Ook in Geref. Kerken nu te veel predikanten

In dat rapport geven de deputaten aan de hand van de ontwikkeling van het aantal predikanten en predikantsvacatures in 1984 en 1985 een prognose voor de situatie in de naaste toekomst. De deputaten verwachten dat het aantal predikantsvacatures tot 1991 zeker niet zal toenemen en wellicht nog zal dalen.

Zij noemen als redenen onder meer dat het aantal predikanten dat de emeritaatsgerechtigde leeftijd bereikt, tot dat jaar laag blijft. Bovendien zullen tot 1991 nog vrij grote aantallen studenten afstuderen aan de Theologische Hogeschool te Kampen en de Vrije Universiteit van Am. sterdam.

Minder gereformeerden

Verder zal de daling van het aantal gereformeerden leiden tot minder predikantsplaatsen en zal het beroepen tot predikant-in-deeltijd op een predikantsplaats die vroeger door een volletijds-predikant werd bezet, leiden tot afneming van het totale volume aan werkgelegenheid voor predikanten.

Uit het rapport blijkt dat het aantal gemeentepredikanten eind 1985 ; 143 was, 41 meer dan twee jaar eerder. In algemene dienst waren 323  predikanten. De laatste tien jaar is het aantal predikanten in deeltijd sterk gestegen.
Waren er in 1975 veertien deeltijd-predikanten, in 1986 waren dat er 95. Ook het aantal vrouwelijke predikanten is de afgelopen tien jaar sterk toegenomen. Waren er in 1975 zes vrouwen als gereformeerd predikant werkzaam, begin 1986 waren dat er 61, van wie 41 werkzaam in een gemeente. De deputaten tonen zich niet onverdeeld gelukkig met de toeneming van het aantal predikanten in deeltijd. Zij vinden het „op zichzelf" verheugend dat kerken die anders niet in staat zouden zijn een predikant te beroepen, de kans hebben een deeltijd-predikant te beroepen.

Jonge predikanten

Bovendien sluit dit goed aan bij de wensen van jonge predikanten, die tijd willen vrijhouden vóór verdere studie of samen met hun partner de verantwoording willen delen voor gezinsinkomen, huishouding en opvoeding. Anderzijds is het gevaar dat deeltijd-predikanten die meer behoefte aan inkomen krijgen, bij voorbeeld doordat het inkomen van de partner wegvalt, geen voUetijds-predikantsplaats meer kunnen vinden. Deputaten vrezen dat predikanten zich de financiële gevolgen van een functie-in-deeltijd niet altijd voldoende realiseren.

Gezien de afneming van het aantal predikantsplaatsen achten deputaten het zeer gewenst dat de plaatselijke kerken „uitermate" terughoudend zijn met het aanstellen van predikanten die met vut of emeritaat zijn, voor hulpdiensten of in tijdelijk dienstverband.

Eerder in vut

Het breed moderamen van de Gereformeerde Kerken heeft inmiddels gisteren besloten de vut-leeftijd voor predikanten met een jaar te verlagen. Dat betekent dat predikanten vanaf 1 januari 1987 op de leeftijd van 62 jaar gebruik kunnen maken van de regeling voor vervroegde uittreding. De vut-leeftijd is daarmee in de Geref. Kerken gelijk geworden aan die in de Nederlandse Hervormde Kerk. Voorts besloot het breed moderamen het niveau van de uitkering te verhogen.

Het breed moderamen volgde het voorstel van deputaten PFO. Deze wezen erop dat sinds de invoering van een vut-regeling in 1984 slechts ten gering aantal predikanten ervan gebruik heeft gemaakt (in 19S4 zeven, in 1985 zes, en in 1986 eveneens zes).

Deputaten noemden voor het geringe enthousiasme in de vut te gaan twee redenen. In de eerste plaats achtten zij de leeftijd van 63 jaar te hoog. Verder zou hot niveau van de vut-uitkering te laag zijn ten opzichte van het laatstgenoten traktement.

Bezuinigingen

De deputaten PFO kwamen verder in een voorstel voor de begroting van 1987, dat gisteren tijdens een besloten zitting door de synode werd besproken, tot de conclusie dat het gevoerde beleid niet geleid heeft tot de noodzakelijke daling van de uitgaven voor de algemene kerkelijke arbeid van de Gereformeerde Kerken. Voor de komende jaren zullen daarom ingrijpende maatregelen nodig zijn om de uitgaven te beperken.

De bezuinigingen waartoe de synode al eerder heeft besloten, zijn onder meer niet gehaald doordat een aantal vacatures te gemakkelijk is vervuld en tijdelijk werk permanent is gemaakt. Mede daarom pleitten de deputaten er met nadruk voor dat de termijnen die voor tijdelijke posten zijn vastgesteld, worden gehandhaafd. De synode besprak gisteren onder meer de mogelijke voortzetting van het dienstverband van de toeruster voor het oorlogsvraagstuk, die in 1983 voor vier jaar is aangesteld.

Mede in verband met de daling van het aantal gereformeerden stellen de deputaten voor de quota voor het totale landelijke werk van de Gereformeerde Kerken volgend jaar met 2,8 procent te verlagen. Dat zal ertoe leiden dat zij volgend jaar bijna een miljoen gulden minder zullen opbrengen dan dit jaar. Om de begroting rond te krijgen willen de deputaten ruim 3,4 miljoen gulden aan de reserves onttrekken. Ook dit jaar zal volgens de raming ruim 3 miljoen gulden aan de reserves moeten worden onttrokken.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen