Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Opgemerkt

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Opgemerkt

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

Berger

Dr. Klaus Berger, hoogleraar in Heidelberg, heeft een boekje geschreven met als titel ”Wie is Jezus werkelijk?” Vergeleken met andere boeken die de historische Jezus behandelen, is dit boek van Berger, zoals dr. J. Broekhuis in zijn recensie te kennen geeft, inderdaad een verademing. Berger geeft de Bijbel een kans en maakt geen onderscheid tussen ‘onechte’ en ‘echte’ woorden en daden van Jezus.

Toch zit er bij het boek van Klaus Berger een flink addertje onder het gras. Op bladzijde 9 zegt hij dat hij zich geen beeld vormt van Jezus. Als hij de vier evangeliën bekijkt, blijft het een open mozaïek. Op bladzijde 10 zegt Berger: „Nee, ik heb geen beeld van Jezus. Zoals ik geen beeld van mijn vrouw heb en het belangrijk vind dat ik niet meteen weet, wat zij gaat zeggen, als zij haar mond opendoet. Ook van mensen om mij heen vorm ik mij geen afgerond beeld en ik kan juist daarom het beste met hen overweg”. Op bladzijde 210 zegt Berger: „Zijn prestatie is niet automatisch plaatsvervangend, maar zij kan deze werking hebben, als mensen vervuld worden met de melodie van het lied”. Even daarna zegt hij: „Juist daarin is de rechtvaardigheid van Jezus radicaal, juist daarin lijkt Jezus op God. Om deze reden noemt men hem Zoon van God”.

Berger heeft dus geen duidelijke mening over Christus. Men bedenke dat Berger van 1970 tot 1974 universitair docent geweest is te Leiden. Dit is merkbaar. Hij zit op één lijn met de hoogleraar Berkhof. Deze wist de moderne theologie en de orthodoxe theologie eveneens goed te combineren. ”Wie is Jezus werkelijk?” is dus geen verrijking voor de boekenkast. Het fungeert als een levensgevaarlijke brug tussen de moderne theologie en de orthodoxe theologie. Dit boek kan wel een neogereformeerde, die allerlei Jezusbeelden creëert, aan het denken zetten.

Hans Reinders

Vogelsant 25

8303 ZN Emmeloord

Deskundigheid

Bij het lezen van het artikel (in RD-Plus van 7 maart) over de denkbeelden van de heer G. Feller over psychotherapie, kreeg ik een sterke behoefte om erop te reageren.

Ik vroeg me af waar de fysiotherapeut de deskundigheid en de vaardigheid vandaan haalt om mensen met psychiatrische stoornissen te behandelen, en zelfs diagnoses te stellen, buiten zijn vakgebied. De opleidingen tot psychotherapeut, psycholoog en psychiater zijn niet voor niets jarenlange studies, ook voor christenen.

Daarom ga ik met hartklachten niet naar de huidarts maar naar de cardioloog, en met depressie, angsten enzovoorts niet naar de fysiotherapeut maar voor diagnose en behandeling naar de psychiater, psycholoog enzovoorts. Bij beide problemen hoop ik op pastorale begeleiding vanuit de christelijke gemeente, eventueel door de dominee.

Tegenwoordig hebben we het grote voorrecht dat er christelijke Geestelijke Gezondheids Zorg is, zoals het GPZ en de gliagg, waar vakmensen werken, die weten wat geestelijk leven is.

Ankie Dekker

Buisweg 178

1222 GH Hilversum

Nood

Is het niet in- en intriest dat wij in Nederland zo egocentrisch intellectueel zijn geworden, dat het belang van het kind, door het gebruik van diverse voortplantingsmethoden, totaal verwaarloosd wordt?

Zijn wij de geestelijke nood van oorlogskinderen vergeten: dat zij hun afstamming wilden weten? Met de wereldse voortplantingsmethoden wordt opnieuw een golf van geestelijke nood geschapen. Laat Genesis 2:16-17 met 1 Samuël 1 eens op ons inwerken, ook kinderen hebben eeuwigheidswaarde!

Joh. T. Stam sr.

Badelochstraat 1

1191 AL Ouderkerk a/d Amstel

Israël

Onder de alarmerende kop ”Godsdienstvrijheid van joodse Messiasbelijders onder druk” (3 maart) is te lezen dat in Israël een voorstel in de maak is, dat het in bezit hebben van literatuur waarin een poging wordt gedaan iemand ertoe over te halen van religie te veranderen, verboden dreigt te worden.

Als dit aanvaard zou worden, is dat uiteraard verontrustend. Niet zozeer voor de Messiasbelijdende joden, want het smaadheid dragen om het Evangelie hoort bij het volgen van de Messias, maar eerder van de indieners van het wetsvoorstel, die zich zodoende verharden.

Maar het bericht is niet erg duidelijk. Gesproken wordt van Messiasbelijdende joden en een voorganger die zijn landgenoten vergelijkt met de Russische KGB en de Iraanse politie. Onduidelijk blijft namens wie van de Messiaanse joden zij spreken. Een en ander klemt temeer omdat zij voor buitenlandse politieke kanalen christenen oproepen te protesteren. Hetgeen nogal bedreigend is voor hun eigen land, dat toch al alleen staat, bedreigd door praktisch de hele ‘beschaafde’ en onbeschaafde wereld. Temeer daar er andere kanalen open zijn, bijvoorbeeld de zogeheten stille diplomatie, die in het verleden uitstekend gewerkt heeft, om ten opzichte van die wet de verontrusting te doen blijken.

Uit een bericht in het RD van 4 maart blijkt dat de fracties van de kleine christelijke partijen er fris van de lever op af gaan. GPV-fractievoorzitter de heer Van Middelkoop is geschokt. De beschuldigingen en veroordelingen rollen als het ware over elkaar heen, Israël is opportunistisch, joods fundamentalisme, in strijd met mensenrechten en „de apostel Paulus zou met deze wet regelrecht de gevangenis ingaan”. Het doet pijn, aldus Van Middelkoop. Maar hoe moet je de pijn van de christelijke partijen inschatten, als blijkt dat zij zich niet ontzien samen met de heer Van Mierlo Israël onder druk te zetten om „op gepaste wijze aan de Israëlische regering zijn verontrusting kenbaar te maken”. Een man zoals de heer Van Mierlo, die zich niet ontziet in Europees verband Israël op alle mogelijke manieren onder druk te zetten ten bate van de aartsvijanden van Israël, de Palestijnen.

Nu we het toch over de apostel Paulus hebben, christenen hebben door de eeuwen heen kunnen lezen (Romeinen 11 bijvoorbeeld) hoe hun houding ten opzichte van het gestruikelde Israël zou moeten zijn. Hun struikeling: voorwaarde voor ons heil; hun val: verzoening der wereld; dus. Wees niet hoogmoedig, maar vrees.

A. C. v.d. Velden-de Kam

Vruchtentuin 128

3078 TM Rotterdam

MS

Twee Belgische artsen beweren de oorzaak van de ziekte MS te hebben gevonden. Volgens deze medici zou de chronisch-neurologische aandoening van het centraal zenuwgestel het gevolg zijn van een infectie met een herpes simplex-virus.

Hebben de Belgische artsen in deze kwestie het gelijk aan hun zijde? In de moderne natuurgeneeskunde kennen wij twee typen van multiple sclerose. Het eerste type, eigenlijk de echte MS-ziekte, ligt op het vlak van de menselijke genen; een kwestie van aanleg dus. Terwijl het tweede type, dat overigens veel meer voorkomt dan type één, het gevolg is van de negatieve invloeden van een agressief milieu-virus. Het probleem is dat de ziektesymptomen van beide soorten aandoeningen verwarrend veel op elkaar lijken. De causale oorzaken zijn geheel verschillend, daarom bestaan er ook twee geheel andere natuurlijke behandelingsmodellen. In de moderne natuurgeneeskunde wordt niet gewerkt met symptomatische behandelingswijzen, maar met multicausale en individueel gebaseerde therapieën.

Dr. John Hart

Slakkenstraat 78

6431 NK Hoensbroek

Voorgaan

Een opmerking over een interview in het RD met een binnenvaartschipper die een andere schipper laat voorgaan om zondag te lossen in Duitsland om zelf een rustige zondag te vieren. Die andere schipper heeft ook een ziel hoor!

Hij verzoekt een naaste om zondag te werken. Dit is al een teken dat dit werk niet gedaan mag worden. Is het niet zo, Matthéüs 7:14 : „Want de poort is eng en de weg is nauw, die tot het leven leidt en weinigen zijn er, die hem vinden”.

Want wie zijn lading en schip niet verzekert, kan dit soort vrachten niet krijgen, want men moet het merkteken van het beest hebben. Openbaring 13:17. Waar zijn er nog schippers die de Heere God oprecht danken: Bedankt, Heere God, dat U mijn gezin en schip weer gespaard hebt over Uw kostelijke wateren. Die niet steunen op eigen wijsheid en techniek en onverzekerd rondvaren, die in hun leven op Christus zijn hopende. En die zeggen. Genesis 22:14 : „De Heere zal het voorzien”.

S. Nobel

Lekdijk 170

2967 GJ Langerak

Leraar (II)

Graag wil ik reageren op de inhoud van pagina 11 van RD-accent, zaterdag 8 maart. Ten eerste wil ik opmerken dat er mijns inziens geen ideale leraar bestaat. Liever zou ik willen lezen „de leraar met idealen”. Verder mis ik helaas in dit artikel een duidelijke visie op het onderwijs, en dan met name een reformatorische visie! Want wat maakt nu het verschil uit tussen reformatorisch onderwijs en het overige onderwijs? Toch niet alleen de grondslag? Zelden hoor je spreken over het pedagogische doel van de school: „Leerlingen opvoeden voor God en de medemensen (Comenius)”.

Het derde punt dat ik wil aansnijden, is dat in het reformatorische onderwijs methoden gebruikt worden die ook op ‘neutrale’ scholen gevolgd kunnen worden. Het maakt wel degelijk uit door wie een methode is geschreven. Dit wil ik onderstrepen met de uitspraak van dr. G. Wielenga dat „de didactiek de dienende dochter is van de pedagogiek”. Iedere methode wordt geschreven vanuit de pedagogische opvatting(en) van de schrijver. Het zou juist een uitdaging zijn voor het reformatorische onderwijs om met een geheel eigen didactische aanpak te komen.

Ik hoop dat het bovenstaande zal leiden tot een bezinning op en vernieuwing van het eigen onderwijs. Niet het onderwijs heeft rust nodig, maar de mens heeft de rust nodig! Dit ontslaat ons evenwel niet van de opdracht dat we moeten werken. De leraren moeten daarom blijven zoeken naar verbeteringen en naar optimalisering van het onderwijs. Diegenen die denken dat het onderwijs betekent op je lauweren te kunnen rusten, behoren zeker niet tot de leraren met idealen!

Pieter van Dijk

Burg. Baxlaan 13

4281 KN Andel

Euro en kerk

Professor G. van Dijk is recent voor de tweede maal hoogleraar in het coöperatiewezen geworden. Het is dan ook geen wonder dat voor deze coöperatieman „in het kwadraat” woorden als samen, samenwerking en leuzen als „één man maakt macht” belangrijk zijn. Je kan van een voorman van de coöperaties, die ook nog enthousiast is voor zijn vak, moeilijk anders verwachten.

Toch gaat hij te ver als hij in zijn column Euro en Kerk in het RD van 11 maart op basi: van deze redenering concludeert dat de EMU er toch maar moet komen. Er zijn twee zaken die hij over het hoofd ziet. De eerste is dat economische samenwerking heel goed mogelijk is zonder dat je één gezamenlijke munt hebt. De EU zoals die tot op vandaag functioneert, is daarvan het bewijs. De tweede zaak waar hij onvoldoende rekening mee houdt, is dat het in de stap naar de ene euro om meer dan economie alleen gaat. De geschiedenis leert dat een monetaire unie zonder een gelijktijdige politieke unie onmogelijk is. Juist op dat punt van die politieke convergentie zit de pijn. Terecht hebben de kleine christelijke politieke partijen daar altijd hun reserves bij gehad.

Het gaat hier om heel ingrijpende zaken, die weliswaar nog wat ver van ons bed staan, maar niettemin met rasse schreden naderen. Wat ook binnen de gereformeerde gezindte nodig is, is dat er eens een publiek debat wordt gevoerd over de plusen en minnen van de EMU. Dit blad en de christelijke politieke partijen zouden dat eens op moeten pakken. Dat vraagt om een stuk coöperatie, maar daar kan Van Dijk natuurlijk uitstekend bij van dienst zijn, bijvoorbeeld als discussieleider.

Ir. R. Jongeneel

Crocusstraat 5

6666 AS Beteren

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 maart 1997

Reformatorisch Dagblad | 36 Pagina's

Opgemerkt

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 maart 1997

Reformatorisch Dagblad | 36 Pagina's