UIT DE KERKELIJKE PERS
Het gekrookte riet
Ds. W. Pieters gaat in het blad „Het gekrookte riet" (kerkblad tot opwekking, verbreding en verdieping van het bevindelijk-geestelijk leven naar Schrift en belijdenis binnen de Nederlandse Hervormde Kerk) in op de vraag van een lezer over de leesdiensten.
„Een heel ander onderwerp is de leesdiensten. Wat moeten we daarmee? In de Bijbel vinden we het nergens. Er waren predikers van Gods heilig Woord. In de tijd van de Reformatie, voorzover ik weet, waren er geen leesdiensten. Waren er geen predikanten, dan trachtte een ouderling voor te gaan en in alle gebrek een goed woord van zijn Koning te spreken en zijn medereizigers te waarschuwen voor zonde en verdoemenis.
Waar de leesdiensten vandaan komen, is mij onbekend. In Schotland schijnt het wel te zijn voorgekomen, maar in Nederland was het onbekend. Toch zijn we nu in de afgescheiden kerken aan dit onreformatorisch gebruik gewoon geraakt. Er zijn meer plaatsen van bijvoorbeeld de Oud Geref. Gem., waar gelezen wordt, dan gepreekt. Wanneer een ouderling recht tot zijn ambt is geroepen en bekwaamd, dan moet hij uit Gods Woord kunnen spreken.
Noem dat dan maar geen preek, als u vindt, dat een ouderling niet mag preken, maar noem het een 'stichtelijk woord' of een 'oefening, toespraak'. Dat is naar mijn bescheiden mening beter, bijbelser, reformatorischer, dan leeskerk te houden. En wanneer we menen, dat die ouderling niet vertrouwd is om een woordje te spreken, dan mag die man helemaal geen ouderling wezen. Dus, als een ouderling door de Heere geroepen is tot zijn ambt, dan mag hij bij afwezigheid van een dienaar des Woords zelf 'preken'. In de kerkorde der Hervormde Kerk is daarin voorzien. "In noodgevallen kan een ouderling een kerkdienst leiden..." Dit is ook in de oude reformatorische kerk van de vluchtelingengemeente te Londen enigszins gebruik geweest: Op donderdagavond werden er zogenaamde 'profetieën' gehouden, waarin ook ouderlingen en andere mannelijke leden der gemeente een eenvoudig woord mochten spreken, onder leiding van de kerkeraad.
Maar goed, wij zitten met het gebruik van het preeklezen, dat een noodoplossing is, maar een oplossing is het in geen geval, en in vele gemeenten helaas ook geen nood! Dan zou ik zeggen: Als het nu eenmaal zo is, dat er toch gelezen moet worden, lees dan het beste van het beste en lees ook zo goed, helder, eerbiedig en duidelijk, dat de mensen er niet voor thuis blijven. Trouwens, als een ouderling een preek leest van Wulfert Floor -en dat geschiedt in de afgescheiden kerken gelukkig nog-, waarom dan niet een preek van eigen hand, want Wulfert Floor was ook maar een eenvoudige boer, die van God geleerd was, maar geen ambt bekleedde".
DC
Ds. H. G. de Winkel, lid van de redactie van "De Christen" (orgaan van de Unie van Baptisten Gemeenten), vindt het beschamend dat we wel belangstelling voor de strijd tussen Iran en Irak hebben als het over onze olie gaat, en die belangstelling in mindere mate, tonen als het gaat over de duizenden levens die vernietigd worden. „Alles went. Ook dat Iran en Irak al zoveel jaar in oorlog zijn. Van tijd tot tijd zie je de markante, wat geheimzinnige figuur van ayatollah Khomeini op het balcon verschijnen om de nieuwe lichting soldaten, die naar het front zal gaan, toe te spreken. Jonge, zeer jonge gezichten zijn daar vaak bij. Het lijkt mij een man die maar een paar woorden hoeft te zeggen en de menigte is begeesterd. Hij hoeft niet eens zo hard te schreeuwen als destijds Hitler. Maar Iran voert dan ook een rechtvaardige oorlog, want Irak is de aanvaller. Iran voert ook een heilige oorlog, want Allah wil het. En als je de mensen van dat laatste weet te overtuigen hoef je niet zo hard te schreeuwen.
De massa's jongemannen gaan naar het front, met de ogen van de ayatollah in hun rug. Aan de andere kant worden, met andere argumenten wellicht, ook de massa's naar het slagveld gestuurd. Alles met een huiveringwekkende vanzelfsprekendheid en vanuit een absoluut gelijk. Och, het duurt al zo lang. Basra wordt gebombardeerd, en soms krijgt Teheran een klap. Er vallen doden. Hoeveel? Geen idee. Het is zo ver weg.
Maar opeens veert de wereld op. De scheepvaart in de Perzische Golf loopt gevaar, want er worden mijnen gesignaleerd. Een grote olietanker loopt een gat op, een ander schip explodeert. De olieaanvoer loopt gevaar. Schepen krijgen een escorte. Verschillende landen stellen mijnenvegers beschikbaar. Dreigt er een oliecrisis? Voor de TV verklaart een meneer die van olie alles afweet dat Europa voldoende voorraad heeft, en dat de olie uit zoveel andere gebieden wordt aangevoerd dat er uit de Golfstaten maar 6 procent naar Nederland komt. We kunnen gerust zijn. En werkelijk, er komt even een gevoel van opluchting na zo'n bericht. Geen olieschaarste. De auto kan bhjven rijden. We kunnen ons ook zonder die Golf-olie redden.
Dan dringt tot je door hoe egoïstisch we als mensen eigenlijk denken. Want die verschrikkelijke oorlog tussen Irak en Iran is zo ver van ons bed. We lachen misschien wat om zo'n fanatieke ayatollah. Of verbazen ons er een ogenblik over hoeveel macht één mens kan hebben, zoals ook weer bleek bij de onlusten tijdens de bedevaart naar Mekka in Saoedi-Arabië. Maar het blijft allemaal ver weg in een vreemde wereld. Totdat de olie van onze welvaartsmachine in gevaar komt. Dan wordt het voor ons pas spannend. Het komt dichtbij.
Maar dan komt die meneer verklaren dat we niet bang hoeven te zijn. En tegelijk schuift die oorlog weer ver weg. De strijd gaat door in het Oosten. Strijd om de macht, wellicht overgoten met een godsdienstig sausje en voorzien van de noodzakelijke argumenten. Mensenlevens mogen niet tellen en wie zich in naam van Allah opoffert is een held en een heilige. Doch wij hebben er nauwelijks mee te maken, want de olievoorziening is veilig. Dat prikt je er op dat onze interesse en betrokkenheid zo in lagen verdeeld is. Opeens kan iets van de onderste laag bovenop komen te liggen, omdat het je direkt gaat raken. Zoals het je ook veel meer zou raken als je familie in Bagdad of Teheran had.
Beschamend is het wel, als we opeens zo'n belangstelling hebben voor die oorlog. Niet omdat er duizenden levens aan de lopende band vernietigd worden. Niet omdat mensen gevangen zitten in een staalharde, godsdienstige ideologie waarvoor ze desnoods hun leven offeren, zonder zelfs ooit geproefd te hebben van de vrijheid en de liefde van Christus. Aandacht alleen omdat het aan onze olie komt...".
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 29 augustus 1987
Reformatorisch Dagblad | 18 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 29 augustus 1987
Reformatorisch Dagblad | 18 Pagina's