Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De interesse van Messiasbelijdenden

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De interesse van Messiasbelijdenden

Ds. C. Sonnevelt ziet openheid voor gereformeerde geloofsleer

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

APELDOORN - Messiasbeiydende joden willen zelf een brugfunctie vervullen tussen kerk en Israël, is de ervaring van ds. C. Sonnevelt. Kat-el van Oordt probeert er bij zgn orthodoxe vrienden begrip voor te wekken dat Messiasbelijdende en liberale joden net zo goed joden zijn als zij. Met het rapport van ir. L. E. Meijer over Messiasbelijdende gemeenten zn beiden ingenomen.

Ds. C. Sonnevelt, secretaris van het deputaatschap voor Israël van de Gereformeerde Gemeenten, vindt de studie van Meijer „nuttig en evenwichtig”. „Een voordeel vind ik dat de opsteller van het rapport geen theoloog is. Hierdoor kan hij onbevangener naar Messiasbelijdende gemeenten kijken, zonder direct geëmotioneerd te raken”.

Mild

Ds. Sonnevelt hoopt dat zowel aanhangers van de vervangingsleer (de gedachte dat de kerk de plaats van Israël heeft ingenomen) als verdedigers van de tweewegenleer (de gedachte dat joden en christenen elk door hun eigen geloof de weg tot God vinden) inzien dat beide visies aan Messiasbelijdenden voorbijgaan.

De predikant van de gereformeerde gemeente in Veenendaal vindt het verstandig dat het rapport van Leon Meijer mild is over de gebreken in Messiasbelijdende gemeenten. „We kunnen niet in alles meegaan met wat we daar aantreffen, maar als wij al te gauw roepen dat ze soms nogal charismatisch zijn, vergeten we dat Messiasbelijdende gemeenten nog nauwelijks in contact kwamen met christenen in de lijn van de Reformatie. Tijdens werkbezoeken in Israël valt het ons telkens op dat veel Messiasbelijdende joden openstaan voor de gereformeerde geloofsleer. Voorwaarde is wel dat we oprechte belangsteUing tonen voor wat hen beweegt. Vanuit die houding kun je vertrouwen winnen, om in die vertrouwensrelatie waar nodig tactvol corrigerend op te treden en te leiden in de richting van de Schrift en de calvinistische traditie”. Met Meijer ziet ds. Sonnevelt in Messiasbelijdende joden een belangrijke brug tussen joden en christenen. „Zij willen zelf die brugfunctie vervul len, hoewel dat niet gemakkelijk is. Volgens orthodoxe joden zijn ze vlees noch vis, ze zijn in hun ogen geen jood en geen christen. Orthodoxe joden hebben vaak in het geheugen -en dat geheugen is sterk- de verhalen van bekeerde joden die vanuit de kerk naar welke ze overgingen soms heel felle aanvallen op het jodendom deden.

Orthodoxen zouden Messiasbelijdenden moeten laten uitspreken. Maar daar ligt tegelijkertijd de moeilijkheid, want dan worden ze zelf gecontronteerd met het Evangelie van Jezus Christus; en daar zit geen mens op te wachten. Het is ook de joden een ergernis. Dat verklaart een stuk van hun felheid. Van heidenchristenen kunnen orthodoxen nog zeggen: Jezus is voor de heidenen goed, wij hebben onze eigen weg tot God. Maar als eigen volksgenoten tot het geloof in Jezus als Messias komen, brengt dat hen in grote verlegenheid”.

Niet teleurgesteld

Ds. Sonnevelt is niet teleurgesteld dat Messiasbelijdende gemeenten weinig lijken op de joodse orthodoxie.

„Het orthodoxe jodendom is niet het jodendom dat de Bijbel tekent. Het is rabbijns en zelfs gedeeltelijk ontwikkeld als reactie op het christelijke geloof. En om de joden een jood te zijn, moeten we bedenken dat de meeste joden seculier zijn. Wel denk ik dat het goed is als Messiasbelijdende gemeenten aandacht hebben voor wat orthodoxe joden uit hun traditie leren en ook de Psalmen -een gemeenschappelijk punt- een grotere plaats in hun eredienst zouden geven”.

De secretaris van het deputaatschap voor Israël is benieuwd hoe het rapport van Meijer wordt doorvertaald in de praktijk van het werk van de Gereformeerde Zendingsbond (GZB). „Verder hoop ik dat de studie stof tot nadenken geeft voor bijvoorbeeld kringen van Christenen voor Israël, waar het gevoelen leeft dat evangelieverkondiging onder joden overbodig is, onder andere omdat God Zelf het deksel van hun aangezicht zal wegnemen”.

Het deputaatschap voor Israël belegt op 22 mei een studiedag over Messiasbelijdende joden in Israël, waar ook ds. Baruch Maoz present zal zijn.

Bijzondere ontwikkeling

K. R. van Oordt, woordvoerder van Christenen voor Israël (Cvl), heeft met belangstelling kennisgenomen van het „buitengewoon interessante en betrouwbare rapport” van Leon Meijer. Zelf bezoekt hij Israël bijna dertig jaar. „De maakte Messiasbelijdende gemeenten al mee toen ze nog heel klein waren en heb de beweging zien groeien. Dat is een heel bijzondere ontwikkehng en ik ben blij dat daarvoor binnen de Hervormde Kerk aandacht is”.

Vanuit eigen ervaring plaatst Van Oordt een kanttekening bij de ‘theologie’ van Messiasbelijdende gemeenten, die Meijer beschrijft. „Vooral onder de gemeenteleden kom ik meer mensen tegen die problemen hebben met leer van de Drie-eenheid en de waarachtige godheid van Jezus Christus, zoals die is verwoord in de christelijke traditie”.

Geen rol

Voor Christenen voor Israël ziet Karel van Oordt geen rol weggelegd om het gesprek tussen kerk en Israël te stimuleren. „Dat is een taak van de kerken. Deze moeten duidelijk laten merken dat Messiasbelijdende gemeenten leden zijn van het lichaam van Christus. Wij houden wel contact met Messiasbelijdende gelovigen, zoals we ook contacten hebben met orthodoxe en liberale joden. We staan achter alle joden.

Ik heb veel orthodox-joodse vrienden, dat begrijpt u wel. Bij hen probeer ik er begrip voor te wekken dat Messiasbelijdende en liberale joden net zo goed joden zijn als zij. Ik ben daar niet actief in, maar als de kwestie aan de orde komt, doe ik mijn zegje. Of het gesprek op gang komt, hangt van God af’.

Om het even

Het is Van Oordt om het even of Messiasbelijdende joden vasthouden aan de rabbijnse traditie of dat ze zich daaraan niet houden. „Dat moeten ze zelf weten. Laten we die mensen alsjeblieft vrij laten. De ken in Israël rabbijnen die belijden dat Jezus de Messias is, maar dat niet in de openbaarheid brengen. Dat is hun zaak, niet de mijne. Als deze mensen zich willen houden aan rabbijnse wetten, vind ik dat prima”.

„Uit dit rapport blijkt overigens dat Messiasbelijdende gemeenten nauwelijks toegang hebben tot de joodse orthodoxie. Dat is jammer. Een gesprek tussen beide overtuigingen zou het respect voor elkaar kunnen verhogen”.

Financiële steun voor Messiasbelijdende gemeenten ziet Van Oordt niet zo zitten. „De voorgangers die ik ken, willen dat ook zelden. Het verstrekken van Bijbels en ander materiaal om te evangeliseren werkt volgens Christenen voor Israël niet. Vriendschapsevangelisatie heeft in Israël het meeste effect. Een Messiasbelijdende gemeente met vijftig leden betekent in de praktijk vaak dat er vijftig evangelisten zijn, vijftig levende getuigen”.

Het rapport over Messiasbelijdende gemeenten in Israël, dat ir. L. E. Meijer in opdracht van de Gereformeerde Zendingsbond (GZB) samenstelde, biedt veel stof voor bezinning op de plaats van Messiasbelijdende joden in het gesprek tussen kerk en Israël. Na het interview met Leon Meijer in de krant van afgelopen zaterdag volgen vandaag en morgen enkele reacties.

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 5 december 1997

Reformatorisch Dagblad | 32 Pagina's

De interesse van Messiasbelijdenden

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 5 december 1997

Reformatorisch Dagblad | 32 Pagina's