Premier Begin bezoclit westelijke Jordaanoever
Onverzoenlijke tegenstellingen overheersen
HEBRON — Voor de eerste keer in meer dan 20 maanden heeft de Israëlische premier Menachem Begin zich woensdag naar de westelijke Jordaanoever begeven. Aan zijn tocht verbond hij de belofte dat Israël de controle over dit gebied niet zal afstaan. Begin (66) kwam woensdagmiddag aan in de Joodse buitenwijk Kirjat ,Arba, van de Arabische stad Hebron, enkele uren nadat de Knesset met een
overweldigende meerderheid van 44 tegen 5 stemmen een wetsontwerp had afgewezen waarin om annexatie van de Westelijke Jordaanoever werd gevraagd. De Israëlische leider zei in het parlement dat een dergelijke stap niet zal worden gezet zolang de vredesonderhandelingen voortduren. Rechtse extremisten noemden Begin een ,,verrader" omdat hij is akkoord gegaan met onderhandelingen over zelfbestuur voor de Palestijnen in de bezette gebieden. In de zaal van een religieuze school in Kirjat Arba werd her en der geschreeuwd toen Begin daar met andere leden van zijn kabinet en religieuze leiders een inwijdingsplechtigheid bijwoonde.
,,Ik zal niet ophouden te werken voor het land van Israël tot mijn laatste uur, omdat we het land van Israël hebben en het van ons zal blijven", zo zei Begin tot de ongeveer 500 aanwezigen.
De omschrijving „land van Israël" is een verwijzing naar het bijbelse Israël, waartoe ook behoorde wat nu de Westelijke Jordaanoever is. Begin was voor de laatste maal op de Westelijke Jordaanoever in april 1978. Zijn opmerkingen van woensdag lijken bedoeld om militante religeuze Joden gerust te stellen die het recht eisen zich op de bezette oever te kunnen vestigen.
Onverzoenlijk
De leider van de Israëlische onderhandelingsdelegatie over Palestijnse autonomie, minister van Binnenlandse zaken Josef Burg, zei dat Israel van plan is op de westelijke Jordaanoever te blijven. ,,We zijn hier omdat we hier al eerder waren en we zijn van plan hier te blijven". Een van de twee opperrabijnen van Israël, Shlomo Goren, voegde daaraan nog toe dat,,Joden hier in ons bevrijde land zullen blijven, niet alleen in Kirjat Arba. Hebron moet een Joodse stad zijn". Militante tegenstanders onder leiding van de voormalige Newyorkse Rabbijn Meir Kahane trachtten de toespraak van Begin te verstoren en een van hen riep Begin toe: „U bent een verrader. U hebt de Joodse natie verraden". Veiligheidsbeambten herstelden de rust.
Oppositie
In de Knesset had de oppositionele arbeiderspartij zich achter Begins Likoed-blok geschaard om een motie te verwerpen van Mosje Sjamir, een lid van de kleine renaissance-partij, waarin om versterking van het Israëlisch recht op de westelijke Jordaanoever werd gevraagd — een stap die zou gelijkstaan aan annexatie. De motie werd met 44 tegen 5 stemmen verworpen. Mosje Dajan onthield zich. De renaissance-partij steunt de Orthodoxe Goesj Emoniem-beweging, die al 18 nederzettingen heeft gevestigd op de westelijke Jordaanoever.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 december 1979
Reformatorisch Dagblad | 22 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 december 1979
Reformatorisch Dagblad | 22 Pagina's