Dertien mensen bij brand omgekomen

Burgemeester Van Thijn van Amsterdam noemde de brand „hartverscheurend, afgrijselijk en misdadig. Dat een man dat op zijn geweten durft te nemen". Hij sprak tevens zijn bewondering uit voor de wijze waarop de brandweer het vuur heeft bestreden.
Van Thijn deed dat na afloop van een persconferentie waar commissaris Jagerman, chef van de recherche district Warmoesstraat, bekend maakte dat er onder de slachtoffers zeven mannen en zes vrouwen zijn. Op verzoek van de familieleden gaf de politie niet de volledige naam van de slachtoffers maar slechts de initialen en ook geen woonplaats.
De zes bij de brand omgekomen vrouwen zijn: de 37-jarige T. G. L. V., de 58-jarige A. M. C. M., de 45-jarige F. J. H., de 42-jarige N. M., de 42-jarige G. E. J. D. (allen gasten) en het 20jarige personeelslid A. H.
De zeven bij de brand omgekomen mannen zijn: de 36-jarige Marokkaan L. M., de 42-jarige E. H. R. (eveneens uit Marokko), de 34-jarige Chinees S. K. C, de 62-jarige G. B., de 42-jarige P. K., de 36-jarige P. A. L. (allen gasten) en het 35-jarige personeelslid P. A.B. Elf van de slachtoffers zijn door verstikking om het leven gekomen. Zij lagen op een hoop voor de deur van de afgesloten bridgekamer op de begane grond, die wat afgelegen lag en die de brandweer daardoor moeilijk kon vinden. De mensen waren daar gekomen na hun vlucht van de eerste verdieping, zij konden de verlichte bordjes die de uitgangen aangaven door de sterke rookontwikkeling niet zien en kwamen zo door het forceren van een raam de bridgekamer binnen, waar zij hun dood vonden.
„Als zij aan het begin van de gang op de begane grond naar links waren gegaan in plaats van naar rechts zouden alle elf buiten op de Oudezijds Voorburgwal hebben gestaan", aldus commissaris Jagerman op de persconferentie. Hij voegde er aan toe dat deze mensen een vreselijke dood gestorven moeten zijn. Van de lijken van de twee vrouwen die al eerder waren gevonden was er een verkoold. De andere vrouw heeft men nog door mond-op-mond beademing in leven proberen te houden.

Revanche
De commissaris vertelde dat de 36jarige J. L. de brand heeft gesticht als revanche omdat hij uit Casa Rosso was gezet. L. heeft daar de afgelopen zomer korte tijd als schoonmaker gewerkt, maar werd ontslagen omdat hij niet hard genoeg werkte. De man kwam echter ook na zijn ontslag naar Casa Rosso omdat hij daar een relatie had met caissière R. B. Als hij haar kwam halen bleef hij steeds nog wat in het gebouw rondhangen, iets waarop de bedrijfsleiding geen prijs stelde. Donderdag werd L. weer de club uitgezet. Bij alles kwam nog dat hij ruzie kreeg met zijn vriendin, bij wie hij inwoonde, en waardoor hij op straat kwam te staan. Vanaf dat moment is de gedachte om wraak te nemen waarschijnlijk bij hem gaan rijpen. „Wij hebben reden om aan te nemen dat hij al een paar dagen met dat idee rondliep," vertelde Jagerman.
L. heeft met een jerrycan benzine uitgegoten in een van de panden van het complex en de zaak daarna met een FN-pistool in brand geschoten.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen