Ds. W. L. Tukker herdacht zijn 40-jarig ambtsjubileum
Bundel „De weg van het Woord" aangeboden
ARNEMUIDEN — Gisteravond gedacht ds. W. L. Tukker, oud-voorzitter van de Geref. Bond in de Ned. Herv. Kerk, de dag waarop hij 40 jaar in het ambt van dienaar des Woords mocht staan. In een volle kerk te Arnemuiden werd in een dienst waarin zijn neef dr. C. A. Tukker uit Noordhorn voorging, hieraan aandacht gegeven. De dienst werd geopend door ds. F. C. M. Roodenburg te Middelburg. Met psalm 57 vers 2 nam de dienst een aanvang. Het was de psalm, waarmee ds. Tukker 40 jaar geleden zijn preekvoorstel had besloten.
De prediking van dr. C. A. Tukker handelde over Jesaja 64 vers 1, de intredetekst in zijn eerste gemeente: Hei- en Boeicop: „Och, dat Gij de hemelen scheurdet, dat Gij nederkwaamt". Aan het slot van deze dienst sprak ds. W. L. Tukker zelf een gedachteniswoord. Hij wilde rekenschap geven van datgene, waarvoor te danken was. Wij hebben — zo begon ds. Tukker — veel meer te danken aan de kerk dan wij haar hebben te geven. Het was vrije goedheid, verkiezende liefde om binnen de gemeente geboren te zijn.
Wat een goedheid om niet onder heidenen geboren te zijn of onder mohammedanen of in de kringen, die puur vijandig tegenover God staan. Verder is te danken voor het teken des Verbonds aan het voorhoofd, waarmee de naam van een Drieënig God met de naam van ons verbonden werd. Ons geloof en onze bekering hangen aan de belofte Gods en niet omgekeerd, aldus ds. Tukker. Dankbaarheid is er verder voor de opvoeding in de vreze des Heeren, voor het onderwijs. Dankbaarheid was er voor de bewuste keuze voor God en Zijn Dienst, geboren onder een preek van prof. G. Wisse, en voor krachtdadige roeping voor het ambt.
Wat was nodig om Evangelie-dienaar te kunnen zijn? zo vroeg ds. Tukker vervolgens. Allereerst liefde tot God, verder tot Zijn Woord en tot Zijn Kerk.
Dankbaarheid was er verder voor de studie, voor de kerk die riep, voor het predikant worden op exact 30-jarige leeftijd, voor de gemeenten die gediend mochten worden, en nu voor de 40-jarige bediening. Dankbaarheid was er voor de wijsheid van boven gegeven, ook door middel van het bestuderen van de werken uit de vroegere Kamper Geref. hogeschool, voor de Nadere Reformatie, de reformatie, de vroeg-christelijke kerk. Wat tenslotte nodig is, zo beëindigde ds. Tukker zijn gedachteniswoord, is door genade te leven en met genade te sterven.
Geref. Bond
Na de dienst sprak ds. C. van den Bergh ds. Tukker toe namens het hoofdbestuur van de Geref. Bond. U hebt de Bond geen dag, geen uur- en geen minuut gediend, aldus ds. Van den Bergh, maar altijd de kerk in de Bond gediend. Hij noemde de ambtelijke dienst van ds. Tukker koninklijk, regerend, priesterlijk. Hij typeerde de leiding van ds. Tukker in de Geref. Bond als uitgeoefend met de staf Liefelijkheid en Samenbinding.
Ds. Roodenburg uit Middelburg, sprekend namens de ring en gemeente Arnemuiden, wees erop, dat ds. Tukker de contacten met hen, die tot een andere modaliteit in de Ned. Herv. kerk behoren, niet uit de weg ging en dat hij zo veler respect genoot.
Aanbieding boek
Na de dienst werd in een ontmoeting in het verenigingsgebouw aan ds. Tukker een juist deze dag gereed gekomen bundel, met publicaties van hem (lezingen en artikelen) aangeboden, uitgekomen bij uitgeverij Kok te Kampen, onder de titel: De weg van het Woord; in het spoor van de vaderen. Als samenstellers van dit 323 pagina's tellende boek hadden gefungeerd ir. L. van der Waal en ir. J. van der Graaf, beiden vrienden van ds. W. L. Tukker.
Het is een verzameling van opstellen, gegroepeerd rondom een aantal thema's, waarmee ds. Tukker zich in zijn ambtsperiode bijzonder heeft beziggehouden. In volgorde zijn het: „Het geloof van de kerk"; „De kerk"; „Geestelijk leven"; „Uit de praktijk der godzaligheid"; „De Geref. Bond in de Ned. Herv. kerk".
Ir. L. van der Waal, lid van het hoofdbestuur van de Geref. Bond, zei ervan: „We hebben dit boek als titel meegegeven: „De weg van het Woord; in het spoor van de vaderen". Als samenstellers van dit boek meenden wij uw arbeid hiermee treffend te karakteriseren. U heeft laatst gezegd in een interview, dat in het laatste nummer van De Waarheidsvriend staat, naar aanleiding van „samen op weg" van de Herv. Kerk en de Geref. Kerken: Het moet zijn samen op dè weg.
In oude sporen
Welnu die weg, de weg van het Woord, is de weg waarin dit boek zich beweegt; en wat dan steeds weer blijkt is dat ons dat stelt in het spoor van de vaderen. U bracht ons niet van de belijdenis naar het Woord, maar omgekeerd. U hebt de Schriften doorkruist en bewijst dan voortdurend, dat wij met het geloof van de Schrift zijn in het spoor van kerkvaders, reformatoren en vaderen."
Ir. J. van der Graaf maakte uitgeverij Kok het compliment, dat deze in zo'n kort tijdsbestek een produkt van hoge kwaliteit had geleverd. Hij noemde het een huzarenstuk. De eerste exemplaren waren 's middags pas aangeleverd. Hij lichtte verder toe de tekst, die als opdracht op de titelpagina staat, te weten 2 Korinthe 2 vers 17: ,,Want wij dragen niet, gelijk velen, het Woord Gods te koop, maar als uit oprechtheid, maar als uit God, in de tegenwoordigheid Gods, spreken wij het in Christus."
Geen standwerkers
Een tekst als deze was kenmerkend voor ds. Tukkers preekarbeid. Ds. Tukker wist ervan, dat ambtsdragers op een verhoging in de kerk zitten en dat voorgangers op een verhoging staan. Daarom gaat het ook om stijl en waardigheid, niet om stand werkerij op de preekstoel. Uit het boek zelf werd in dit verband het volgende geciteerd: „De voorgangers van de zeven gemeenten in Klein Azië worden in de Heilige Schrift engelen genoemd. Dit hebben zij ook te zijn bij hun gang voor de gemeente en in hun gang door de gemeente: Boden van God, dragers van de volheid Gods, mensen, die van God veel kunnen vertellen, die uit de volheid, die ze van God weten en die ze van God hebben, veel kunnen uitdelen. Apostelen en leraars hebben iets, dragen iets.
Hoewel zij hem in aarden vaten dragen, is het toch de volle schat van het Evangelie, de volle schat van het verbond, de volle schat der genade, die zij dragen. En zij dragen hem niet alleen om hun eigen ambt of positie te tonen, ook niet om hem aan het volk te vertonen, maar om hem aan te bieden en zoveel kwijt te raken. Dit almaar met het uitdelen van de schatten des heils bezig zijn en dit almaar met een toch onverminderde schat eerder met een steeds toenemende schat bezig zijn, doet en apostelen en leraars gestadig toenemen in godzaligheid."
Ds. Tukker besloot deze samenkomst met nog eens enkele dingen uit zijn ambtelijke leven te memoreren en de samenstellers van dit boek te danken voor deze aanbieding.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 11 december 1979
Reformatorisch Dagblad | 12 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 11 december 1979
Reformatorisch Dagblad | 12 Pagina's