Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Jan Nico Scholten worstelt en komt altijd weer boven

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Jan Nico Scholten worstelt en komt altijd weer boven

De rode draad in het leven van een christen-radicaal

13 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het politieke bedrijf kan genadeloos zijn. Een vereende misstap en Den Haag is in rep en roer. De deur staat altijd op een er en zwaait maar al te vaak open als schandalen tlekken en politici in opsraak zijn grekomen. Bede voorbeelden in dit verband zijn Aanijes en nallenbroek. Maar het CDA-kamerlid Jan Nico Scholten heeft deze droeve g naar de zdeur nimmer hoeven te gaan, ondanks de gedurige roddel rellen die hij veroorzaakte. Als alles meezit keert hij na de volgende verkiezingen weer gewoon terug in de groene bank, zoals hij al zo vaak teruggekeerd is. Hoe dat mogelijk is? Wel, dat weet niemand. Maar één ding is zeker. Scholten worstelt en komt altijd weer boven.

Hoe Jan Nico Scholten in de politiek achtkwam, is een simpel verhaal. Afistig uit een gereformeerd bovenjstersgezin van tien kinderen (hij is sudste), bezoekt hij trouw de vergadefen van de Arjos in zijn geboortedorp uwe Krim (O). Als vele van zijn stu;enoten wordt hij in dit milieu politiek okt en gemazeld. Na een studie van e jaar aan de Theologische Hogeool in Kampen keert de onderwijszoon zich van deze dwaalweg af en ft zich over aan zijn oude liefde; hij 't een studie politicologie en rechten, ir anders dan aan de Vrije Universi in Amsterdam. Daar legt hij het lament voor zijn latere politieke 'care. Via de door hem opgerichte Neandse Staatkundige Studentenfede6 maakt hij naam en sticht zowaar politieke binnenbrand als hij in bet in van de jaren zestig - de Nieuwneakwestie is dan nog 'n heet hangr - een reis voor studenten orgsuii•t naar Indonesië en daar door Soe10 wordt ontvangen. De politieke vijan van Soekamo staan op hun achterbenen.

Ambitieus
laar ook in studentenkringen is het lousiasme over zijn optreden niet jrdeeld en neemt de weerzin onder tegenstanders recht evenredig toe de bewondering van zijn aanhang, studiegenoot herinnert zich Jan Nico lOg als „niet erg sympathiek en zeer itieus". Van die laatste eigenschap is zich overigens ten volle bewust. In Nieuwsblad voor het Land van sden en Altena schrijft hij later: „Ik het burgemeestersambt en het Kalidmaatschap altijd openlijk nageafd. Het was in ons land een beetje tsoenlijk om dat zomaar te zeggen, r ik heb me er nooit veel van aangeven".

it streven zou al snel succes opleveIn 1964 wordt hij benoemd tot bureester van de gemeenten Andel, sen en Rijswijk, drie bijna vergeten jes in het Land van Heusden en Al. Ook hier rijst zijn ster spoedig. • het binnenhalen van een schoenfa:, het bouwen van woningen en scho3n het aanleggen van wegen duurt liet lang of Scholten kan geen kwaad ' doen bij de bevolking. Als hij dan nog een sporthal, de grootste van Noord-Brabant, uit de grond weet te pen, is zijn populariteit niet meer te krijgen. Zijn onderdanen, voor aerendeel pendelaars, menen dat een ve toekomst is aangebroken en dat rie dorpjes opgestuwd worden in de 't, der volkeren.

1970 gaat Scholtens tweede wens ervulling: AR-voorman Biesheuvel t een plaatsje voor hem in en Jan wordt lid van de Anti-Revolutionaiictie in de Tweede kamer.

Jonker
holten kan dan nog niet bevroeden [e vooruitzichten minder schoon zijn hij in stille momenten denkt en Datzelfde jaar namelijk verhuist onge Rotterdamse advocaat, ene jhr. Sandberg, naar een bij deze jonassend landgoed: het Slot Rijswijk, nadere kennismaking tussen de juristen verloopt minder plezierig . beiden zich hebben voorgesteld: berg spant in '71 een kort geding ;egen één veui de gemeenten waar ten de scepter zwaait. Hij heeft ontdat de Amsterdamse aannemer F. m der Stoel, die toestemming van jemeentebestuur heeft om een oplaats inclusief benzinepomp te boulan het Rijswijkse Dijkje, in strijd )lt met het bestemmingsplan, dat bepEialt dat de betreffende kavels agrarisch moeten blijven. Sandberg draagt de aannemer, die over de hele wereld baileybruggen verhuurt, voor de Dordtse rechtbank en staat sterk, al voert Van der Stoel aan dat hij de opslagplaats slechts als paardenstal wil gebruiken. De rechtbankpresident heeft echter zijn bedenkingen - paarden lopen immers niet op benzine - en gebiedt de aannemer zijn werkzaamheden op straffe van een dwangsom van 60.000 gulden per dag onmiddellijk te staken.

De woede van burgemeester Scholten, tot dan een ongekroonde koning, kent geen grenzen. In de eerstvolgende raadsvergadering (we schrijven 30 september 1971) lucht hij zijn hart: „Alle buitenstaanders zijn hier welkom", fulmineert hij, „maar zij zullen zich wel moeten realiseren, dat wij hun niet gevraagd hebben om te komen zodat zij zich hebben aan te passen. Wat er nu steeds gebeurt is niet in het belang van Rijswijk maar zeker ook niet in het belang van de heer Sandberg. Bovendien, wij zullen toch geen centimeter wijken, zelfs geen millimeter". Zijn woorden vinden een warm onthaal. Is het immers ook Sandberg niet die door het indienen van bezwaarschriften de gemeente voor de voeten loopt en alsmaar loopt te zeuren over wanbeleid? En nu dat kort geding weer. De Rijswijkse raadsleden zijn het goed zat. „Voorzitter", merkt een hunner op, „ik heb geen haren meer, anders' zouden ze me te berge zijn gerezen".

Volksgericht

Toch kan Scholtens woedeuitbarsting niet beletten dat Sandberg voor een nieuw vervolg van deze affaire zorgt. Hij heeft er lucht van gekregen dat Scholten „een grote som gelds" van Van der Stoel zou hebben aangenomen en dringt bij de Commissaris van de Koningin in NoordBrabant aan op een onderzoek.

Dan is het moment aangebroken dat de landelijke pers zich op deze dorpsrei stort, vooral als uit een ingesteld accoimtantsonderzoek blijkt dat Scholten inderdaad een grote som gelds (te weten 130.000 gulden) door Van der Stoel op zijn privérekening heeft laten overmaken. „Kritiek op transactie met grond in Rijswijk", meldt de NRC (van 6 oktober '71), „Rapport naar minister over klachten jonker", kondig^t de Volkskrant aan, „Onderzoek naar klachten over bestuur van Rijswijk", schrijft het Algemeen Dagblad.

En de bevolking? Zij blijft onverkort geloven in de onkreukbaarheid van haar eerste burger. Sterker nog, zij is hoogst ontdaan over de aanklacht van de slotbewoner en geeft uiting aan haar gevoelens door middel van een demonstratieve optocht naar het landgoed van de advocaat. „Help burgemeester Scholten", luidt de tekst op de spandoeken. „Weg met de jonker", wordt er geroepen. En als de opgekropte woede hysterische vormen aanneemt, moet de politie zelfs voorkomen dat er een volksgericht plaatsvindt. Vanuit het gemeentehuls slaat burgemeester Scholten de wilde tonelen gade en 's zondags gaat hij niet zoals naar gewoonte in Andel, maar in Rijswijk ter kerke.

Intussen komt de voorspelling van De Volkskrant uit; De Brabantse commissaris stuurt de resultaten van het onderzoek toe aan minister Oeertsema van Binnenlandse zaken. Prompt vragen de kamerleden mevr. Gpudsmit (D'66) en Van Thijn (PvdA) inzage in dit rapport, een verzoek dat door de minister, naar deze belooft, zal worden Ingewilligd. De Kamer zal inzage krijgen in de gedragingen van burgemeester Scholten. Commentatoren zien hierin een merkwaard!-' ge samenloop van omstandigheden: terwijl Geertsema als minister van Binnenlandse zaken het toezicht uitoefent op de gemeentebesturen en dus ook op burgemeester Scholten, heeft diezelfde Scholten de taak de minister als Kamerlid te controleren en indien nodig, te kritiseren.

Toch liggen deze overwegingen niet ten grondslag aan het besluit van minister Oeertsema dat hij op 18 februari '72 aan de Kamerleden Ooudsmit en Van Thijn meedeelt en dat inhoudt dat het rapport over Scholten - ondanks de gedane toezegging - geheim blijft. Hij zou anders in strijd komen met het rechtspositiebesluit burgemeesters, schrijft hij. Wel wil de minister kwijt dat het rapport geen aanleiding geeft om maatregelen te nemen. Het hoe en waarom blijven evenwel duister, alhoewel Oeertsema voorop stelt dat Scholten het geld, dat als waarborgsom bedoeld was, later heeft teruggestort op de rekening van Van der Stoel.

Geen bewijzen

Met deze mededeling nemen de betrokken Kamerleden evenwel geen genoegen. Zij vinden dat de minister klaarheid in deze zaak moet verschaffen en dat hij het desnoods maar moet doen in een vergadering achter gesloten deuren,

Geertsema gaat op dat verzoek in en doet de affaire in een vertrouwelijk gesprek met de vaste Kamercommissie voor Binnenlandse zaken uit de doeken. De Kamercommissie neemt kennis van het uitgebrachte rapport maar besluit de zaak te laten voor wat ze is. Wel is men zeer ontstemd over het gedrag van Scholten, zeker omdat hij niet op overtuigende wijze kan aantonen dat hij de bewuste waarborgsom volledig heeft terugbetaald (er is 30.000 gulden „zoek") en omdat Scholten dit afdoet met het argument dat hij zijn boekhouding niet zo nauwkeurig bijhoudt, maar ontslag als burgemeester vindt de commissie toch te ver gaan. Daarvoor zijn keiharde bewijzen nodig. En die ontbreken.

Ze zouden blijven ontbreken. Want ook al laat de Haagse procureur-generaal baron mr. Van der Feltz de rijksrecherche een aanvullend onderzoek instellen, het blijft in het ongewisse waar die dertig mille terecht is gekomen.

Toch weer terug

Maar heeft deze affaire dan geen gevolgen voor Scholtens positie als Kamerlid? Inderdaad, het heeft er veel van weg. „Terugkeer van Scholten in de Kamer onzeker", weet het Nieuwsblad van het zuiden van 2 september '72. „Mr. N. J. Scholten", zo vervolgt deze krant, ,4s door het AR-bestuur op de 14e plaats gezet van de kandidatenlijst voor de komende verkiezingen. Daarmee is zijn terugkeer in het parlement hoogst onzeker geworden. In Den Haag wordt deze lage plaatsing in verband gebracht met het recherche-onderzoek dat thans tegen mr. Scholten gaande is. Zoals bekend houdt het onderzoek verband met diens rol in een Hnanciële transactie rond de grondverkoop in zijn gemeente. De AR-fractie telt thans 13 zetels. Als dat aantal na de verkiezingen gelijk blijft, maakt Scholten toch nog kans in de Kamer te blijven, omdat de mogelijkheid bestaat dat uit de AR-leden die boven hem staan, één of meer ministers of staatssecretarissen worden aangezocht".

En warempel, dat laatste gebeurt en Scholten keert op 1 maart '73 weer terug op het Binnenhof.

Ambtswoning

Nog geen drie weken later breekt een nieuwe rel uit. De VARA-radiorubriek „Dingen van de dag" en het weekblad Vrij Nederland onthullen dat de gemeenteraad van Andel eind '72 besloten heeft de ambtswoning aan burgemeester Scholten te verkopen voor de somma van 71.000 gulden. Het besluit is begin '73 ingegaan omdat op dat moment Scholten geen burgemeester meer zou zijn van Andel in verband met de samenvoeging van Rijswijk, Andel en Oiessen per 1 januari van dat jaar (zoals bekend mogen gemeentebesturen geen koopovereenkomsten met functionarissen van die gemeente afsluiten, reden waarom bepaald werd dat het raadsbesluit eerst na 1 Januari van kracht zou worden.

Tevens weten genoemde media te vertellen dat Scholten aanvankelijk niet meer dan veertigduizend gulden voor het huis wilde geven en dat onafhankelijke taxateurs de waarde van de woning op 60.000 gulden hebben geschat. Het voorstel tot verkoop zou ter elfder ure aan de agenda worden toegevoegd. Dat laatste wordt bevestigd door het Brabants Dagblad dat zelfs tot de ontdekking komt dat ook de raadsvergadering op het laatste nippertje was uitgeschreven en dat de pers hiervoor niet uitgenodigd werd. Datzelfde dagblad meldt een dag later dat de minister van Binnenlandse zaken van plan is de verkoop van de burgemeesterswoning voor vernietiging voor te dragen bij de Kroon.

Louter leugens

Scholten zelf noemt de publikaties over de ambtswoning „een smerige zaak, gebaseerd op louter leugens." Hij vermoedt dat er „weer politieke krachten aan het werk zijn die een gat in mijn politieke kop willen slaan." De minister van Binnenlandse zaken, mr. W. F. de Oaay Fortman, partijgenoot van Scholten, weet dat echter nog zo net niet en hij laat voor alle zekerheid de woning nog maar eens taxeren. Er wordt een commissie benoemd die met deze taak belast wordt. Begin januari '74 - ambtelijke molens malen nu eenmaal niet vlug - is het taxatierapport gereed en kan de minister er kennis van nemen. En wat blijkt? De waarde van de ambtswoning wordt geschat op 126.000 gulden, dat is ruim 60.000 meer don het bedrag dat Scholten ervoor heeft uitgetrokken. Hij besluit dan maar van de koop af te zien...

Transacties

Het verhaal wordt eentonig. Want nog geen dag nadat dit laatste bericht in de kranten heeft gestaan, komt het dagblad De Stem (op 10-1-'74) met de primeur dat Scholten betrokken is „bij een opmerkelijke grondverkoop." We citeren: „Bij het kadaster van 's-Hertogenboscb staan namelijk de volgende lotgevallen geregistreerd van een drietal percelen grond. Ze werden in de jaren 1967 en 1968 door de burgemeester, mr. J. N. Scholten gekocht voor een bedrag van f 14.960. Op 17 maart 1969 heeft mr. Scholten deze terreinen voor f 43.434 verkocht aan de arts A. M. den Hollander in Barendrecht. Afgaande op het kadaster maakt mr. Scholten dus 28 mille winst op die twee en een halve hectare. Maar dokter Den Hollander heeft die terreinen kennelijk niet voor zichzelf nodig, want nog diezelfde 17e mrt. '69 verkoopt hij ze aan... de aannemer P. H. van der Stoel te Vinkeveen, dezelfde dus van het bestemmingsplan 't Dijl(je. Uiteraard moet Van der Stoel er weer wat meer voor betalen dan Den Hollander, zodat de prijs nu ƒ 46.847 is.

Maar de Vinkeveense aannemer blijkt evenmin erg gehecht aan die terreinen, want op 3 april ruilt hij ze tegen gronden van de gebroeders O. en D. Westerloken, van wie er een anti-revolutionair raadslid van de gemeente Rijswijk is (die zonder haren - red. RD). Van der Stoel krijgt in ruil terreinen aan 't Dijl^e en de gebroeders Westerlaken verkopen de drie percelen in Andel aan... de gemeente Andel voor ƒ 33.782,-. Voor zover valt na te gaan hebben deze terreinen voor de aanleg van sportvelden gediend."

Tot zover De Stem.

Toch maar handhaven

Grote deining is het gevolg en ook nu weer dreigt Scholtens politieke loopbaan in het water te vallen als er, vanwege 4^. grondtransacties, ernstige bezwaren tS-i gen zijn kandidaatstelling voor de "Sv^ bantse provinciale staten ingebracijjt worden. Er komt zelfs een actie op gang. Even ziet het er somber uit voor K0 veelgeplaagde Kamerlid. Even ja, w ^ i op 18 januari '74 besluit het CDA Si Noord-Brabant zijn kandidatuur tcS^ maar te handhaven.

Het weekblad Haagse Post heeft isïS tussen de grondtransacties uitgeplozélt en schrijft op 16 februari het volgende: ,Jfu verbiedt de gemeentewet iedere transactie tussen gemeenteraad en raadsleden of burgemeester, want zoiets geeft maar geknoei. Immers, als burgemeester en raadsleden op grond van planologische voorkennis aan grondspeculatie gaan doen, dan is het hek van de dam. Daarom kon Scholten zijn grond niet zelf aan de gemeente verkopen, en liet hij de drie stukjes terrein aanbieden door twee dorpelingen, de gebroeders Westerlaken, die de grond op dat moment nog niet in hun bezit hadden. Zo besloot de gemeenteraad van Andel, onder voorzitterschap van Scholten, waarschijnlijk zonder het te weten, grond van zijn eigen voorzitter te kopen." De lezer oordele zelf...

Altijd terug

Over Scholtens optreden als Kamerlid valt ook nog genoeg te schrijven. Hoe fa^ Aantjes tegen zich innam door zijn ^éï ' flirt met de PvdA, hoe hij Lubbers l i^ schutteren in het olieboycotdebat, en h^ hij twist en tweedracht zaaide door rïfê dreigen met de oprichting van een af' tematief CDA. We achten deze zak^, omdat ze uit het recente verleden steitfmen, evenwel bekend. Zo zal het «te trouwe krantenlezer ook niet ontgaan zijn dat Scholten op de CDA-lijst voorllie komende Kamerverkiezingen opnieuw een onverkiesbare plaats inneemt. Niet dat zijn politieke carrière nu werkelijk stuk dreigt te lopen, want wie dat denkt kent Scholten niet. Hij worstelt en komt altijd weer boven. Of zoals Haagse Post op 16 februari 1974 reeds vaststelde: „Jan Nico Scholten komt altijd weer terug.

Dat is de rode draad in het leven van deze christen-radicaal.


In de introduktie van liet interview met het kamerlid Jan Nico Scholten in de zaterdagkrant van vorige week ia gesteld dat deze parlementariër (en otid-burgemeester) met recht een politiek fenomeen genoemd kan worden. Het begrip fenomeen vertaalt het woordenboek met „bijzonder verschijnsel". Het bijzondere aan mr. J. N. Scholten ia niet alleen gelegen in zijn optreden als kamerlid maar ook in zijn verleden. De lezer oordele zelf.

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 6 september 1980

Reformatorisch Dagblad | 16 Pagina's

Jan Nico Scholten worstelt en komt altijd weer boven

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 6 september 1980

Reformatorisch Dagblad | 16 Pagina's