Ds. Van Vliet nam afscheid van Papendrecht

„Vier jaren heb ik met grote vreugde in uw midden mogen werken", aldus ds. Van Vliet. „Het zijn jaren geweest van het welbehagen des Heeren. Gods welbehagen geldt allereerst Zijn Zoon. Maar de Heere heeft ook een welbehagen in mensen met zonden, gebreken en ongerechtigheden. Daarvan heeft de engelenzang getuigd toen Gods Zoon op aarde kwam. Weten wij wat voor mensen we zijn voor het aangezicht van de hoge God? Laten wij ook in deze afscheidsdienst belijden dat wij onrechtvaardige mensen zijn".

„Gods werk is een eenzijdige zaak. Het is nooit om iets in of aan de mens. Het Heil is des Heeren. Het is bij Hem begonnen en het zal bij Hem eindigen. Gods welbehagen in de redding van zondaren staat niet stil." Nadat ds. Van Vliet was toegesproken door ds. G. van de End, zong de gemeente hem het vierde vers van Psalm 121 toe.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen