"Just as I am"
Grahams methodisme staat op gespannen voet met Gods Woord
De levensbeschrijving van Billy Graham blijkt "het boek van de eeuw". Deze variant op "de auto van het jaar" is een vondst van het Amerikaanse blad "Christianity Today". Maar HP/De Tijd noemde "Just as I am" een "saaie autobiografie". Want de titel "Beroemde mensen die mij gekend hebben" is volgens auteur Henri de By gepaster. Ook wie een rondje Internet doet, maakt kennis met honderden kritische reacties op de Amerikaanse evangelist. Dat zegt echter niets. Wat 'heeft' elektronica met het christelijk geloof? Immers niets.
De inzet van een lied van Charlotte Elliot waarin de gekruiste Christus centraal staat, vormt de titel van het boek. "Zoals ik ben, kom 'k, onbereid; Uw bloed alleen is waar 'k op pleit. U biedt mij Uw gerechtigheid, o Lam van God, ik kom, ik kom!" Onder die gezongen klanken kwam de 16-jarige Graham in 1934 naar voren om zijn leven aan Jezus te geven. Tijdens een evangelisatiecampagne van de rondreizende evangelist Mordecai Ham.
De vanaf morgen tachtig jaar tellende prediker draagt inmiddels bijnamen als "mr. Bible"; of "het machinegeweer van God". Hoewel hij lijdt aan de ziekte van Parkinson en zowel autorijden als handmatig brieven schrijven moet nalaten, blijft hij bezig met het uitdragen van de christelijke boodschap. Eerlijk is eerlijk: schandalen zoals de tv-evangelisten J. Bakker en J. Swaggart ze moesten meemaken, kent hij niet. Toen Hillary Clinton hem in 1998 uitnodigde voor de lunch, luidde zijn antwoord: "Ik lunch nooit alleen met mooie vrouwen". Daarmee geeft de baptist blijk van een zekere ingetogenheid.
De medeoprichter van Youth for Christ schrijft zichzelf schuchterheid toe. Niettemin gaf hij goede raad. In 1986 bij voorbeeld tijdens een congres met achtduizend evangelisten in Amsterdam. De boodschapper moet "het hart van een leeuw, het geduld van een ezel, de wijsheid van een olifant, de ijver van een mier en de levens van een kat hebben".
Heiligenverering?
Graham staat centraal in het naar hem genoemde museum in Wheaton. De bezoeker mag zelfs zijn schooljongenshandschrift in potlood bewonderen. Net als de later gebruikte mobiele preekstoel. Vorig jaar zag "Just as I am" het licht. Er gingen inmiddels in tal van talen meer dan een miljoen exemplaren over de toonbank. Over postzegels valt niet veel meer te vertellen dan dat er onder de 50.000 verschillende zegels die op de een of andere manier te maken hebben met het Evangelie -door middel van tekst of een portret van bijvoorbeeld hervormers als Maarten Luther en Johannes Calvijn- ook zijn die de beeltenis van Graham dragen.
Riekt dat alles naar heiligenverering? De kerkhistoricus dr. L. Praamsma piekerde daar niet over. Hij noemt de twintigste-eeuwse Amerikaanse evangelist in één adem met de achttiende-eeuwse opwekkingsprediker en perfectionist John Wesley. In deze zin dat het "de Bijbel zegt..." voor beiden het einde is van alle tegenspraak. En Bills opzet is duidelijk: "Het enige doel in mijn leven is mensen een relatie met God te helpen vinden, welke, naar ik vast geloof, ontstaat door het kennen van Jezus Christus".
Carrière
In wereldse termen zou de levensgang van Graham te vangen zijn onder het weinig christelijke woord carrière. Na drie jaar te hebben gewerkt als evangelist van de plaatselijke gemeente Western Springs bij Chicago begon hij vanaf 1945 op te treden tijdens massale bijeenkomsten van Youth for Christ. Op 30-jarige leeftijd trad hij aan als president van een opleidingsschool voor evangelisten te Minneapolis. Het aantal studenten groeide binnen die periode sterk. Vier jaar later legde hij al zijn functies neer om zich geheel aan evangelisatie te kunnen wijden.
De Amerikaan zou inmiddels 230 miljoen mensen in meer dan honderd landen over de hele wereld hebben toegesproken. Meer dan een miljard mensen zouden via radio, televisie, video of boeken en tijdschriften met hem kennis hebben gemaakt. Dat grootscheepse en ook het spiritueel gerichte stuit hier en daar op verzet. Zo uitte prof. dr. J. Verkuyl in een interview in deze krant in augustus 1997 kritiek op "de massale evangelisatiecampagnes à la Graham,die alleen gericht zijn op de ziel".
Niet allemaal bekeerd
Maar wat Frank Kools eind 1995 in het dagblad Trouw schreef, is niet correct. Billy zou "liefst drie miljoen" van zijn hoorders "tot geloof gebracht hebben". Nauwkeurige telling door de organisatie spreekt in 1994 over 2.874.082 mensen die "naar voren zijn gekomen". Een paar jaar later zou dat aantal zijn opgelopen tot 3.330.760. De evangelist zelf zegt nuchter: "Als ik de mensen vraag om naar voren te komen en duizend mensen reageren, dan weet ik in mijn hart dat ze niet allemaal bekeerd zijn". Hij realiseert zich geen drie miljoen mensen "tot geloof gebracht te hebben".
Toen ik in 1996 te Minneapolis tijdens een bijeenkomst van de National Alliance of Evangelicals in Noord-Amerika Jill Briscoe ontmoette en sprak over de ook in haar kring onmiskenbaar aanwezige oppervlakkigheid, antwoordde zij: "Billy Graham knoopte in een tournee in onze regio aan bij een uitspraak van de paus: De wereld is vol met gedoopte heidenen".
Invloed
De morgen verjarende Amerikaan oefende invloed uit. Jan J. van Capelleveen, vele jaren werkzaam bij het Nederlands Bijbelgenootschap, maar ook betrokken bij het eerste optreden van de evangelist in Nederland, schreeft in zijn "Het Woord gaat zijn weg": "Toen Billy Graham tijdens een van zijn massale campagnes duizenden Living Bibles (in het Nederlandse Het Boek) uitreikte (...) begonnen Amerikaanse fundamentalisten en evangelischen deze uitgave ineens massaal aan te schaffen. Dat die vertaling van 1971 in wezen een omschrijving was, terwijl ze zeiden juist te hechten aan het meer concordante aspect van de King James Version, scheen hun niet te deren".
Ds. C. Pronk van de Free Reformed Church in Grand Rapids schreef over dat boek in het blad "Standvastig" van de Gereformeerde Bijbelstichting. Dat vormde aanleiding voor deze krant om als kop boven een bijdrage op de kerkpagina te zetten: "Arminiaanse Bijbel komt naar Nederland".
Soms is een bepaalde invloed positief te duiden. Zo zegt dr. W. J. Ouweneel in "Het domein van de slang" dat Billy Graham in 1971 zei dat 80 procent van de jonge mensen in Groot-Brittannië al in aanraking is geweest met mannelijke en vrouwelijke heksen. Wie zou zich zo'n waarschuwing niet aantrekken?
Sommigen bleken een beetje jaloers op de evangelist. Ds. Jac. van Dijk brengt in zijn boek "Het nooit verloren vergezicht" naar voren dat "van Billy Graham bekend is dat hij op heel grote vellen papier begint, die steeds maar kleiner worden; totdat hij een schets overhoudt, die hij bij zijn preken uit het hoofd kent. Terecht zal verzucht worden: "Wie is tot deze dingen bekwaam?""
Methodist
Alle overwegingen ten spijt: Graham is methodist. Hij hoort thuis in een categorie van christenen voor wie het calvinisme vreemd is. P. H. Muller schrijft in de "Christelijke Encyclopedie": "De methodistisch getinte prediking van Graham richt zich op de bekering als de beslissende omwending naar Christus nú". Graham is erop uit "te overtuigen van de noodzakelijkheid ener onmiddellijke keuze voor Christus".
Vanuit liberale hoek valt natuurlijk kritiek te verwachten. Prof. dr. H. M. Kuitert zegt in zijn nieuwste boek, "Jezus: nalatenschap van het christendom": "Methodische prediking is prediking van mensen als Billy Graham, getraind in retoriek die mensen op de knieën moet krijgen en laten kiezen voor Jezus".
De meer objectief werkende kerkhistoricus dr. O. J. de Jong meldt in zijn "Geschiedenis der Kerk": "Het werk van de Amerikaanse baptist Billy Graham (geb. 1918) deed denken aan de opwekkingsreizen van Moody. (...) Bij hem klonk weer het methodisme dat een directe eigen beslissing voor God vraagt".
Maar ook de reacties bij het nog bij het oude houdende neogereformeerde zijn niet onverdeeld positief. Dr. David H. Engelhard, sedert 1994 secretaris-generaal van de Amerikaanse Christian Reformed Church, zei mij enkele jaren geleden dat "Billy Graham een foute opvatting heeft over de bekering, maar wel het Evangelie preekt".
Dat sluit bijval niet uit. Dr. Praamsma noemt bij de melding dat mensen van de twintigste eeuw in allerlei landen en talen Christus' Naam beleden behalve Herman Bavinck ook Billy Graham, "die als een tweede Spurgeon velen opwekte tot een eenvoudig en krachtdadig geloven". De biografie van Spurgeon leert overigens dat deze zich ten stelligste verzette tegen de leer van de vrije wil.
Praamsma noemt Graham ook in zijn beschrijving van het Amerikaanse "revivalism". De kerkhistoricus behandelt uitvoerig de activiteiten van Jonathan Edwards. Deze "waarschuwde tegen zelfbedrog en afgaan op de uiterlijke schijn". De steun van Edwards voor de opwekkingsbeweging in Nieuw-Engeland had plaats "met grote voorzichtigheid en zelfs met een zekere mate van terughoudendheid". Wellicht moet het zwijgen omtrent het ontbreken van deze elementen in het optreden van Billy aan objectiviteit worden toegeschreven. Maar het is opmerkelijk.
Zelf starten
Die stilte is voor een knappe kop als Praamsma, die notabene zo'n prachtige biografie van Calvijn op zijn naam heeft staan, opvallend. Want Graham laat de vrije wil het werk doen. "Vanavond moet u starten met Jezus Christus. Er verandert niets als u zelf niet start. U moet bereid zijn Hem te ontvangen in het geloof". Die woorden sprak hij in maart 1995 in Puerto Rico.
Toen de opwekkingsprediker zich een aantal jaren geleden op China richtte, vertaalde en verspreidde dr. Jonathan Chao in de huisgemeenten publicaties van de calvinist Arthur W. Pink om de voorgangers tegen de leer van Graham te wapenen.
En ds. M. Baan schreef in een recensie over Bills boek "De Heilige Geest" enkele jaren geleden: "Weliswaar wordt uitgegaan van de zondeval, in het leven van ieder mens wordt die val gerecapituleerd, maar het feit dat wij dood zijn in zonden en misdaden krijgt nergens enige nadruk. Integendeel! Al lezend blijkt de zondaar nog heel wat in zijn mars te hebben".
Ommekeer
Ook niet alle Amerikaanse gereformeerden laten zich positief uit over de evangelist. Hij begon zijn bediening, zo schrijft dr. W. Robert Godfrey, hoogleraar kerkgeschiedenis aan Westminster Theological Seminary, in "Modern Reformation" van oktober 1998, te midden van de Amerikaanse fundamentalisen. In 1951 schreef Graham: "Wij werken niet samen en hebben geen broederschap met enige vorm van modernisme". Hij herhaalde dat nog een keer in 1955. Maar in 1957 "zouden wij moeten willen samenwerken met allen die met ons willen werken".
Het probleem lijkt voor de man van Westminster nog niet eens de samenwerking, maar vooral het terugzenden van de naar voren gekomen mensen naar hun eigen liberale gemeenten of Rooms-Katholieke Kerk. Dat bracht dr. Tom Linton uit Canada ertoe om tijdens de recente jubileumviering van de Internationale Raad van Christelijke Kerken (ICCC) in Amsterdam te laken: "Mensen worden opgeroepen naar voren te komen en worden direct naar hun oorspronkelijke kerken doorverwezen, ongeacht of daar het ware Evangelie gepreekt wordt of niet". Grahams leer omtrent de kerk blijkt aanvechtbaar.
Van een ommekeer in zijn denken geeft het door Godfrey geciteerde vraaggesprek blijk met Robert Schuller van de Crystal Cathedral. Deze vraagt of het mogelijk is dat Christus reeds leeft in een menselijk hart "zelfs indien zij geboren zijn in duisternis en nooit uitleg van de Bijbel hebben gehad". Billy beantwoordt dat bevestigend. Hij ontmoette mensen die nog in de "tribale situatie", dus in stamverband, leefden en nooit van de Bijbel of van Jezus hoorden. "Maar zij geloofden in hun hart dat er een God was en zij probeerden een leven te leiden, afgescheiden van de hen omringende gemeenschap". Schuller: "Dit is fantastisch. (...) Er is een onmetelijke breedte en ruimte in Gods genade". En Graham bevestigde het.
Machthebbers
Het museum in Wheaton bevat veel foto's waarop Billy staat afgebeeld met de groten der aarde. Toen het IJzeren Gordijn nog dicht zat, drukte hij de 'bazen' van het regime de hand, maar weigerde doorgaans op een duidelijke manier de mensenrechten ter sprake te brengen.
Drukken de foto's met Boris Jeltsin, Michail Gorbatsjov, Golda Meir, Richard Nixon, Li Peng, patriarch Pimen, Indira Ghandi en zoveel anderen echte verbondenheid uit? Harry Truman noemde, jaren na zijn functioneren als president, de ogenschijnlijke vriendschap "onecht". "Hij is er alleen op uit om zijn naam in de krant te krijgen".
Het bezoek van de Amerikaanse evangelist aan de paus bracht dr. Carl McIntire van de ICCC ertoe te zeggen: "Billy Graham is een groot bewonderaar van het rooms-katholicisme. Hij beschouwt de Kerk van Rome en de huidige paus als christelijk. Graham heeft een ander Evangelie dan het Evangelie van Jezus Christus en moet daarom worden afgewezen".
Het is heus niet alleen deze oude vuurvreter die zich kritisch opstelt. Ds. I. H. Murray sprak in april tijdens de Leicester-conferentie over de zich binnen de wereld van de evangelicalen in deze eeuw voltrokken hebbende splitsing. Hij ziet Graham als verantwoordelijk. "Als belangrijkste vertegenwoordiger van de zogenaamde nieuwe evangelicalen poogde hij de christenheid los te maken van het traditionele fundamentalisme en het Evangelie in verbinding te brengen met de moderne wereld. Daarbij legde hij de nadruk op een oecumenische visie op het christendom zoals die in de jaren vijftig steeds meer gangbaar werd. Dit hield in dat je de ander als christen kunt erkennen, ongeacht of zijn geloofsinhoud in strijd is met de Bijbel".
In die optiek staat de geloofservaring boven de geloofsinhoud. Maar begint de geest van die gedachte zo langzamerhand ook de gereformeerde gezindte niet te doordringen? Het methodisme van "just as I am" staat op gespannen voet met Gods Woord.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 7 november 1998
Reformatorisch Dagblad | 44 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 7 november 1998
Reformatorisch Dagblad | 44 Pagina's