Kamer stelt Brox verantwoordelijk
Onaanvaardbaar van VVD krijgt geen bijval
DEN HAAG - Het VVD-kamerlid Bolkestein oogstte gisteren weinig waardering met zijn opmerking dat het beleid van exstaatssecretaris Brokx als „onaanvaardbaar" moet worden bestempeld. De liberaal liet tijdens de behandeling van het rapport van de parlementaire enquêtecommissie bouwsubsidies in de Kamer blijken niet terug te schrikken voor het verbinden van politieke consequenties aan de conclusies van het eindrapport.
Deze beoordeling kwam Bolkestein duur te staan. De woordvoerders van CDA, PvdA, GPV en PPR trokken openlijk in twijfel of de VVD ook zo'n vierkant standpunt zou hebben ingenomen als Brokx op dit moment nog staatssecretaris was geweest.
Het kamerlid Schutte herinnerde Bolkestein aan de opstelling van de VVD tijdens het debat over de RSV enquête. Deze enquêtecommissie betitelde in haar rapport destijds het handelen van VVD-minister Van Aardenne als „onaanvaardbaar". De VVD-fractie heeft toen geprobeerd de politieke lading van dit etiket af te zwakken. Schutte sprak er gisteren zijn verbazing over uit dat het nu juist de VVD moet zijn die het oordeel „onverantwoord" uit het eindrapport van de enquête bouwsubsidies aanscherpt en vertaalt in „onaanvaardbaar".
Brokx verantwoordelijk
Deze terechtwijzing stond overigens alleen. Geen van de fracties heeft geprobeerd het voor ex-staatssecretaris Brokx (sinds vrijdag burgemeester van Tilburg) op te nemen. Ook het CDA stelt Brokx volledig verantwoordelijk voor veronachtzaming van voor zijn beleid relevante informatie. Alle fracties steihmen in met de conclusie van de commissie dat hij ernstige fouten heeft gemaakt en onzorgvuldig is geweest met het verstrekken van informatie aan Me Kamer.
PvdA en WD stellen zich op het standpunt dat een bewindsman die aantoonbaar gefaald heeft in het vervolg eerder zou moeten aftreden. Naar de mening van beide fracties zou dat niet meteen tot een kabinetscrisis hoeven leiden. CDA-woordvoerder Van der Sanden verklaarde hierop beslist niet toe te willen naar een situatie, waarbij een falende bewindsman automatisch aftreedt. Bolkestein diende hem van repliek met de opmerking zoiets altijd van geval tot geval moet worden beoordeeld. Castricum (PvdA) en Bolkestein vrezen dat de ministeriële verantwoordelijkheid bloot staat aan uitholling als een minister, „in wiens naam een ernstige fout is gemaakt", aanblijft.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 april 1988
Reformatorisch Dagblad | 24 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 april 1988
Reformatorisch Dagblad | 24 Pagina's