'Anne Frank' pakt vooroordelen met feiten

Volgens Dales moet de „zieke geesten" die zich schuldig maken aan racisme met feitenmateriaal de mond worden gesnoerd. Het boek van de Anne Frank Stichting, dat onder meer is bedoeld voor het onderwijs, is volgens Dales een goed hulpmiddel.

Vooroordelen zoals „Binnenkort is de islam de grootste godsdienst in Nederland" wordt met cijfers weersproken. In 1991 bedroeg het aantal moslims 3,1 procent van de Nederlandse bevolking. Het chistendom wordt nog altijd door 60 procent aangehangen.

„Buitenlanders krijgen kinderen aan de lopende band", wordt weerlegd met cijfers waaruit blijkt dat het geboortencijfer onder immigranten afneemt en het gebruik van voorbehoedmiddelen door Marokkaanse en Turkse vrouwen in Nederland veel hoger is dan in het land van herkomst.

Volgens directeur H. Westra van de Anne Frank Stichting kan niet worden geconstateerd dat de discriminatie in Nederland stijgt. Racistisch geweld in Nederland is laag al zijn er incidenten. Maar de deelname van allochtonen in het arbeidsproces is in Nederland ten opzichte van andere Europese landen weer laag.

Harde feiten als bewijs voor de stelling dat het racisme stijgt, zijn er volgens Westra niet. „Tenzij je van mening bent dat iedereen die zegt op de centrumdemocraten (CD) te gaan stemmen een overtuigde racist is", aldus Westra.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen