„Plan haven Rotterdam moet fors aangepast"

Van onze regioredactie

Het rapport Ontwikkelingsperspectief Rijnmond 2010 werd door de Zuidhollandse Milieufederatie (ZHM) en de Stichting Natuur en Milieu (SNM) aangeboden aan de milieugedeputeerde van Zuid-Holland, J. van der Vlist (PvdA), en de directeur Haveninnovatie van het Gemeentelijk Havenbedrijf Rotterdam, K. van der Steenhoven. Het rapport is een alternatief voor het Havenplan 2010.

P. van der Veer, medewerker van de SNM, maakte gisteren duidelijk dat het rapport niet bedoeld is om hiermee het Havenplan weg te schuiven. „Al hebben wij wel grote bezwaren tegen het feit dat in het Havenplan het milieu er niet al te best af komt. Daarbij komt, dat het Havenplan weinig werkgelegenheid oplevert. En dat is juist iets waar in dit gebied een schreeuwende behoefte aan is".

Het onderzoek waarvan gisteren de resultaten gepresenteerd werden, is verricht door het Nederlands Economisch Instituut en het bureau Research voor Beleid in opdracht van de milieuorganisaties. Deze hebben daarvoor financiële steun gekregen van het Havenbedrijf en de provincie ZuidHolland.

Ombuigen

Volgens de milieubeweging is het duidelijk dat wanneer het Havenplan 2010 ongewijzigd wordt uitgevoerd, minimaal zo'n 100.000 bewoners van Rijnmond in 2010 last zullen hebben van lawaai, terwijl de hinder van stank en stof alleen maar erger zal worden. Ook baart de opeenhoping van veiligheidsrisico's in het gebied hun ernstige zorgen. Bovendien zullen landelijke normen ten aanzien van de gewenste uitstoot van schadelijke stoffen door de ontwikkelingen in Rijnmond mogelijk totaal gefrustreerd worden.

Om het Havenplan in positieve zin om te buigen, worden in het rapport van de milieuorganisaties 25 aanbevelingen gedaan. Zo zou de aanleg van de Tweede Maasvlakte niet door moeten gaan en zou er meer geïnvesteerd moeten worden in ontwikkeling van het toerisme in het Rijnmondgebied. Bovendien roepen de milieuorganisaties de belanghebbenden op het Beleidsconvenant ROM-Rijnmond niet te ondertekenen. Verder zou er geïnvesteerd moeten worden in een forse natuurontwikkeling en zou er extra geld moeten vrijkomen voor de versterking van de stedelijke economie en de werkgelegenheid.

Tweede Maasvlakte

Milieugedeputeerde J. van der Vlist zei gisteren in een eerste reactie dat hij niet de indruk heeft dat het onderzoeksrapport van de milieuorganisaties en het Havenplan 2010 elkaar uitsluiten. „Ik denk dat mogelijk moet zijn om over beide stukken met elkaar te spreken in een interactief proces. Ik vind overigens niet dat het Beleidsconvenant niet ondertekend zou kunnen worden".

Ook de directeur Haveninnovatie van het Gemeentelijk Havenbedrijf, K. van der Steenhoven, vond dat beide rapporten elkaar aanvullen. „Overigens ben ik het niet met alle aanbevelingen eens. Zo denk ik niet dat we nu al moeten zeggen dat een Tweede Maasvlakte er niet moet komen. Dat is me een beetje te snel. Ik zou graag eerst zorgvuldig onderzoeken of een Tweede Maasvlakte nodig is en dan pas een oordeel vormen. Want het zal duidelijk zijn dat je zoiets natuurlijk niet gaat realiseren als er geen behoefte aan is".

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen