Uitstel van betaling voor twee Begemann-dochters
Moederconcern: Verlies niet meer te financieren
BREDA (ANP) - De twee Begemann-bedrijven Backer en Rueb Breda en Begemann Staalbouw verkeren sinds gisteren in surséance. Zowel de rechtbank van Breda als die van 's Hertogenbosch heeft gisteren met het verzoek van Begemann ingestemd. Tot bewindvoerder is de Bredase advocaat mr. M. J. M. Franken benoemd.
Eind vorig jaar liet het moederconcern, de Begemann Groep, de directies van beide verliesgevende bedrijven al weten geen aanvullende middelen meer beschikbaar te stellen, aldus een toelichting gisteren van secretaris B. K. van Dijk van de raad van bestuur van Begemann.
Begemann gaat ervan uit dat de surséance voor de twee bedrijven alternatieve oplossingen kan bieden. Een van de serieuze mogelijkheden is een overneming van beide bedrijven door de zittende directie. „Andere opties zijn verkoop of voorzetting in afgeslankte vorm", aldus Van Dijk. In ieder geval biedt de surséance voor Backer en Rueb en voor Begemann Staalbouw volgens de woordvoerder de mogelijkheid tot sanering van de schulden.
De twee bedrijven in Breda tellen samen 183 werknemers. Backer en Rueb Breda heeft 135 personeelsleden in dienst, Begemann Staalbouw 48. Het verlies voor de twee ondernemingen gezamenlijk liep sinds 1987 op tot ƒ 36 miljoen.
Backer en Rueb maakt industriële (stoom)ketels, apparaten en regeneratoren voor energiebedrijven en de procesindustrie. Staalbouw vervaardigt bruggen en sluizen en is actief in het onderhoud ervan.
Negatieve invloed
De aanvraag voor surséance is gedaan om structureel iets te doen aan de „aanwezige verliessituaties". De gang van zaken bij de bedrijven had een sterk negatieve invloed op het geconsolideerde resultaat van de Begemann Groep. „Eind vorig jaar hebben we de directies laten weten niet verder te gaan met voortgaande financiering van verliezen", aldus Van Dijk. Over de afgelopen drie jaar heeft de Begemann ƒ 24 miljoen in Backer en Rueb gestoken en ƒ 6 miljoen in Begemann Staalbouw.
Begemann zegt een aantal alternatieve scenario's te hebben bekeken, maar die bleken bij nader inzien niet haalbaar. Aan uitstel van betaling viel vervolgens niet meer te ontkomen, aldus het concern, waarin 130 bedrijven met 8000 werknemers zijn ondergebracht. Het belang van het concern in de twee bedrijven is ten laste van het resultaat van 1992 geboekt.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 9 maart 1993
Reformatorisch Dagblad | 17 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 9 maart 1993
Reformatorisch Dagblad | 17 Pagina's