Familiebedrijf Scheps is niet meer
Hét kerkelijk persbureau verkoopt activiteiten aan FD/ND/RD-combinatie
APELDOORN - "Met persbureau Scheps, goedemiddag, goedenavond, goedemorgen". Marcelline Alemans-Scheps pakt tot diep in de nacht de telefoon op om beroepingswerk aan te nemen en door te sluizen naar -steeds minder- kranten. Slechts af en toe staat het antwoordapparaat aan. Vanaf 1 april zal het helemaal stil zijn in het Apeldoornse huis. Het familiebedrijf Scheps bestaat dan nog slechts als museumstuk. Persbureau Scheps kwam met het Friesch Dagblad, het Nederlands Dagblad en het Reformatorisch Dagblad tot overeenstemming om het werk te laten doorgaan.
De naam van persbureau Scheps roept veel herinneringen op. Grootvader Willem C. F. Scheps was de vooraanstaande nestor van de vaderlandse kerknieuwsjournalisten. Zoon drs. Niek Scheps leerde van hem de kneepjes van het vak, verdiende zijn sporen in de journalistiek, maar moest het door zijn vader begonnen blad "Kerknieuws" uiteindelijk toch beëindigen. Het persbureau, waar het beroepingswerk vrijwel als eerste bekend wordt, ging over op kleindochter Marcelline en haar man Jaap Alemans.
De meer commerciële poot, het advertentiebureau, ging jaren geleden al over op een andere dochter van Niek en is uitgegroeid tot een groter reclamebureau. Drie generaties Scheps drukten een stempel. Persbureau Scheps is al sinds 1916 een begrip in ons land. Het bureau zorgt voor berichtgeving over beroepingswerk, afscheid en intrede van predikanten en nieuws over bijzondere gebeurtenissen, zoals jubilea en in memoriams.
Het Friesch Dagblad, het Nederlands Dagblad en het Reformatorisch Dagblad besloten met elkaar de activiteiten van Scheps op te kopen en onder dezelfde naam voort te zetten in een eigen Persdienst Zelfstandige Kranten (PZK). Persbureau Scheps wordt voorlopig in Barneveld bij het ND ondergebracht.
Financieel-economische redenen dwongen Marcelline en haar man tot bezinning. In de breedte van de vaderlandse pers is geen brood meer te verdienen aan het 'eenvoudige', maar tijdrovende beroepingswerk. De klanten werden groter door de ineenschuiving van kranten in perscombinaties als de GPD. Het totaalaantal afnemers daalt nog steeds. De interesse voor beroepingswerk taant. Waar is de tijd dat beroepingswerk nog op gezette tijden werd voorgelezen voor de Nederlandse radio?
Regionale kranten hebben vaak alleen nog oog -als ze het al hebben- voor hun eigen streekgebonden beroepingswerk. Het landelijke ochtendblad Trouw neemt bijvoorbeeld de beroepen uit afgescheiden kring alleen op als er sprake van aannemen is. Dat scheelt soms kolommen.
Familiebedrijf
Het familiebedrijf Scheps begon met W. C. F. Scheps. Deze gedreven man sprak ooit de gevleugelde woorden dat de zweep des drijvers hem nogal eens voortjoeg. Het was de tijd dat een kerknieuwsredacteur zijn positie moest bevechten. Synoden waren nog niet open voor de pers. Moderamenleden gaven na afloop een persconferentie. Nestor Scheps bevocht een eigen plaats. In het boek "Filters, geen trechters" beschreef hij heel wat momenten uit zijn kerkelijk-journalistieke loopbaan. Marcelline was veertien jaar toen haar opa overleed.
Onlosmakelijk verbonden aan de familienaam Scheps was het blad "Kerknieuws". In feite bouwde de oude Scheps een mini-imperium met drie poten: persbureau, advertentiebureau en het eigen kerkblad. Maar vanaf 1 april is alles voorbij.
Dag en nacht
Marcelline was van huis uit gewend aan vele telefoontjes. Haar moeder trok vaak de 'beroepingskar' als vader weg was. Maar dat het werk een gezin zo in beslag zou nemen, had het echtpaar niet kunnen bevroeden. Hoogtijdagen in het beroepingswerk zijn de perioden na de Kerst en de zomervakantie.
Aanvankelijk bestonden na overname plannen om het persbureau verder uit te breiden. Het liep op niets uit. Marcelline -evenals haar man jurist- nam een deeltijdbaan aan. Parttime personeel sprong op het persbureau bij. Maar de telefoon bleef dag en nacht doorratelen.
Op zeker moment nam Marcelline het besluit op de slaapkamer geen telefoon meer aan te pakken. "Maar als ik toch nog rondloop, pak ik hem om half drie 's nachts rustig op". Ze herinnert zich dat aan de andere kant soms heel verbouwereerd gereageerd werd. "Die man verwachtte na een nachtelijke kerkenraadsvergadering over beroepingswerk dat hij met het antwoordapparaat zou worden doorverbonden".
Gevoeligheden
De verzakelijking sloeg ook toe in het beroepingswerk, al bleven de gevoeligheden bestaan. In de tijd dat Marcelline de scepter zwaaide, kwam het slechts driemaal voor dat bewust een verkeerd beroepingsbericht werd afgegeven. Dan wilde men de bewuste kandidaat of dominee of de gemeente een hak zetten door een bericht op te geven dat niet klopte. Dat overkwam ook deze krant een enkele maal. Soms bellen predikanten eerst naar de krant van hun kleur, pas dan naar Scheps. Vroeger stemden RD en Scheps de berichtgeving af en wisselden ze informatie uit. Door de computer werd dat moeilijk en raakte het in het slop.
Persbureau Scheps ontwikkelde een antenne voor gevoeligheden. "Als beroep en aanname tegelijk worden meegedeeld en het gaat om niet te lichte kringen, nou, dan zit daar vaak een luchtje aan. Dan controleren we het". Verder raakte bureau Scheps eraan gewend dat kandidaten in de Gereformeerde Gemeenten 10 tot 60 beroepen krijgen. Marcelline kan zich ook herinneren dat een kandidaat haar eens heel persoonlijk aansprak over geestelijke zaken.
Bij Scheps lag een stilzwijgend verzoek van het ANP te informeren als een gemeente na een lange vacaturetijd een predikant kreeg.
Taalkleur
Uit de toon en de wijze van formuleren vallen vaak al conclusies te trekken over de kerkelijke richting. "Als een scriba zegt dat de dominee gemeend heeft te moeten bedanken, wijst deze taalkleur in de richting van de bevindelijke kring".
Scheps hield zich altijd aan de kerkelijke regels. "Bij de Gereformeerde Kerken kent men geen toezegging van beroep. Geven kerkenraden toch een toezegging door, dan nemen wij het niet op".
Met een andere gevoeligheid hield Scheps ook altijd rekening. Geeft de scriba een beroep op vrijdag door, dan wil men vaak pas op maandag het bericht in de krant. Wij hebben er begrip voor dat de gemeente het vanaf de kansel moet horen en niet vanuit de krant".
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 maart 1998
Reformatorisch Dagblad | 32 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 maart 1998
Reformatorisch Dagblad | 32 Pagina's