Aardigheidje groeit uit tot eigen bedrijf
Van Ee wil door vernieuwingen trendsetter blijven op markt voor robuuste trapskelters
GARDEREN - Het starten van een eigen bedrijf lag bij H. van Ee uit Garderen in het verlengde van zijn hobby: het maken van robuuste trapskelters voor kinderen. Pas op 47-jarige leeftijd begint Van Ee met zijn onderneming IVIammoet-skelters, maar van deze stap heeft hij nu, negen jaar later, nog steeds geen dag spijt gehad. Het ontwikkelen van nieuwe dingen zit hem in het bloed.
Het maken van skelters begint halverwege de jaren zeventig als een aardigheidje, vertelt zijn vrouw. „JVIijn man werkte toen bij een staalconstructiebedrijf Een collega wilde voor zijn zoon een skelter en vroeg aan mijn man of hij zo’n vierwieler wilde maken, omdat hij nogal handig is”.
Eerste stap
Van Ee maakt een grote en degelijke trapskelter. Het voertuig valt in de smaak en daarmee is de eerste stap gezet. Van de ene skelter komt de andere. Familieleden, kennissen en mensen uit de omgeving weten al gauw de weg naar Garderen te vinden.
Door de toenemende belangstelling is Van Ee genoodzaakt om te zien naar een grotere ruimte. Dat vormt geen probleem, waint hij kan terecht in een lege varkensschuur van zijn vader. De productie wordt almaar uitgebreid. „Vooral bij boerenzonen zijn de skelters erg in trek. Bij burgerjongens vormt het ruimtegebrek om de vierwieler ergens te stallen vaak een groot probleem”, licht mevrouw Van Ee toe.
Ongeluk
Begin jaren tachtig heeft Van Ee wel eens overwogen voor zichzelf te beginnen. Toch vindt hij deze stap dan nog te groot. „Je weet immers niet hoe het gaat lopen. Bovendien is een skelter een luxeproduct. Dus als het slechter gaat met de economie, loop je wel het risico dat de verkopen inzakken. Ook had ik het bij mijn baas goed naar mijn zin, zodat er geen reden was om weg te gaan”.
Een ongeluk vormt de aanleiding om uiteindelijk toch op eigen benen verder te gaan. „Midden jaren tachtig viel ik tijdens de bouw van metalen spanten door eigen schuld van een hoogte van zeker vier meter naar beneden. Ik kwam er eigenlijk nog goed af, al had ik wel behoorlijk wat kneuzingen. Gezien de gevaren van het werken in de constructiebouw, besloot ik in oktober 1987 voor mezelf te beginnen. Het eerste jaar bleef ik ook nog werken bij mijn baas, maar vanaf 1 november 1988 richtte ik mij helemaal op mijn eigen bedrijf’, zegt Van Ee.
Bij zijn stap naar het zelfstandig ondernemerschap raadpleegt Van Ee geen adviseurs van bijvoorbeeld de Kamer van Koophandel. „JVIijn bedrijf bestond immers al”. Ook de bank heeft hij niet nodig. „Van mijn eigen geld kocht ik onder andere een tweedehands lasapparaat en een knipmachlne”.
De verkopen lopen goed. „Toen we voor onszelf begonnen, zijn we gaan adverteren in bijvoorbeeld de Boerderijkrant. Hierdoor nam de vraag snel toe. In het begin zeiden we: Tsjonge, we hebben vandaag weer een skelter verkocht. Maar die uitspraak moest al gauw worden bijgesteld in: Nou, we hebben er vandaag geen verkocht. Maar dat komt nu eigenlijk nooit meer voor”, zegt mevrouw Van Ee, die de verkoop vanuit een kelder onder het huis voor haar rekening neemt. In de beginjaren verzorgt zij ook de administratie.
Veiligheidsnorm
Vorig jaar verkocht Mammoet vele duizenden skelters. „De afzet neemt nog steeds sterk toe”, aldus mevrouw Van Ee. Bij de verkoop maakt Mammoet gebruik van dealers. Zelfs in het buitenland zijn de skelters inmiddels te koop. Vooral in Duitsland worden er veel afgezet.
Om aan de toenemende vraag te kunnen voldoen, wordt het aantal werknemers gestaag uitgebreid. Inmiddels werken er dertien mensen bij het bedrijf Ook wordt bij de productie nu gebruikgemaakt van lasrobots. Van Ee probeert de skelters steeds te verbeteren. Zo is het metalen stuur vervangen door een veel veiliger kunststof stuur.- Ook zijn onder andere de stuurinrichting en de kettingkast aangepast. „De nadruk bij de vemieu-, wingen ligt op het maken van veilig en sterk speelgoed”. Daarom is Mammoet ook blij dat de skelters voldoen aan de veiligheidsnorm CE.
Van Ee brengt inmiddels verschillende modellen op de markt, die variëren in grootte en luxe. De goedkoopste vierwieler kost 440 gulden. Voor de duurste skelter, die is uitgerust met een dakje, moet 1295 gulden worden betaald.
Het blijft echter niet bij skelters alleen. Van Ee breidt het aanbod uit met onder meer driewielers, een race-zijspan, bolderwagens en steppen. Bovendien maakt hij een kar, een watertank, een minigraver en een takel om achter de skelter te koppelen.
Nieuwe vestiging
Door het steeds bredere aanbod en de toenemende vraag moet de productieruimte steeds worden uitgebreid. Eerst kan nog worden volstaan met een tweede varkensschuur bij zijn vader, maar ook daar groeit Mammoet uit. Daarom wordt besloten naar een nieuwe vestiging uit te zien. Vorig jaar is deze in Bameveld geopend. Het nieuwe pand bevat tevens een showroom.
Het succes blijft niet onopgemerkt. Al snel dienen zich concurrenten aan. Op zich heeft mevrouw Van Ee daar geen moeite mee. „De markt is groot genoeg, want gezien de enorme vraag zouden wij ze toch niet allemaal zelf kunnen maken”. Toch heeft ze ook haar bedenkingen. „Wat ik wel jammer vind, is dat sommigen alles wat mijn man ontwikkelt, precies namaken. Om dat een beetje te voorkomen, hebben we nu op bepaalde technieken patenten”.
Van Ee probeert echter wel trendsetter te blijven. Het ontbreekt hem daarbij zeker niet aan ideeën. „We blijven niet alleen werken aan verbeteringen van de skelters, maar willen ook steeds nieuwe dingen op de markt brengen. Een voorbeeld daarvan is de Jeep-skelter, die over enkele weken leverbaar is”.
Ook ontwikkelt Mammoet skelters voor lichamelijk gehandicapten. „ 2o kwamen een man en een vrouw met de vraag of we een skelter konden maken voor hun zoon die niets met zijn benen kon doen. Mijn man heeft hiervoor een speciale skelter gebouwd. Als je dan ziet hoe gelukkig zo’n kind daarmee is, doet je dat goed”, zegt mevrouw Van Ee.
Goed recept
Het grootste probleem waar Van Ee mee kampt is de tijd. „Nu mijn zoon in het bedrijf zit en er iemand is aangetrokken die toezicht moet houden op de productie, hoop ik wat meer tijd te krijgen voor het uitdokteren van nieuwe dingen. Én voor mijn vrouw, want vrije tijd was er de afgelopen jaren nauwelijks bij”.
„Niet dat mijn man daar veel behoefte aan heeft, want werken is zijn hobby”, vult mevrouw Van Ee aan. Wat dat betreft heeft de late starter een goed recept voor nieuwkorners: „Alleen als je je handen uit de mouwen steekt, kan het, lukken, anders niet”.
Dit is het vijfde en laatste verhaal in de serie over startende ondernemingen.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 10 augustus 1996
Reformatorisch Dagblad | 20 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 10 augustus 1996
Reformatorisch Dagblad | 20 Pagina's