Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Beroep tegen vonnis Joegoslavisch schip

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Beroep tegen vonnis Joegoslavisch schip

Aanvechten van uitspraak om beslag op te heffen

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

DEN HAAG (ANP) - De Nederlandse staat gaat in hoger beroep tegen de uitspraak van de Rotterdamse rechtbankpresident dat de lading kolen van het Joegoslavische schip Crna Gora niet onder de sanctiebepalingen jegens Servië en Montenegro valt. Een woordvoerder van het ministerie van economische zaken heeft dat meegedeeld.

Drie weken geleden bepaalde rechtbankpresident Ter Kuile dat de Sanctiebeschikking Servië en Montenegro niet mag worden toegepast op de partij kolen die in de haven van Rotterdam ligt opgeslagen. De „ladingbelanghebbenden", te weten de Columbiaanse eigenaar en de Belgische bevrachter, konden niet weten dat hun lading met een „besmet schip" vervoerd zou worden, zo overwoog hij. Hij gelastte de Economische Controle Dienst (BCD) het beslag op de 65.000 ton kolen op te heffen.

De ECD voert als één van de belangrijkste redenen voor het beroep aan dat de rechtbankpresident in zijn vonnis voorbij is gegaan aan een advies van het Sanctiecomité van de Verenigde Naties over de uitvoering van het handelsembargo tegen "KleinJoegoslavië".

Advies

De Nederlandse staat heeft over de Crna Gora twee keer advies gevraagd aan de Verenigde Naties. Dat gebeurde voordat de ECD achtereenvolgens het schip de haven van Rotterdam liet binnenvaren en de lading Uet lossen. Het Sanctiecomité steunde die stappen vanwege de dringende redenen maar stelde dat de lading niet vrijgegeven mag worden. Daarmee zou een geldstroom op gang worden gebracht waar Servië en Montenegro van profiteren. De ECD vindt dat de rechtbankpresident zo'n advies niet naast zich neer kan leggen, omdat Nederland zich volkenrechtelijk heeft gebonden aan de Verenigde Naties. Door dat toch te doen schept hij een precedent dat uitvoering van de sancties bemoeilijkt.

Ook betwist de ECD de overweging dat de eigenaar en bevrachter niet konden weten dat de onder Maltezer vlag varende Crna Gora een „besmet schip" was. Het Sanctiecomité hanteert als richtlijn dat deze partijen de plicht hebben dat te onderzoeken. De ECD voegt daaraan toe dat uit openbare bronnen waaronder rechterlijke uitspraken blijkt dat de Maltese rederij Zeta Ocean Shipping fungeert als dekmantel voor de vroegere staatsrederij Jugoslavenska Oceanska Plovidba (JOP).

De Crna Gora ligt sinds half oktober aan de ketting in de haven van Rotterdam. Daarvoor had het zes weken rondgedobberd voor de kust van Hoek van Holland omdat de ECD het schip toegang tot.de haven weigerde. Nadat aan boord een onhoudbare situatie was ontstaan, mocht de bulkcarrier alsnog binnenvaren.

Temperatuur

Twee maanden later mocht de lading aan wal omdat de temperatuur aan boord zo hoog was opgelopen dat brandgevaar dreigde. De ECD liet meteen beslag leggen op de partij steenkolen die een waarde heeft van ongeveer vijf miljoen gulden. Overigens loopt bij het gerechtshof in Den Haag nog een ander hoger beroep in deze kwestie. Rederij Zeta tekende dat aan tegen een eerder vonnis van de zelfde Rotterdamse rechtbankpresident. Daarin wordt bekrachtigd dat de ECD het recht had om de Crna Gora toegang tot de Rotterdamse haven te weigeren.

Behalve de Crna Gora is volgens de ECD tot nog toe nog maar één ander schip in Nederland getroffen door de sancties tegen Servië en Montenegro. Augustus vorig jaar ging in Amsterdam de Panamese vrachtvaarder Skadarlija aan de ketting omdat het banden zou hebben met de vroegere Joegoslavische staten. Het schip mocht pas weer uitvaren nadat het had aangetoond dat die banden waren verbroken.

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 4 maart 1993

Reformatorisch Dagblad | 22 Pagina's

Beroep tegen vonnis Joegoslavisch schip

Bekijk de hele uitgave van donderdag 4 maart 1993

Reformatorisch Dagblad | 22 Pagina's