Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De enige flierefluiter tussen zwaartillers

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De enige flierefluiter tussen zwaartillers

Bevlogen journalisten van Het Parool zoeken het helemaal in een aards koninkrijk

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

”Het Parool”, dat is ons aller krant/ ”Het Parool” vult iedre kinderhand/ Met critiek en slimme politiek/ tegen de rechtsche kliek.// ”Het Parool”, dat is de stokebrand/ Aan Mephistopheles is het verwant,/ Wie bij ons een pennenstrijd begint/ Die wint!

vlak na de Tweede Wereldoorlog broeiden en gistten nieuwe ideeën, die moesten leiden tot het doorbreken van de vooroorlogse „schotjesgeest”. Het Parool is een krant van mensen geweest die zich aangesproken wisten door de ”Doorbraak-gedachte”. De ”Oproep” voor politieke vernieuwing waarin de Nederlandse Volksbeweging (NVB) zich presenteerde, werd door Het Parooljournalistiek begeleid. De Doorbraak-iaeeën vonden ook veel aanhang bij de aan de NVB verwante PvdA.

Het Parool is in de oorlog ontstaan als een verzetskrant. De medewerkers waren bevlogen journalisten, die de krant gebruikten om hun denkbeelden over de opbouw van een sociale, democratische, rechtvaardige en onverzuilde maatschappij uit te dragen. Zoals bij elke krant hadden ook Parool-lezers een emotionele band met hun dagblad. Los van de rubrieken koesterden veel lezers een nog diffusere band met Het Parool, aldus de auteurs van ”Léés die krant”. Dit herdenkingsboek beschrijft de naoorlogse geschiedenis van de krant.

Penneknechten

„De combinatie van de geweldige status van verzetsblad en de kwaliteit van de medewerkers, met haar onwil zich te voegen in het uitgesleten spoor van al lang bestaande politieke en/of godsdienstige stromingen, gaf de krant het aura van de enige flierefluiter tussen de zwaartillers. Om deze krant hing, net als in de oorlog, ook na 5 mei 1945 een sfeer van belofte…”

Een van de hoofdrolspelers van Het Parool is het PvdA-kamerlid Frans Goedhart geweest. Als stichter van het blad komt hij in het boek tevoorschijn als een bevlogen man met duidelijke idealen. Iemand die zonder scrupules zei hoe hij ergens over dacht en een hekel had aan het zakelijk denken waar ook zijn tijd vol van was. De bestaande dagbladuitgevers bestonden volgens Goedhart in de oorlog uit „een kudde bibberende zakenmannetjes, wier penneknechten zich dagelijks meldden bij de een of andere Duitse perscommissaris die hun meedeelt wat er geschreven moet worden”.

De volgzaamheid van de Nederlandse pers was volgens hem te wijten aan de „baatzucht” van de krantenbezitters. „Ter wille van het rendement van het in hun ondernemingen gestoken kapitaal verkopen ze onze nationale eer”, fulmineerde hij. „Als men hun verwijten maakt, weten ze niets anders te doen dan zich te beroepen op hun zakenbelang”.

Onafhankelijk

Het Parool moest volgens Goedhart een onafhankelijk dagblad zijn. Financieel onafhankelijk, maar ook politiek onafhankelijk. Een krant moest kunnen berichten en becommentariëren zonder last en ruggespraak. Dat ideaal en werkelijkheid niet met elkaar overeenkwamen, blijkt uit de rest van het boek. Zowel politieke als financiële afhankelijkheid werden jealiteit!

Het politieke ‘programma’ van Het Parool plaatste tegenover het liberale laisser- faire-kapitalisme de noodzaak van een gedeeltelijke geleide economie. Tegenover de vooroorlogse neutraliteitspolitiek stond een pleidooi voor een alliantie van Nederland met andere democratische staten. Tegenover een verzuilde maatschappij een doorbreken van de verstarde patronen. En tegenover het koloniale heersersdenken werd gewezen op de morele plicht om op voet van gelijkheid om te gaan met de bevolking van overzeese rijksdelen.

Geboeid

”Léés die krant” is een prachtig boek geworden. Mensen met belangstelling voor politieke geschiedenis en persgeschiedenis kunnen hun hart erin ophalen. Voor de wijze waarop de auteurs de opdracht om de geschiedenis van Het Parool op papier te zetten hebben aangepakt en verwerkt, heb ik veel bewondering.

Het boek heeft me geboeid, omdat er mensen in naar voren komen die iets te zeggen hebben. Bevlogen figuren met duidelijke idealen en opvattingen. Wat een ijver voor de zaak waarvoor zij stonden! Zij hebben het helaas helemaal gezocht in het hier en nu; in de verandering van maatschappelijke structuren, in een aards koninkrijk van vrede en gerechtigheid.

Ik hoop van harte dat christen-journalisten ook iets van deze bevlogenheid hebben. Dat ze zich zullen inzetten voor het koninkrijk van God en Zijn gerechtigheid. Dat zij gegrepenen zullen zijn door idealen van hogere orde.

N.a.v. ”Léés die krant. Geschiedenis van het naoorlogse Parool”, door Gerard Mulder en Paul Koedijk; uitg. Meulenhoff, Amsterdam, 1996; ISBN 90 290 4894 8 (geb.), 90 290 4815 8 (ingenaaid); 640 blz.; ƒ 89,00 (geb.); ƒ 69,90 (ingenaaid).

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 maart 1997

Reformatorisch Dagblad | 36 Pagina's

De enige flierefluiter tussen zwaartillers

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 maart 1997

Reformatorisch Dagblad | 36 Pagina's