Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Nederland schrijft nieuw verdrag

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Nederland schrijft nieuw verdrag

Voorstel: permanente staatssecretaris voor buitenlands beleid

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

DEN HAAG - De Nederlandse regering, die dit halfjaar voorzitter van de Europese Unie is, hoopt nog deze week de ‘witte gaten’ in de tekst van het nieuwe Verdrag van Maastricht in te vullen. Minister Van Mierlo zal deze toevoegingen volgende week dinsdag presenteren op een bijeenkomst van de Europese ministers van huitenlandse zaken in Rome.

Dit is gisteren uit betrouwbare bronnen in Den Haag vernomen. De vier hoofdstukken zijn een toevoeging (Addendum) op de tekst die het Ierse voorzitterschap in december heeft voorgelegd. De ministers van buitenlandse zaken van de lidstaten van de Europese Unie (en in deze fase niet meer hun persoonlijke vertegenwoordigers) zullen zich in april over de tekst en de toevoegingen buigen en deze tijdens een extra conclaaf (werkvergadering) met elkaar bespreken. Dergelijke bijeenkomsten zullen zij ook eind mei en in juni houden, na de Britse verkiezingen dus. De ministers zullen elkaar ergens in Nederland of in Brussel ontmoeten.

Van Mierlo wil in de loop van de maand mei een conceptverdrag aan zijn collega’s kunnen voorleggen. Met die tekst zal hij een rondreis langs de Europese hoofsteden maken. Op de top van Amsterdam, half juni, moet al dit gedelibereer uitmonden in een nieuw, tweede Verdrag van Maastricht: het Verdrag van Amsterdam. Wanneer dat dreigt te mislukken, zullen de Europese regeringsleiders in mei nog een extra top beleggen.

De Nederlandse aanvullingen op de Ierse tekst hebben betrekking op vier onderwerpen: het vrije verkeer van personen en de veiligheid van burgers in Europa, de ‘flexibilisering’ van de Europese besluitvorming, de grondrechten en het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid. Technische en ingewikkelde institutionele kwesties (zoals de samenstelling van de Europese Commissie en de weging van stemmen in de ministerraden) vallen buiten de tekst van het nieuwe verdrag. „Daarover moeten politieke akkoorden komen die je in twee minuten kunt opschrijven”, aldus een diplomaat.

Flexibiliteit staat voor besluitvorming waaraan niet alle lidstaten maar slechts een groep van landen meedoet. Omdat het woord wat negatief klinkt -het benadrukt immers vooral dat een bepaalde groep niet meedoet-, wordt het vervangen door ”versterkte samenwerking”, een begrip dat de nadruk legt op de groep van landen die hun onderlinge samenwerking intensiveren.

Bij de discussie over de flexibele besluitvorming wil de Unie twee uitersten vermijden. Zowel een situatie waarin het langzaamste schip de snelheid van het hele konvooi bepaalt als een uiteenvallende Unie moet worden voorkomen.

Nederland heeft nu negen criteria vastgesteld waaraan moet worden voldaan om tot ”versterkte samenwerking” over te mogen gaan. Bovendien doen Van Mierlo’s ambtenaren een poging om zo precies mogelijk te bepalen op welke terreinen lidstaten mogen afhaken -zonder dat zij de andere kunnen of mogen hinderen om wel verder te gaan- en op welke gebieden zij dat niet mogen.

Parlement

Een heikele kwestie is in dit verband ook de rol van het Europees Parlement. Sommige lidstaten hebben gezegd dat de parlementariërs uit de landen die bij een bepaald besluit afhaken, dat besluit in het Europees Parlement ook niet mogen beoordelen. Nederland, daarbij gesteund door de meeste lidstaten, spreekt echter uit dat het Europees Parlement „ondeelbaar” is.

Op het terrein van een gemeenschappelijke buitenlandse en veiligheidspolitiek van de Europese lidstaten heeft Ierland vorig jaar voorstellen gedaan die niet haalbaar blijken. Daarover doet Nederland nu concrete voorstellen. Bovendien komt Nederland met een oplossing voor een nieuwe figuur op het Europese toneel: een soort staatssecretaris voor het buitenlands beleid.

Deze ‘meneer Gbvb’ (Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid), op z’n Frans meestal aangeduid als ‘monsieur Pesc’ (Politique extérieure et sécurité commune), moet zich permanent gaan bezighouden met de voorbereiding van een gemeenschappelijke buitenlandse politiek van de Europese lidstaten. Hij (of zij) zal zijn werk gaan verrichten op grond van een mandaat van de raad van ministers van buitenlandse zaken en in samenspraak met de Europese Commissie en het voorzitterschap. Hij wordt de baas van een nieuwe ‘analyse- eenheid’, waarin ook enkele commissarissen zitting zullen nemen.

Monsieur Pesc komt vrij los te staan van het raadssecretariaat. Duitsland wilde zijn functie eigenlijk met die van de secretaris-generaal van deze uit 3000 medewerkers bestaande ambtelijke organisatie laten samenvallen. Maar Nederland, gesteund door Frankrijk, Groot-Brittannië, België en Luxemburg, wil een functionaris die tussen de raad en de Europese Commissie in zal staan. Hij kan dan evenwicht aanbrengen tussen

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 19 maart 1997

Reformatorisch Dagblad | 18 Pagina's

Nederland schrijft nieuw verdrag

Bekijk de hele uitgave van woensdag 19 maart 1997

Reformatorisch Dagblad | 18 Pagina's