Politiek g^eweld werkt g*ezag^sonderm\jnend
Stakers en bezetters gevaarlijker dan terroristen
Wie het verzoek voorgelegd kr^gt om te pogen iets te schreven over de vraag of er in de zeventiger jaren sprake is van toename van geweld in de wereld, moet, om aan dat verzoek op een redelijke w^ze te beantwoorden, wel over een breed zicht beschikken. „De wereld" is groot en „het geweld" manifesteert zich in velerlei vormen.
Voor het antwoord op de vraag maakt het verschil of men het oog gericht heeft pp de — weinige — democratieën in de Wereld of op de landen welke een min of meer dictatoriaal regiem kennen. In eerst bedoelde landen is eigenlijk geen plaats voor (illegaal) geweld, al kan het natuurlijk wel voorkomen. In de tweede categorie behoort een zekere dosis geweld en tegengeweld tot het normale beeld van de interne verhoudingen. Maar nog veel onoverzichtelijker wordt de zaak wanneer we de diverse vormen van geweldsoefening onderscheiden.
Daaraan vooraf gaat echter nog weer de vraag wat men zoal onder geweld pleegt te verstaan; alleen wapengeweld, of ook subtieler vormen? We kunnen ook letten op het effect van geweld: geweld kan doden, verminken, pijn doen, immobiel maken, angst aanjagen enz. En verder is het noodzakelijk om zich rekenschap te geven van de diversiteit van verhoudingen waarin geweld een rol kan spelen en waarin het telkens een geheel eigen gezicht kan vertonen. Het maakt verschil of we spreken over interstatelijke, statelijke, institutionele of particuUeire y^rhpudingen. ,^ I Mét'andere woorden! er is een heel verschil tussen een oorlog en een uit de hand gelopen bxirenruzie. Wat al die verhoudingen gemeen hebben is dat ze sociaal van karakter zijn, de relatie van mens en medemens betreffen. Natuurgeweld bijvoorbeeld valt buiten dit gezichtsveld.
Mondiaal;
Het is zaak dat wij met het oog op de grenzen van het Vermogen van de schrijver ên op de ter beschiltking staande ruimte, ons beperkingen opleggen bij de beantwoording van de vraag of het geweld in onze wereld in de afgelopen tien jaar is toegenomen of niet. Daartoe letten wij op het fysieke, uiterlijk waarneembare geweld in politieke verhoudingen.
Allereerst een enkel woord over de interstatelijke verhoudingen tussen landen onderling. Tot een oorlog op wereldschaal is het sinds 1946 niet meer gekomen. Er zijn weliswaar vele interstatelijke conflicten geweest maar zij hebben niet tot een wereldbrand geleid. In de jaren vijftig leefden wij in de westelijke wereld onder de dreiging van de koude oorlog. Dat was de tijd waarin twee supermachten het in de wereld voor het zeggen leken te hebben.
Zij bepaalden de omvang van conflicten en daarmee ook het begin en het einde ervan. Sinds de jaren zestig is de machtspositie van beide supermogendheden sterk aangetast. Er kwam een derde wereldmacht in het vizier, China. De eertijds door voornamelijk westerse naties beheerste koloniën in Afrika, Azië en Latijns Amerika verkregen de één na de ander soms mèt, soms zonder bloedvergieten, zelfbeschikkingsrecht. De gedachte kwam op dat de oude tegenstelling oost-west wel eens in toenemende mate vervangen zou kunnen worden door de controverse noord-zuid, de rijke, ontwikkelde landen tegenover de arme, onderontwikkelde landen, later ontwikkelingslanden geheten.
Verscliui;vlng
Deze internationale ontwikkeling op wereldniveau heeft enorme machtsverschuivingen teweeg gebracht en nog is het einde niet in zicht. Interstatelijke of binnenstatelijke conflicten kunnen niet meer (absoluut) beheerst en desgewenst bezworen worden door supermachten. Naar ons voorlopig oordeel ligt in deze ontwikkeling de oorzaak van de toenemende onzekerheid in onze wereld. Bij de beoordeling van die ontwikkeling is natuurlijk, minstens tweeërlei v^i3tre>kBimt| mogelijk: of men jradeneert dat doon: hett>i afbrokkelen van twee supermachten de kans, dat een betrekkelijk klein conflict uitgroeit tot een catastrofe op wereldschaal wordt verkleind, öf men gaat ervan uit dat geen enkel conflict thans in principe nog onder controle gehouden kan worden.
De vraag is of men — de burger — zich door de aangeduide ontwikkeling, welke zich in de zeventiger jaren versterkt heeft voortgezet, veiliger is gaan voelen. Wij betwijfelen het sterk. En aan dat gevoelen is natuurlijk niet vreemd het feit dat niet alleen de kans op een wereldwijd conflict mogelijk is vergroot, maar tevens dat het geweldspotentieel in de vorm van kernbewapening, enorm is toegenomen èn verbreid, waardoor de wereld als het ware gegijzelde wordt van het kemwapenpotentieel. En tenslotte moet in dit verband wellicht ook nog gewezen worden op het feit dat de volkenrechtelijke instituties (zoals de VN) ook bepaald niet aan gezag gewonnen hebben.
De vrede is nog altijd in gevaar. En voor talloos velen in onze wereld is oorlog en oorlogsgeweld een alledaagse realiteit, welke hen in hun persoonlijk en groeps-(volks-)bestaan bedreigt. Maar behalve oorlogen in de volkenrechtelijke zin van het woord, zijn er dan nog de binnenstatelijke conflicten waar de nationale overheid zich ziet geplaatst tegenover afscheidings- en bevrijdingsbewegingen die zich ook van wapengeweld bedienen.
Wij komen nu op een terrein dichter bij huis. Wij richten het oog op de westerse democratieën, welke zich rechtsstaat noemen. De negentiende-eeuwse rechtsstaatgedachte dankt zijn ontstaan aan de achttiende-eeuwse revoluties, is liberaal-democratisch van aard en geeft de overheid het geweldsmonopolie. Hèt principe is de rechtsbescherming van het individu tegen de staat. De burger moet dus de mogelijkheid hebben zich tegen willekeur van de overheid te verzetten. '"Het'^it dat de rechtsstaat democrae tièch genoemd wordt, dankt hij aan de veronderstelling dat ieder individu invloed heeft. Kenmerken van een democratie zijn: openheid, beweeglijkheid, veranderbaarheid. Theoretisch bestaat er via vertegenwoordiging, vertrouwensbeginsel en meerderheidsstelsel een gfote mate van gevoeligheid van de staatsorganen voor veranderingen in de publieke opinie. Democratische gezagsvorming ontleent haar zin bovendien ook aan de waarborgen die zij de minderheid biedt. Democratie staat, als zij goed functioneert, voor een vreedzame oplossing van politieke geschilpunten. Geweld is per definitie illegaal.
Verzorgingsstaat
Nu is de negentiende-eeuwse rechtsstaat niet meer wat zij geweest is. De naohtwakersstaat is vervangen door de verzorgingsstaat, zo heet het dan. De overheid legt, oUe democratisering ten spijt, een enorm beslag op het maatschappelijk gebeuren. Deze verschuiving heeft, gevoed door het actuele mondigheidsdenken, ertoe geleid dat velen in verzet komen tegen de overheidsbureaucratie. Zij voelen zich vervreemd van hun overheid.
De overheid heeft op deze houding, die gestalte kreeg in parlementaire en buiten-parlementaire oppositie^ gereageerd Stakingen in Botterdam: ondermijnender dan terroristische acties. met het afstaan van macht middels inspraak, participatie, medezeggenschap, etc. Zij stond, als steeds, opnieuw voor de opgave om, (bij een niet-stabiele legitimering (zeg maar: rechtvaardiging) van de macht van de overheid) een complexe, snel veranderende samenleving te blijven beheersen, in eerste instantie door een massale vrijwillige gehoorzaamheid te behouden. Zij ziet zich aangewezen op overreden in plaats van dwingen en om die reden pleegt zij veelvuldig overleg met alle mogelijke belangen- en actiegroepen; men spreekt wel van „tolerant bestuur" (Van Braam).
Üarder kÜmaai
De overheid kan tegenover de eigen burgers steeds minder met gezag optreden en is aangewezen op onderhandelingen en overreding. De overheidsbemoeiing zal in hoofdzaak langs minder formele weg verlopen. Dit leidt tot een verdere teruggang van de bestuurbaarheid van de maatschappelijke ontwikkeling en tot een geringere bestuurskracht van de overheid.
Maar dit proces van democratisering van de overheidsmacht heeft niet opgeleverd wat men ervan verwachtte. Aanvankelijk heeft men gedacht dat het tot verdamping of sublimering van het machtsstreven en tot heerschappij van het Recht zou leiden. Dat komt niet uit, want het gevolg is geweest een veel bredere spreiding van het machtsstreven. Steeds meer mensen worden hierdoor majihfebewiastf en mttehtsbèlust (jemaakt. Steeds meer mensen krijgen toegang tot machtsposities maar naarmate de machtsverschillen kleiner worden, wordt het gevecht om de instandhouding respectievelijk liquidatie van die verschillen in de regel des te heviger. Vandaar dat het politieke en maatschappelijke klimaat, ondanks toegenomen welvaart en zeggenschap, niet milder maar harder wordt.
Problemen
Bovendien kampt de verzorgingsstaat nog met andere problemen die de politieke macht ondermijnen. Het vertrouwen in de overheid is niet meer vanzelfsprekend, het is beperkt en opzegbaar geworden. In feite is het meer een verhouding van wantrouwen dan van vertrouwen.
Waarom zo betrekkelijk uitvoerig over deze politieke ontwikkelingen gesproken? Wel, menigeen zal duidelijk zijn, dat, hier „wortels van onbehagen" gelegen zijn, die, wanneer bovendien aan een aantal actuele voorwaarden is voldaan, kunnen leiden tot verzet (burgerlijke ongehoorzaamheid o.a.) en daarmee tot geweld. Hierbij ware wel in ogenschouw te nemen dat concreet onbehagen, bijvoorbeeld het gevoel gediscrimineerd te worden, tot een vrij plotselinge uitbarsting van geweld kan leiden.
Anderzijds is het zó dat politiek per deflnitie met macht (en eventueel geweld) te maken heeft. Dat geldt ook voor
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 8 december 1979
Reformatorisch Dagblad | 18 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 8 december 1979
Reformatorisch Dagblad | 18 Pagina's