Rijnspoor
Tegen de wil van de Tweede Kamer was de aanleg van een spoorlijn van Amsterdam naar Utrecht en Arnhem. Voor stemden alleen de minister van financiën en de burgemeester van Arnhem. Koning Willem I zag het belang er wel van in en zette door. In 1845 werden de aandelen overgedragen aan Engelsen. Zij richttende „Dutch Rhenish Railway Company" op. De Hollandse naam was de „Nederlandsche Rijnspoorweg Maatschappij" (NRSM) ook wel genoemd „Rijnspoor". Ook de lijn van Utrecht naar Rotterdam werd door deze maatschappij aangelegd.
In 1860 was er nog maar 325 km spoor in Nederland. De regering-Van Hall nam daarom een wetsontwerp aan, waardoor en speciale kaarten tracht men de belangstelling voor het reizen per trein te. vergroten. De „verstokte" automobilist is echter nauwelijks zijn auto uit te krijgen. Deze categorie tracht men te vanDeze kopie van „De Arend" staat in het Spoorwegmuseum in Utrecht.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 december 1979
Reformatorisch Dagblad | 28 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 december 1979
Reformatorisch Dagblad | 28 Pagina's