Akkoord van EG met Golfstaten
Politieke samenwerking tussen verschillende blokken neemt toe
De EEG heeft eind maart een akkoord bereikt over handel en samenwerking met de zes Arabische-Golfstaten die in de Gulf Cooperation Council zijn verenigd. In juni zullen de Europese en Arabische ministers van buitenlandse zaken dit akkoord ondertekenen, waarbij naar verwachting ook zal worden verklaard dat de politieke samenwerking tussen de blokken zal toenemen.
Om te voorkomen dat lange en moeilijke onderhandelingen over het verlagen van Europese importtarieven tegenover een verhoogde export van petrochemische stoffen van de Golfstaten tot mislukken van het overleg zouden leiden, is dit handelsakkoord bewust heel bescheiden gehouden. Het is slechts de eerste stap. terwijl gesprekken over een veel breder verdrag zullen volgen. In dit eerste stadium hebben de partners besloten elkaar als meest begunstigde handelspartners te zullen beschouwen. Geen nieuwe tarieven of handelsrestricties worden aan elkaar opgelegd.
De zes Arabische-Golfstaten -Koeweit, Saoedie-Arabië, de Verenigde Arabische Emiraten, Qatar, Bahrein en Oman- hebben zich in 1981 verenigd in de Gulf Cooperation Council (GCC). Enkele jaren geleden liepen collectieve overeenkomsten van de EEG met de Arabische wereld vast, omdat de Arabieren niet tot een gezamenlijk beleid konden komen.
De GCC lijkt daar geen moeite mee te hebben. Vooral de islamitische revolutie in Iran, de Russische inval in Afghanistan en de Golfoorlog brachten deze zes staten tot nauwe samenwerking. Vanaf het begin deed de GCC zijn uiterste best te beklemtonen dat hij een economisch en sociaal samengaan van de zes lidstaten beoogt, en dat de onafhankelijkheid en integriteit van de lidstaten vooropstaan. Toch wordt de samenwerking op militair en politiek gebied steeds hechter. Bij elke vergadering staat het Golfconflict op de agenda. Geen wonder, want de Golfstaten zijn ieder apart onmachtig zichzelf te verdedigen in geval van oorlog.
Zanderige rijkjes
Dat deze zes lidstaten zich vrij makkelijk verenigden en zonder noemenswaardige problemen hun economie op elkaar kunnen afstemmen, heeft te maken met de grote overeenkomsten tussen deze zanderige rijkjes. Alle leden zijn de laatste vijftien jaar rijk geworden door de olie, ze worden gezamenlijk bedreigd door de oorlog, ze hebben alle zes een sterk autocratische regeringsvorm, spreken dezelfde taal en hangen de islam aan. Saoedie-Arabië heeft de meeste inwoners en de meeste olie en speelt dus de eerste viool in de GCC. Dat lijkt de overige leden niet zwaar te vallen, want die mogen zich verheugen in forse subsidies van hun 'grote broer' in Riaad. Tegelijk weten alle lidstaten dat hun economie snel zal omkomen als de olievoorraad is uitgeput. Omdat Saoedie-Arabië nog het langst zal kunnen pompen, beseffen de andere lidstaten hun afhankelijkheid.
Dat de GCC op economisch gebied nog lang niet voldoende samenwerkt, blijkt uit de duplicatie van enkele industrieën, die daardoor samen veel te veel produceren. Zo zijn er in de Golfstaten te veel cementfabrieken, de Verenigde Arabische Emiraten bouwden een droogdok om met Bahrein te concurreren, Bahrein schiep een staalindustrie terwijl Qatar die al heeft, en in de petrochemische industrie is het eind helemaal zoek. Zo is het aantal plasticfabrieken formidabel.
Bronnen leeg
Juist dit soort onnodige duplicaties maakt duidelijk hoe zinnig economische samenwerking en planning is. Als de olie op is, moet deze regio haar economie op een ander leest hebben geschoeid, en daarbij moet zo effectief mogelijk te werk worden gegaan. Ook omdat elk van de staten te weinig bewoners heeft om een goede markt voor de eigen industrie te vormen is men op elkaar aangewezen. De zes lidstaten hebben samen ongeveer 16 miljoen inwoners. Diversificatie van de economie staat dan ook hoog in het vaandel van de GCC. De rol van de verkoop van ruwe olie moet worden overgenomen door een industrie die ook nadat de bronnen leeg zijn nog blijft functioneren. De in Doha gevestigde Gulf Organization for Industrial Consulting (GOIC) bracht onlangs een rapport uit waarin een ernstige waarschuwing klonk. Het rapport waarschuwde dat het niet voldoende gebruiken van de huidige produktiecapaciteit, gepaard met de teruglopende inkomsten en winst van de bestaande industrie, bezig is de zo nodige diversificatie van de economie te verstoren. In de bestaande industrieën in de Golf wordt gemiddeld 63 procent van de produktiecapaciteit benut.
Onwrikbare strategie
De dramatische val van de olieprijzen heeft ertoe geleid dat veel nieuwe projecten op de lange baan, zijn geschoven. De zes naties hebben door veel te hoge overheidsuitgaven in een tijd dat de inkomsten terugliepen, grote schulden gemaakt, en teren in op hun ge'investeerde reserves. Omdat het makkelijker is de olie-inkomsten te gebruiken voor consumptieve uitgaven dan voor investeringen voor de lange termijn, nemen de Golfstaten momenteel een zware hypotheek op de toekomst. Investeringsuitgaven moeten niet langer als luxe worden gezien. Ook als het economisch wat minder goed gaat moeten deze uitgaven vaststaan.
Het ontbreekt de Golfstaten nog aan een onr wrikbare strategie, omdat de koningshuizen gewend zijn aan een traditie van laissez-faire. Hopelijk zullen de lidstaten van de GCC door meer samenwerking ook tot duidelijker stappen komen en harde plannen formuleren om hun toekomst veilig te stellen. Daarvoor is het Onontbeerlijk dat men inkomstenbelasting gaat heffen en dat de bevolking realistische prijzen gaat betalen voor door de overheid verleende diensten.
Zonder zulk soort innovaties op de korte termijn lijkt het lot van de leden van de GCC bezegeld. Door olie te verkopen zonder dat te vervangen door andere produktiemiddelen, gaan de Golfstaten in feite failliet door een totale opheffingsuitverkoop.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 april 1988
Reformatorisch Dagblad | 22 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 april 1988
Reformatorisch Dagblad | 22 Pagina's