Aanklager van de Edom-Joden in het verdachtenbankje
Anne Frankstichting wil vervolging Van der Meer
AMSTERDAM — Over de geschiedenis en toekomst van Israël en het Joodse volk zijn al boekenkasten vol geschreven. En het is een illusie te menen dat het laatste woord erover gesproken zal zijn. Dat mag allemaal; geen rechter, Raad van State of welke beschikkende instantie ook die zich daar druk om maakt. Anders ligt het wanneer zulke geschriften een anti-semitisch karakter hebben of op een andere wijze beledigend voor Joden zijn.
Iemand die in dit opzicht over de schreef gegaan lijkt te zijn, is de schrijver van de bundel ,,De misterieuze macht achter de Joden", een zekere P. F. van der Meer uit Nieuw Milligen. Naar aanleiding van dit boek, zo'n honderd pagina's dik en door schrijver zelf gestencild, is een juridisch onderzoek ingesteld. Binnenkort zal de hoofdofficier van de Zutphense rechtbank beslissen of hij tot vervolging overgaat.
Tips
De zaak-Van der Meer is begin november door de Anne Frankstichting uit Amsterdam bij de rechtbank in Zutphen aangekaart. De stichting, gehuisvest in het bekende Anne-Frankhuis, was op haar beurt van verschillende kanten getipt. Een dominee die een boek over Israël op z'n naam heeft en om die reden de jongste uitgave van Van der Meer gratis kreeg toegestuurd, lichtte de stichting in en ook het Centrum voor informatie en documentatie Israël (CIDI) had er lucht van gekregen.
Edom-Joden
De grieven van de Anne Frankstichting komen er op neer dat zij meent dat het boek van Van der Meer een voor Joden kwetsend karakter heeft. ,,En dan drukken wij ons nog "gematigd uit", voegt een medewerker van de stichting er aan toe. ,,Van der Meer bouwt in ,,De misterieuze macht achter de Joden" (titel letterlijk overgenomen) de stelling op dat wat algemeen gezien wordt als het joodse volk, ten onrechte zo genoemd wordt. In feite zijn het Edom-Joden, een vermening van de stam van vermenging met nazaten van Ezau. Gezaghebbende en minder gezaghebbende schrijvers, grond- en bijbelteksten en niet te vergeten eigen logica voert de auteur aan om zijn theorieën aannemelijk te maken.
„Legende"
Deze Edom-Joden hebben volgens de schrijver al heel wat op hun kerfstok. Zij zijn onder andere verantwoordelijk voor het rondstrooien van de ,,legende" die ons moet doen geloven dat in de Tweede Wereldoorlog 6 miljoen Joden zijn verdwenen. Dat verhaal zou slechts bedoeld zijn om Hitler de grote genadeslag te geven en sympathie voor de "zielige" (aanhalingstekens door de schrijver aangebracht) Joden op te wekken.
Ook zitten de (Edom-)Joden overal op sleutelposten en hebben zij de geldmacht in handen; ,,zij hebben de communistische revolutie in Rusland gefinancierd, alsook de Chinese revolutie. Zij hebben Hitler bekostigd om aan de macht te komen; zij hebben het boek Mein Kampf geschreven en Onder Hitlers vlag uitgegeven. Zij zijn momenteel de regeerders van de VS en delen de lakens uit, met Carter als spreekbuis" enz. enz.
En denk nu niet dat schrijver anti-Israël is ,,want wij zijn zelf Israëlieten (de echte Joden, te weten die der tien stammen, zouden volgens schrijver verstrooid zijn over West-Duitsland, Nederland, blank-Zuid-Afrika en Rhodesië-red.) en ook dat we Hitler zouden prijzen. Wie heeft Nebucadnezar en Farao ooit durven verwijten dat zij anti-semieten waren, daar zij Gods oordelen uitvoerden?".
„Dieren des velds"
Verder zijn de (Edom-)Joden er verantwoordelijk voor dat de „dieren des velds", dat zijn de zwarten, tot mens zijn verheven. Volgens de schrijver zijn de blanken de leiders en leraars der andere rassen en had het nooit zover mogen komen dat de zwarten de blanken ontmenselijkten. ,,Wij blanken zijn beslist geen familie van negers en mongolen. Schaaf een neger nog zo bij als u.... wilt hij wordt nooit zo als een blanke... hij is geen uitvinder, initiatiefnemer enz., maar is veelal lui en slordig".
En: ,,De dieren van de aarde (de zwarten) leefden reeds lang voor Adam, daar spreekt Jesaja in 15:9. over ,,de geslachten van ouds". Schrijver vervolgt: ,,Deze dieren zijn ook kanibalen en koppensnellers in hun aard, zeer bijgelovig en gevoelig voor boze geesten. (....) Het is me zo'n volkje. Van ons belastinggeld luieren deze lieden in grootsheid des levens". Eveneens fout is de zending onder dit ras. „Het christendom is immers een blanke aangelegenheid". Paulus heeft ook nooit tot deze dieren gepredikt als een soort zendeling. Nee, de negers zullen de uitnodiging Gods niet accepteren „waardoor zij het oordeel over zich halen en als een pottenbakkerskruik te morzel zullen worden geslagen, en niet zo heel zachtzinnig".
Schuldigen : de Edom-Joden die, nu schrijver het toch over hen heeft, de val van Nixon, de samenzwering van het kapitalisme en communisme en de uitvinding van de make-up in de schoenen wordt geschoven. Tegenspraak is zinloos: „Al is de Ezau-leugen nog zo snel, de Jakobwaarheid achterhaald hem wel", zo besluit de schrijver zijn boek.
Pamflet
Een en ander is, zoals reeds opgemerkt, voor de Anne Frankstichting aanleiding geweest het Openbaar ministerie in te schakelen. Mevrouw Kniesmeyer van genoemde stichting: „Voor zover ik me herinner is dit de eerste keer dat we de officier van Justitie in kennis stellen. Maar dit boek kan dan ook echt niet meer door de beugel. Dat iemand er hele vreemde religieuze opvattingen op na houdt, zal ons een zorg zijn. Maar wie bijvoorbeeld gaat schrijven dat de Holocaust, de liquidatie van zes miljoen Joden, verzonnen is, krijgt het met ons aan de stok. Deze man durft te stellen dat in Auschwitz nimmer één gaskamer heeft gefunctioneerd om Joden te vergassen en dat de schadevergoeding van Duitsland aan Israël flauwekul is. Het zal mij om het even zijn als hij zou beweren dat Napoleon links- in plaats van rechtshandig was. Maar zulke belangrijke historische feiten mogen niet ontkend worden. Dat is ronduit kwetsend en beledigend. Ook het opnemen van neo-nazipamfletten wat Van der Meer in z'n boek gedaan heeft, kan helemaal niet. Juridisch gezien doet hij dat ,,met kennelijke instemming zonder tegenspraak, waarbij hij de tekst tot de zijne maakt". ledere afkeuring van dit schandalige pamflet, waarin Churchili in plaats van Hitler genoemd wordt als degene die de Tweede wereldoorlog is begonnen, ontbreekt. Bovendien heeft Van der Meer dat pamflet in Duitsland moeten opvragen want het is niet in ons land verkrijgbaar. Hij was het er dus blijkbaar nogal mee eens.
Navraag bij de hoofdofficier van Justitie van de Zutphense rechtbank, Van den Berg, leert dat het nog lang niet zeker is of het ooit tot vervolging komt. De zaak is volgens hem erg ingewikkeld en daarom zal het vooronderzoek nog wel enige tijd in beslag nemen.
„We moeten, zegt Van den Berg,,.Beslagen ten ijs komen. Als de verdachte op de wetenschappelijke toer gaat, is een veroordeling niet zo eenvoudig als men zou denken. Vraag is of verdachte heeft beoogd te kwetsen. Maar ik vond het in ieder geval de moeite waard om in een tijd waarin het anti-semitisme weer de kop opsteekt, de zaak te laten onderzoeken".
Geschrokken
En Van der Meer? Hij lijkt danig geschrokken van de commotie die zijn jongste uitgave teweeg heeft gebracht. Het boek wordt alleen nog maar verstrekt aan een geselecteerd publiek, aan mensen die er geen kwade bedoelingen mee hebben. Zoveel deining had hij niet verwacht.
Wat dat betreft deden de eerdere uitgaven heel wat minder stof opwaaien. Maar die hadden ook een totaal andere strekking. Het eerste werk, De Hollandse Talmud, behandelde geestelijke onderwerpen en ook de 697 bladzijden tellende aanvulling „Het geloof van toen en nu" lag meer in die lijn. Het doel van laatstgenoemd boek, dat evenals de overige werken gratis verkrijgbaar was, luidde: ,,uitgeholde woorden zo mogelijk weer hun oude vulling terug te geven, opdat men ook nu wete wat wedergeboorte- rechtvaardigmaking is naar het woord van God". In deze leerstukken dwalen velen. Of het nu gaat om ds. Van der Poel, Mallan, Kersten of L. Huisman, zij allen zitten er volgens schrijver jammerlijk naast.
Hoe is Van der Meer tot deze inzichten gekomen? Wel, na een cursus autotechniek studeerde hij aanvankelijk vanaf '66 in de avonduren theologie, eerst aan de catechetenopleiding bij de Ned. Herv. Kerk en later dagelijks zelfstudie tot 1972. Vervolgens bezocht de nu 34-jarige Van der Meer de Reformatorische Bijbelschool, eerst te Zwolle, daarna te Zeist; daarnaast is hij beheerder van een Technische handelsonderneming en een schildersbedrijf (gegevens ontleend aan Het geloof van toen en nu, blz. 697).
Wellicht dat hij er verstandig aan doet zijn activiteiten tot laatstgenoemde branches te beperken.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 9 januari 1980
Reformatorisch Dagblad | 10 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 9 januari 1980
Reformatorisch Dagblad | 10 Pagina's