Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Over het extremisme van het midden

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Over het extremisme van het midden

Duitsers in identiteitscrisis omdat zij de Holocaust negeerden

14 minuten leestijd Arcering uitzetten

Na veertig jaar democratie in West-Duitsland vragen politici, historici en pedagogen zich af: Hoe kan het, dat wij in ons land weer met stromingen te maken hebben die aan de nazi-tijd doen denken? Neem Hoyerswerda, Hünxe, Rostock, Mölln, Solingen, Fulda... De namen van deze Duitse steden staan symbool voor een vermeend déja vu. Wij kennen allemaal beelden uit onze Duitse geschiedenis die de gedachte oproepen dat de actuele situatie een herhaling van het verleden is.

Precies zestig jaar na het begin van de nazi-terreur in Duitsland springt het extremisme van de straat weer in het oog.  We kunnen echter weten dat de geschiedenis zich niet herhaalt. De situatie nu is totaal anders dan bij voorbeeld in 1938. De brandstichtingen, de moorden en de uitbarstingen van geweld worden niet gepleegd op bevel van een Duitse regering of staatspartij. Duitse mensen doen dit op eigen initiatief. Massa's mensen juichen deze brandstichters toe. Zij voelen zich daardoor één met een groot deel van de Duitse maatschappij. Deze terroristen brengen in praktijk wat anderen in de kroeg of in hun keurige huiskamer zeggen.

Aan de andere kant zagen wij na de aanslag in Solingen massale demonstraties. Er waren Lichterketten, ketens van licht, waardoor Duitsers hun eigen zorg over de taferelen van geweld uitten. De mensen probeerden iets te doen, maar ze waren hulpeloos en radeloos. Een politieke oplossing of een doeltreffende reactie was het niet. Het was slechts een symbool, maar geen signaal voor een echte verandering.

Als historicus ben ik gewend de historische feiten te verzamelen, te analyseren en over alternatieven na te denken. Mijn werk als pedagoog is de doelstellingen van de pedagogiek steeds opnieuw te definiëren op basis van historische en culturele verworvenheden en de hedendaagse eisen. Als Duitser zit ik midden in de actuele situatie. Meer nog, ik maak zelf deel uit van het probleem waarover wij het hebben.

Stuurloos

Duitse intellectuelen zijn blijkbaar verlamd door de gebeurtenissen van 1989, de val van de Muur. Wij zijn de normen voor ons denken door de veranderingen gedeeltelijk kwijtgeraakt.

Tot de grote omwentelingen in Oost-Europa was het mogelijk op een redelijke manier met de problemen van chauvinisme, nationalisme en xenofobie om te gaan. We zagen ze als aspecten van de modernisering van de maatschappij. De verliezers van de modernisering worden ze wel genoemd. Een goed sociaal beleid, dat in de pas liep met de modernisering, zou de radicale groepen vanzelf laten verdwijnen.

Ik zal niet uitweiden over de situatie van voor 1989. Wel wijs ik erop dat bij voorbeeld de opkomst van de rechts extreme Republikaner deel uitmaakt van een ontwikkeling die ook in andere landen van West-Europa is te vinden. Dat maakt ze niet minder gevaarlijk, maar wel minder typisch Duits.

Als wij eens denken aan de verkiezingen voor het Europees Parlement van 1988. In de arbeidersbuurten van Hamburg, Lyon en Rotterdam haalden rechtse partijen als de Republikaner, het Front National en de Centrumpartij hun meeste stemmen. Toen al was duidelijk, dat het niet alleen over het rechts extremisme ging, maar dat de problemen dieper in de richting van het centrum van de maatschappij wezen. Tot zover zijn deze ontwikkelingen in Duitsland deel van verschuivingen en veranderingen die wij ook elders in Europa vinden. Deze toeneming van rechtse bewegingen wordt door veel Duitse waarnemers aangevoerd als bewijs dat er niets bijzonders in mijn vaderland aan de hand is. In een democratie heeft men heel gewoon een percentage rechts extremisten. Dat is een gegeven. Extremisme in Duitsland?

Foute taxatie

Door de gewelddadige uitbarstingen blijkt deze taxatie toch fout te zijn. Rostock, Hoyerswerda, Hünxe, Mölln en Solingen staan symbool voor het geweld, dat ons vanzelfsprekend woedend maakt. Woedend zijn is echter geen politiek antwoord op de gebeurtenissen in Duitsland. Lichtende ketens zijn een symbolische uiting, maar leveren geen verandering op.

De term "extremisme van het midden" vraagt ons na te denken over de huidige maatschappelijke situatie met haar taferelen van geweld. Mijn stelling is dat al vóór Hoyerswerda, Rostock enzovoorts in Duitsland een politieke verschuiving op grotere schaal heeft plaatsgehad.

Het midden verschoof naar rechts, zowel in maatschappelijk als in cultureel en politiek opzicht. Ik wil benadrukken: Dat is geen onvermijdelijk resultaat van een historisch proces. Nee, het is het voorlopige resultaat van een maatschappelijke strijd, die permanent in Duitsland en overal op de wereld wordt uitgevochten. Kernvraag is: Hoe zien wij onszelf op basis van onze geschiedenis en hoe gaan wij met ons verleden in het heden om?

Gebrek aan gevoel

Ik zal enkele voorbeelden van deze permanente strijd geven. Herinnert u zich de discussie over het bezoek aan de SS-begraafplaats in Bitburg? Dat was een onderdeel van het conflict over het omgaan met onze geschiedenis. Een meerderheid van de Duitsers was van mening dat het juist zou zijn om op een begraafplaats van Duitse soldaten en SS'ers een symbolische geste van verzoening te laten zien. De oppositie ertegen was groot. De bondskanselier en de zijnen wonnen. Zij misten elk begrip voor de gevoelige situatie. De regering deed een officiële poging om een symbolische eindstreep onder een deel van onze geschiedenis te zetten. Dit officiële gebaar heeft meer bijgedragen aan het hedendaagse klimaat in Duitsland dan de oppositie ertegen.

De discussie over ons verleden tussen historici, bekend als de "Historiker-Streit", is een voorbeeld van een alternatief. Ze heeft een heel ander resultaat gehad. De meerderheid van de intellectuelen die aan deze discussie deelnamen, heeft benadrukt dat een eindstreep onmogelijk is.

De vergelijking en het gelijkstellen van de Holocaust met de misdaden van het stalinisme worden op grote schaal afgewezen. Hier heeft bondspresident Richard von Weizsacker, lid van dezelfde partij als bondskanselier Kohl, op een heel redelijke manier ingegrepen en positie genomen.

Scandaleus

Deze discussies over ons verleden waren en zijn allemaal gekenmerkt door een enorme intensiteit en verbittering. En ik kan er niet omheen ze ook gedeeltelijk scandaleus te noemen. De strijd om de eigen identiteit is heel normaal. Alleen, de manier waarop men in Duitsland deze strijd voert, is volgens mij desastreus.

Wie zijn wij? Over die vraag wordt momenteel in Duitsland in alle hevigheid gestreden. In de laatste maanden hebben wij kennis kunnen nemen van symbolische gebaren en politieke beslissingen die onderdeel van deze strijd uitrnaken. Om iets te noemen: de herbegrafenis van koning Friedrich II van Pruisen en zijn vader Friedrich Wilhelm I in Potsdam, een jaar geleden. Die gebeurtenis had vooral symbolische waarde. Ze kreeg echter grote politieke lading doordat bondskanselier Kohl aanwezig was. Op de rouwplechtigheid in Solingen was hij echter niet te zien.

Ik twijfel ook ernstig of het een juist besluit was om uitgerekend op 1 september 1993, de jaardag van het begin van de Tweede Wereldoorlog, te beginnen met de verhuizing van het Duitse ministerie van defensie naar het gebouw van het oude krijgsministerie in Berlijn. Om eerlijk te zijn: ik twijfel niet, maar ik vind het een behoorlijk ongevoelige beslissing.

Ik noem ook de inwijding van het gerestaureerde standbeeld van keizer Wilhelm I in Koblenz op 2 september, de datum waarop in het keizerrijk de veldslag van Sedan werd herdacht. De oprichting van dit monument is gedeeltelijk mogelijk geworden dank zij particuliere donaties. De regering van de deelstaat Rijnland-Palts velieende echter ook een forse subsidie. Voorzitter daarvan is de SPD-leider en de uitdager van Helmuth Kohl, Rudolf Scharping.

Een laatste voorbeeld is de discussie over de wijziging van de Duitse grondwet ten aanzien van het asielrecht. Met hun manier van discussiëren hebben de politieke partijen allemaal gefaald. De brandstichters van Hoyerswerda en Rostock hebben hun doel zonder grote moeite bereikt. De autoriteiten gaven al snel toe en de asielzoekers moesten onder bewaking van de politie naar andere wijken vluchten.

Keerpunt

Als een maatschappij blijkbaar of vermeend niet in staat is de zwakken te beschermen, is dat een brevet van onvermogen. Als een maatschappij blijkbaar of vermeend niet bereid is de zwakken te beschermen, is het meer. Het is een keerpunt, waar een maatschappij de keuze leeft haar rechtvaardigheid te bewijzen of niet. Alle democraten in Duitsland hebben als eerste taak de radicalisering van het midden te voorkomen. Dat is het enige alternatief om een herhaling van het verleden op een ander niveau te voorkomen.

Het typisch "gesunde Volksempfinden" is blijkbaar teruggekeerd in de Duitse politiek. De grote partijen vrezen kiezers te verliezen. Daarom leuren ze in hun politiek meer met de opiniepeilingen dan met hun eigen programma en ethische of rationele concepten. De conservatieve partijen CDU en CSU waren sinds 1945 meestal in staat rechts conservatieve stromingen te integreren. De rechtse Republikaner vormen een ernstig gevaar voor de aantrekkingskracht van deze partijen.

De sociaal-democratische SPD ziet eveneens een deel van haar traditionele aanhangers in de arbeidersbuurten naar de rechts extreme Republikaner overstappen. In Hamburg, waar morgen verkiezingen worden gehouden, zeggen de opiniepeilingen dat 4 procent van de kiezers voor de Deutsche Volksunion zal stemmen; een nog viezere en vuilere versie van het rechts extremisme dan de Republikaner, die zelf 3 procent van de, stemmen zullen halen; 7 procent voor de extreem rechtse organisaties - een regelrechte bedreiging, als de democratische partijen geen antwoord hebben op de maatschappelijke problemen.

Neiging naar rechts

De problemen zijn te groot om maar een eenvoudige oplossing te kunnen aanbieden. De partijen lopen het gevaar hun kiezers op de weg naar rechts te volgen. Dus lopen ook de democratische partijen gevaar, of hun aanhang of hun democratische rechtvaardigheid te verliezen. Het maatschappelijke centrum staat midden in een strijd om het toekomstige gezicht van Duitsland.

Het "gesunde Volksempfinden" is terug. Een belangrijk onderdeel ervan is het diepgewortelde gevoel, anders dan de anderen te zijn, omdat men Duitser is. Wij vinden dit gevoel terug in de extreme idee van de "Herrenmensch" of, op een gematigde wijze, van de "Deutsche Sonderweg" en de "Mittellage im Herzen Europas".

Wij zien het in andere landen: nationalisme, chauvinisme en etnocentrisme zijn vandaag politieke concepten van groot belang, want ze schijnen een eenvoudig antwoord op de problemen te geven. De vragen van identiteit zijn teruggekeerd op het politieke toneel. De mensen bezinneh zich op hun etnische en nationale afkomst. Dat zijn ouderwetse, maar tegelijk ook actuele concepten.

Toch herhaling?

In Duitsland is het nationalisme vanwege de Duitse geschiedenis problematisch, meer nog: gevaarlijk. Nationalisme in Duitsland betekende steeds weer een gevaar voor de Duitsers zelf èn voor hun buren'. Een Duits nationalisme na 1945, dat zich Goethe zou willen herinneren, maar Buchenwald vergeet, gaat mis. 

Ons land is door de hereniging ingrijpend veranderd. Een Israëlische historicus zei me twee weken geleden dat Duitsland door de Wiedervereinigung inmiddels meer op Duitsland lijkt. Het is duidelijker Duits en minder Europees. Hij was het ook die zei: „Wij leren allemaal dat geschiedenis zich niet herhaalt, maar vandaag vraag ik mij af: Waarom zijn we daar zo zeker van? Blijkbaar is het toch anders. Op een andere manier, op een andere wijze, maar het heden lijkt vreselijk veel op het verleden".

Geschiedenis herhaalt zich niet. Niet op dezelfde manier, niet eens op een ander niveau. Het heden is anders. Ja, Duitsland blijft Duits. Dat is geen verrassing, maar wat zal in de toekomst de bijklank van het woord "Duits" zijn? De ideeën over de toekomst zijn erg verschillend en de strijd is nog steeds hevig. In het heden is de emotionele erfenis van het nazisme niet meer te negeren. Een van de^. belangrijkste taken voor de Duitse democratie is, aan de democratische verworvenheden van veertig jaar Bondsrepubliek vast te houden. Daarin moeten wij ook de ervaringen van de Oostduitsers integreren. Het socialisme in de voormalige DDR is ook een resultaat van de voorafgaande nazi-dictatuur geweest. De Duitse mentaliteit is in West-Duitsland en Oost-Duitsland op een heel verschillende manier door het totalitaire verleden beïnvloed. Van deze nalatenschap moeten wij ons rekenschap geven willen wij ermee kunnen omgaan.

Mondige burgers

Duitsland is zo gevaarlijk of zo ongevaarlijk als de Duitsers het zelf toelaten. Onze democratie heeft mondige burgers nodig, die zich bewust zijn van hun verleden. Maar die ook steun aan een democratisch beleid geven.

Hoe radeloos wij op dit moment mogen zijn, wij zijn er. Dit is ons land en wij zullen het niet overlaten aan de aanhangers van ideeën die de hele wereld en Duitsland al meer dan één keer in het ongeluk hebben gevoerd.

Duitsland heeft zijn geschiedenis, maar wij moeten ons daarvan weer bewust worden. Als men de kinderen en kleinkinderen van de nazi's, van de toeschouwers en van de meelopers vraagt hoe zij hun eigen identiteit verstaan, blijkt er vaak sprake te zijn van een gigantische kloof. De naoorlogse generatie leeft een andere belevingswereld dan de generatie die voor Auschwitz verantwoordelijk was of die de gruwelen tenminste liet gebeuren. Dat komt omdat wij zijn opgegroeid alsof Auschwitz helemaal niet heeft bestaan.

Onze vragen over vroeger zijn door onze ouders en grootouders meer met zwijgen dan met verhalen beantwoord. Dank zij dat zwijgen, en dank zij halve waarheden en hele leugens, hebben wij een zeer beperkt idee van wat er in de nazi-tijd in Duitsland gebeurde. Van wat onze voorvaders en -moeders deden. Deze twee werelden zijn zo duidelijk van elkaar gescheiden, dat wij ze meestal niet bij elkaar kunnen brengen.

Generatiekloof

"Nazi's". Dat woord laat jonge Duitsers van de derde generatie denken aan Hitler, Goring en Goebbels; aan saluerende, ietwat idiote jonge, blonde mensen met blauwe ogen die „Heil Hitler" schreeuwen; aan SS'ers met uniformen en zwarte laarzen.

Het is heel bezwaarlijk voor Duitse jongeren om hun grootouders met deze "beelden uit de nacht" te verbinden. Nee, hun grootouders zijn allemaal oud. Hun haar is grijs, niet blond. Ze bibberen, trillen en beven - ze zien hen als oude mensjes, die niemand kwaad zouden kunnen doen.

Jonge Duitsers groeien op met de mythe dat de nazi een monsterachtig schepsel is. „Wij zijn opgegroeid zonder nazi's, omdat wij de monsters die wij verwachtten, niet vonden. Wij waren niet bereid om de heel gewone, banale nazi's, de meelopers en toeschouwers in onze ouders of grootouders te herkennen. De naoorlogse generatie heeft hun ouders nooit in de rol van nazi-held meegemaakt", heeft de joodse journalist Peter Sichrovsky geschreven.

Ik citeer Sichrovsky nog een keer: "De stralende jeugdige held in SS-uniform, heilig gelovend in Hitler en de eindzege, was ook voor hen (dat zijn: de jongeren, MH) slechts geschiedenis. Ze kenden die van plaatjes en uit boeken. Aangezien ze vlak voor of direct na de oorlog waren geboren, herinneren ze zich hun ouders heel anders. Hun ouders waren vaak op de vlucht, door bombardementen dakloos gemaakt, zonder huis of werk, werden gezocht door de geallieerde politie, gearresteerd en soms veroordeeld. Die kinderen herinneren zich hen vaak als oorlogsslachtoffers. Als slachtoffers van een verloren oorlog.

Taak

Een eigen identiteit op grond van onze geschiedenis te ontwikkelen, is een voorname taak voor mijne generatie. Wij moeten onze plaats in Europa vinden na jaren van leugens, zwijgen en verdringing. Velen zoeken hun idealen en idolen in het verleden, waardoor dit proces van zoeken zo gevaarlijk wordt. Wij kunnen en mogen Duitsland niet aan de aanhangers van een Duitse identiteit afstaan die niets en niemand ontziet. Wij moeten deelnemen aan de politieke en culturele strijd. Op elk maatschappelijk terrein. Wij, die nog de meerderheid vormen, hebben daarbij hulp, steun en kritische begeleiding nodig.
Ten slotte, een voorstel. De Duitsers hebben hun problemen met hun verleden. Het is heel bezwaarlijk voor hen om met het feit om te gaan dat zij zelf niet in staat waren zich psychisch of feitelijk van het nazisme te bevrijden. Na bijna vijftig jaar, denk ik, zouden wij in staat en bereid moeten zijn, om op 8 mei 1995 de vijftigste jaardag van de bevrijding met onze Europese buren en met de overlevenden van de Shoah, met de overlevenden van de concentratie- en vernietigingskampen en met de voormalige dwangarbeiders te vieren. Dit is een dag van herdenking, van ambivalentie en van pijn en rouw. Maar toch: het hedendaagse Duitsland zou bereid en in staat moeten zijn de overlevenden en zichzelf te laten zien dat wij een les uit het verleden hebben getrokken: Auschwitz en een dreiging van iets soortgelijks: nooit meer!  

Drs. Matthias Heyl, geboren in 1965, behoort tot dezelfde generatie als de brandstichters. Hij studeerde geschiedenis en is thans wetenschappelijk medewerker aan het Historischdidactisch instituut van de universiteit van Hamburg. Hij werkt aan een promotie-onderzoek over het onderwijs aan Duitse jongeren over de jodenvervolging in de Tweede Wereldoorlog.

Dit de enigszins verkorte versie van de lezing die Matthias Heyl afgelopen dinsdag hield tijdens eert discussie-avond op het Goetheinstitut in Rotterdam. 

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 18 september 1993

Reformatorisch Dagblad | 28 Pagina's

Over het extremisme van het midden

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 18 september 1993

Reformatorisch Dagblad | 28 Pagina's