„Stichting Woord en Daad moet waken voor gevaar gewenning"
Scheidende voorlichter I. 't Lam zet spaarglobe op tafel
GORINCHEM - „Hèt gevaar voor onze giftenorganisatie is dat van de gewenning. Armen, leprapatiënten en daklozen, het een is nog erger dan het ander, maar als je niet oppast, raak je er aan gewoon". Dat is de boodschap die voorlichter I. 't Lam van Woord en Daad bij zijn pensionering meegeeft aan de achterban. Op 16 juni hoopt hij 65 jaar te worden.
De voorlichter zet een kleine, doorzichtige wereldbol op tafel. "Woord en daad, wereldwijd helpen", staat op de evenaar. De smalle opening op de noordpool maakt de bedoeling duidelijk. „Er is dringend behoefte aan continue hulp", 't Lam doet de gereformeerde gezindte daarom een globe cadeau. „Een spaarpot voor goede drinkwatervoorzieningen in de Derde Wereld. Ik wens hem eenmaal per dag op elke huiskamertafel", verduidelijkt hij.
Onderaan de lijst
Zestien jaar geleden zette 't Lam zijn eerste schreden op het pad van de ontwikkelingshulp. Een lezing van ds. Hegger gaf de aanzet. „Ds. Hegger vroeg om hulp voor een weeshuis in India. Er sloeg een vonk over en ik bedacht een actie. Nu wijlen ds. W. L. Tukker was de eerste die ik uitnodigde om zitting te nemen in het comité van aanbeveling. Zet mij maar onderaan de lijst, zei hij".
Volgens 't Lam zette deze eerste actie de gehele gereformeerde gezindte aan het denken. „Het werk was voor de kerken vrij nieuw. Van een veelheid van stichtingen was nog geen sprake en de oprichting van de interkerkelijke stichting Woord en Daad was op 6 juli 1973 een feit.
De stichting geniet intussen landelijke bekendheid. Plaatselijke comités van Woord en Daad vervullen een voorlichtende functie in vrijwel alle provincies. Op 900 scholen voor basis- en voortgezet onderwijs is de organisatie een begrip. Daaraan heeft met name het werk van de financiële adoptie van kinderen bijgedragen.
Tien miljoen gulden gaat jaariijks in en uit. De laatste drie maanden kwam zelfs een miljoen meer binnen dan in voorgaande jaren. „Als de giftenstroom aanhoudt, bereikt Woord en Daad in 1989 een mijlpaal in haar geschiedenis", aldus 't Lam, die tevens meedeelt dat het kostenpercentage van zijn stichting beneden de 10 procent ligt.
Hongerprobleem
Volgens de voorlichter helpt Woord en Daad de allerarmsten in de Derde Wereld. „Eigenlijk zijn we niet meer dan een druppel op de gloeiende plaat. Maar we zouden als dat mogelijk was alle noodlijdenden willen helpen". Als christenen hun taak verstaan, is het hongerprobleem de wereld uit, zo citeert 't Lam een Amerikaan. „Nu sterven er dertig kinderen per minuut."
In het verieden ondernamen hulpverleningsorganisaties meer dan eens identieke acties in de Derde Wereld. Met het tweemaandelijks overleg tussen ZOA, Woord en Daad, Red een kind en Tear Fund moeten de ergste doublures worden voorkomen. Gelukkig is er ook overleg met kerkelijke organisaties en deputaatschappen, zegt 't Lam. „Wat moet de Derde Wereld wel niet van ons denken als twee stichtingen op dezelfde stoep staan?".
't Lam wil vooral „de geestelijke kant van de zaak" benadrukken. „Neutrale stichtingen doen vaak goed werk. Maar, worden er ook mensen bekeerd? Dat is toch het voornaamste. Het gaat om brood voor de mond, maar ook om brood voor het hart". „Juist daarom", zegt 't Lam het jammer te vinden, dat er zoveel nieuwe stichtingen ontstaan. „Soms is dat zelfs binnen één kerkverband het geval. Voor christenen in de Derde Wereld is zoiets onbegrijpelijk. Is er zo veel gradatie onder reformatorische christenen? vraagt men dan".
Zeep en stoven
De voorlichter startte zijn loopbaan bij de stichting als bestuurslid, propagandist en verkoper. Op 22 maart 1975 kwam hij voor 15 uur per week in vaste dienst. In 1977 volgde zijn benoeming tot full-time secretaris- binnenland. Zijn groothandel in groenten en fruit liet hij in familiehanden achter.
Nieuwjaarsdag 1980 werd hij benoemd tot stafmedewerker voorlichting en propaganda. In die functie bezocht hij diverse malen de projecten overzee. De daar verkregen informatie gaf hij door op voorlichtingsavonden.
Veel heeft hij er gehouden, soms zes dagen per week. En 't Lam verkocht tegelijk. Zeep, stoven, badhanddoeken en kaarsen. „In vaste dienst kwam ik ten laste van de organisatie. Ik wilde mezelf terugverdienen. En dat lukte".
Eerst op de comitédag op 30 september neemt 't Lam afscheid van zijn geesteskind. Maar ook daarna blijft hij meeleven. „Op de achterplecht", zegt hij. „Het roer gaf ik over aan H.de Pater
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 8 juni 1989
Reformatorisch Dagblad | 20 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 8 juni 1989
Reformatorisch Dagblad | 20 Pagina's