kent sinds vorig jaar haar eerste vrouwelijke priester, in de persoon van mevrouw Grete Verhey-de Jager. Zij werd in 1996 de eerste vrouwelijke diaken in het kerkgenootschap. In 1991 had de synode al een principebesluit daartoe genomen. De meerderheid van de internationale bisschoppenconferentie van de Unie van Utrecht, waar alle Oud-Katholieke Kerken bij zijn aangesloten, had in 1997 uitgesproken dat de lidkerken zelf de verantwoordelijkheid moeten nemen om vrouwelijke priesters toe te laten, zonder dat de eenheid van de unie in gevaar behoeft te komen.
"De spanning is ook intern niet helemaal opgelost", zegt Glazemaker. Ook in Rome heeft men het vrouwenbesluit als een probleem gezien, maar niet als iets dat de dialoog zou verhinderen. "Je keert elkaar niet de rug toe. We hebben er lang over gedubd, maar ons standpunt is dat we toch anders met de Schrift omgaan. Je kunt niet zeggen: Wat geschreven is, dat is geschreven. Wil de traditie niet gestolde traditie zijn, dan moet je ook dingen bijstellen, anders bevries je de Schrift. We kennen drie pijlers: Schrift, traditie én de levende kerk. Die staan in een voortdurende relatie tot elkaar. Traditie is een huis om in te wonen, een structuur, maar je geeft er wel je eigen inrichting aan."
Leidende rol
Nederland heeft binnen de oud-katholieke gemeenschap wereldwijd een leidende rol. "Wij hebben de oudste traditie." Na de onfeilbaarheidsverklaring van de paus zijn er diverse afscheidingsbewegingen binnen de RK-Kerk ontstaan die aansluiting zoeken bij de oud-katholieken. Wereldwijd zijn er momenteel zo'n 300.000 oud-katholieke leden.
"Er worden binnen de kerken verschillende accenten gelegd. In Amerika is de kerk ingericht naar het rooms-katholieke model en vindt men de paus eigenlijk niet zo'n gek idee. Duitsland en Zwitserland staan op één lijn met ons. Bij de Polen in Amerika heeft de kerk meer een sociale identiteit en wil ze ook economisch onafhankelijk van Rome zijn. Daar is de vrouw in het ambt, evenals in Polen, onbespreekbaar."
Op 11 maart begint de verkiezing voor een nieuwe bisschop. De bisschoppenconferentie zal die keuze moeten aanvaarden, "maar daar wordt niet moeilijk over gedaan."
Tussen emeritaat en het kiezen van een nieuwe bisschop zit een periode, waardoor volgens Glazemaker voorkomen wordt dat de bisschop zelf zijn opvolger kan aanwijzen. "Het is de kerk die het bisschopsambt toevertrouwt aan iemand die gekozen wordt. De bisschop is de afgeleide van de kerk, niet omgekeerd."
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 9 februari 2000
Reformatorisch Dagblad | 24 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 9 februari 2000
Reformatorisch Dagblad | 24 Pagina's