Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Kampement als creatieve gedachte

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Kampement als creatieve gedachte

Uitspraken Lubbers hebben aanjaagfunctie in de bezinning

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het is de huidige politielie leider van het CDA, premier Lubbers, deze week weer gelulit prominent in het nieuws te blijven. Op een partijbijeenl^omst in Almere plaatste hij maandagavond de jeugdcriminaliteit in de schijnwerpers. Het is opvallend hoe verschillend hierop in politiek-Den Haag is gereageerd. ,

De heren en dames politici weten nog steeds niet goed raad met de toegenomen criminahteit in ons land. Dat bleek uit de reacties op Lubbers' luchtballon om jeugdige deliquenten harder aan te pakken. Hij wil dat ze worden opgesloten. Niet om hen in inrichtingen of jeugdgevangenissen duimen te laten draaien. Want nietsdoen is niet goed. Die jeugdigen moeten werken of bijschoUng krijgen, desnoods in bewaakte kampementen, aldus de CDA-voorman in Almere.

De premier plaatste zijn ideeën over strafmogelijkheden voor jongeren overigens in een breder kader. Zijn hele betoog was gericht op een hardere aanpak van wetsovertreders. Ook werkgevers die illegalen in dienst hebben, moeten forser worden aangepakt. Op school zou „orde en discipline" wel eens het belangrijkste vak moeten worden. In de brief, die Lubbers donderdag ter toelichting op zijn uitspraken aan de Tweede Kamer zond, staan nog meer ideeën," zoals bij voorbeeld het voorstel vermogende criminelen te laten meebetalen aan de uitbreiding van gevangenissen.

Luchtballon

Eigenlijk geeft Lubbers met het oplaten van deze luchtballon aan, dat er in de afgelopen jaren veel is misgegaan in de samenleving en dus ook in het beleid van de overheid. De slinger van de klok is ver, te ver doorgeslagen in de richting van permissiviteit. Gezag en orde zijn zo'n beetje vieze woorden geworden. Wie daarover tot voor kort durfde reppen, gaf volgens het moderne levensgevoel blijk van een gezindheid die in deze samenleving niet meer thuis hoort.

Inmiddels zijn de politici hardhandig wakker geschud. Bandeloosheid en criminaliteit zijn nauwelijks meer beheersbaar. Dit leidt weer tot wilde uitspraken van deze pohtici. Hoe is anders te verklaren dat politiewoordvoerder Van der Heijden (CDA) deze week in de Tweede Kamer mede namens zijn PvdA-coUega Stoffelen van de ministers Dales en Hirsch BalUn eiste dat de criminaliteit op het gebied van inbraken, autokraken en snelheidsovertredingen in één jaar met 10 procent moet zijn teruggedrongen?

Zo'n eis roept vraagtekens op. Gaat het echt zo gemakkelijk, dat als de Kamer iets wil op het gebied van resultaten in de bestrijding van de criminaliteit, dit met een percentage kan worden aangegeven? Zouden de criminelen zich opeens voor 10 procent gaan inhouden? Of weet de politie die 10 procent dahng zomaar vanonder de politiepet vandaan te toveren?

Gezichtsverlies

Stel dat het lukt, waarom is men daarmee niet enkele jaren eerder begonnen? Maar als het niet lukt, gaan de stellers van deze eis figuurlijk gesproken op hun gezicht. De Kamer heeft met deze eis de bewindslieden èn de poUtie voor een onmogelijke taak geplaatst. Kortom, eisen van dit kaliber leiden tot niets en leveren op lange termijn voor de overheid gezichtsverlies op. Terecht noemt het dagblad Trouw in een commentaar dit soort uitspraken „riskant spierballen vertoon".

Intussen is de criminahteit onrustbarend gestegen. De burgers ontberen steeds meer het gevoel van veiligheid. Uit statistieken blijkt dat maar weinig Nederlanders niet met criminaliteit in aanraking komen. Daarom wordt ook de roep steeds luider om wangedrag fors aan te pakken. Het gevaar is niet denkbeeldig dat deze burgers, als de overheid in hun ogen verstek laat gaan, het recht in eigen hand nemen of zich wenden tot een partij die extremistische denkbeelden koestert.

Lubbers ziet dit gevaar en daarom plaatste hij dit onderwerp op de politieke agenda door er in zijn rede in Almere fors aandacht aan te besteden. Overigens was het een CDA-partijbijeenkomst, waarop Lubbers vooral sprak als CDA-politicus en minder als premier. Dat kan toch onmogelijk verboden worden. Maar tegelijk is hiermee aangegeven dat ook niet van de premier verwacht kan worden dat zijn partij-politieke uitspraken in het kabinetsbeleid zijn terug te vinden.

Geloofwaardigheid

Er schuilt natuurlijk wel enig gevaar in het doen van uitspraken die niet zijn terug te vinden in beleid. De geloofwaardigheid van de politiek kan daarmee in het geding komen. Burgers gaan een tijdje af op beloften en uitspraken, maar op een gegeven moment zijn voor hen de daden belangrijker. In dat licht bezien, heeft de partijpoliticus Lubbers maandagavond in Almere met zijn uitspraken erkend dat in de ruim tienjarige ambtsperiode van premier Lubbers geen afdoende antwoord is gevonden op de criminaliteit.

Merkwaardig waren de reacties van twee sociaaldemocratische bewindslieden. Minister D'Ancona, belast met het jongerenbeleid, vond het beter als Lubbers over de kampementen z'n mond had gehouden. Nu komt deze dame wel meer in de knoei met de vrijheid van meningsuiting als zij uitspraken hoort die haar onwelgevallig zijn. Zo vond zij recent ook dat het CDA-kamerlid Hillen de mond moest worden gesnoerd toen deze CDA'er pleitte voor eerherstel van de moeder in het gezin. Maar waarom zou een politicus niet mogen zeggen wat hij vindt, al vindt mevrouw D'Ancona dat niet zo leuk?

,Kranig"?

Minister Ritzen van onderwijs ridiculiseerde de uitspraken van Lubbers. Hij deed de suggestie van de premier af als „kranige uitspraken die de politici wel vaker gebruiken als ze ver van Den Haag zijn". Bovendien was, aldus Ritzen, de toespraak van Lubbers niet meer dan een korte samenvatting van Ritzens eigen artikel, dat daags na de Almere-avond in het dagblad Trouw verscheen. „Want ik ga daar namelijk over".

In staatsrechtelijk opzicht is dal een merkwaardige uitspraak want ook Ritzen is lid van het kabinet, dat altijd als met één mond behoort te spreken. Ritzen gaat nergens over. Hij heeft geen eigen, van de andere kabinetsleden afgeschermde, toko. Hij is als lid van dit kabinet belast met de portefeuille onderwijs. Zo werkt dat in ons staatsbestel.

De ideeën van de premier zijn meer dan het overwegen waard. Daarom moeten ze niet worden afgedaan als „losse flodders", of als „bovenmatig". Het is veelzeggend dat de fracties in de Tweede Kamer de gedachten van de CDA-leider bepaald niet onwelwillend ontvingen. Zeker, er moet nog goed worden nagedacht en veel is nog onduidelijk. Maar zoveel is wel duidelijk dat de uitspraken van Lubbers een aanjaagfunctie hebben gekregen, waardoor de bezinning over intensivering van de misdaadbestrijding weer een impuls kregen. Derhalve waren deze uitspraken zeker nuttig.

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 20 maart 1993

Reformatorisch Dagblad | 28 Pagina's

Kampement als creatieve gedachte

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 20 maart 1993

Reformatorisch Dagblad | 28 Pagina's