Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

UIT DE KERKELIJKE PERS

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

UIT DE KERKELIJKE PERS

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

De Refomatie

Prof. dr. J. Douma gaat in de „Reformatie" (Vrijgemaakt) in op kritiek van Vrijgemaakte predikanten op zijn hoofdstuk in het gedenkboek „Het vuur blijft branden", met name, waar hij schreef over de kerk. Douma:

„Wanneer is een kerk „valse kerk"? Voor het antwoord op deze vraag moeten wij de confessie opslaan die drie kenmerken noemt. En geen vier, waarbij de vierde zou moeten luiden: elke kerk is vals die zich niet bij de ene ware (vrijgemaakte) kerk aansluit. Ds. Boiten gaat wel die kant uit, wanneer hij van een kerk die zich niet met de ware kerk (d.i. in Nederland de vrijgemaakt-gereformeerde kerk) verenigt, zegt dat ze zondigt tegen het gebod van de liefde. Zij maakt daar praktisch haar leer van en preekt op dit punt Gods Woord toch nooit zuiver. ,,Leer en leven zijn nu eenmaal ook op dit punt, niet te scheiden", aldus ds. Boiten.

Nu kan er in de prediking van Gods Woord op allerlei punten onzuiverheid zijn binnengeslopen. Ook in de vrijgemaakt-gereformeerde kerken. Maar daarmee worden zij nog niet per definitie „valse kerken". Zo worden ook de christelijke gereformeerde kerken (om die maar weer even te noemen) nog geen valse kerken als zij duidelijk tekort schieten in hun houding tegenover ons. Dat „duidelijk" is ook voor mij duidelijk. Tot in Het vuur blijft branden toe heb ik dat volgehouden. Maar ik heb in dit blad enkele, weken geleden óók aangehaald wat nog de laatste synode van onze kerken aan de christelijke gereformeerde kerken heeft geschreven: „Wij kennen uw kerken als een gemeenschap die inderdaad wil staan op de grondslag van Gods Woord en de gereformeerde belijdenis" (Acta Groningen-Zuid 197S, pag. 158 v.).

Daarmee ben ik het eens, en daarom ga ik niet akkoord met het volgende loopje;
a) de christelijke gereformeerde kerken willen met ons tot nu toe niet verenigen;
b) dat is een duidelijk gebrek aan liefde;
c) wie zo leeft, léért ook verkeerd;
d) een verkeerde leer schendt het eerste kenmerk van de ware kerk;
e) de christelijke gereformeerde kerk is een valse kerk."

koers

Ds. J. H. Velema schrijft in „Koers" over verschillen in de Chr. Geref. Kerken. Hij gaat daarbij in op (resultaten van) de ouderlingenconferentie van 27 oktober.

„De verschillen concentreren zich blijkens de in Amersfoort behandelde vragen op de gemeentebeschouwing; de geestelijke benadering en beschouwing van de gemeente. De prediking, de bearbeiding van de gemeente, de praktijk van Openbare Geloofsbelijdenis én Avondmaal hangen hiermee ten nauwste samen. De verschillen zouden zo kunnen worden geformuleerd: er is een praktijk in sommige gemeenten, die sterke nadruk legt op het feit dat de gemeente een gelovige, belijdende gemeente is; de prediking roept dan op tot dagelijkse bekering, maar verdisconteert te weinig dat er ook onbekeerden tot de gemeenten kunnen behoren; na de Avondmaals praktijk heeft een grote verschuiving plaats gevonden in verschillende gemeenten; onder invloed van de geschetste opvatting kwam er in plaats van Avondmaalshuiver een nieuw soort Avondmaalsautomatisme. De andere praktijk gaat veel meer uit van de werkelijkheid van de empirische gemeente: de gemeente bestaat niet uit louter gelovigen en als dat zo is dan moet dat in de prediking duidelijk aan de orde worden gesteld. Er moet een onderscheidende, geestelijke prediking worden gebracht. Al te gemakkelijk — zo zegt men op dit standpunt — gaat men bij de andere praktijk er van uit dat het met het doen van Openbare Belijdenis wel in orde is; men vergeet de noodzakelijkheid van de wedergeboorte te prediken. Zo is er verschil in Avondmaalspraktijk. In de ene gemeente is men veel meer ingesteld op vernieuwingen dan in de andere. Bij de verhuizingen geeft dat over en weer spanningen, onbehagen, ontevredenheid en overgang naar een andere kerk. Deze zaken werden op de Amersfoortse conferentie rustig gesignaleerd en niet tegengesproken.

Moet er tussen deze twee benaderingen worden gekozen? Had een van de genoemde benaderingen in Amersfoort duidelijk de overhand, zodat de aanwezigen een keuze konden doen, wel overwogen? Dat was m.i. niet het geval. Het is een goede zaak dat de verschillen besproken werden, maar of de verschillen verminderd zijn en broeders van hetzelfde huis dichter bij elkaar zijn gekomen is zeer de vraag. Er zijn bezoekers met meer vragen naar huis gegaan dan ze hadden toen ze naar de vergadering gingen.

Dat is begrijpelijk. Er is in de Chr. Geref. Kerken een brede rij ambtsdragers en kerkleden, die zich niet laten indelen in de twee genoemde opstellingen omdat zij willen luisteren telkens maar weer naar de Schrift en kerk willen zijn in de zin van de gereformeerde belijdenis. Daarmee wil niet gezegd zijn dat de anderen van welke ,,ligging" ook dat niet zouden willen; maar hun opvattingen worden te zeer beïnvloed door allerlei te constateren en nog meer door niet te constateren factoren. 

Men zou kunnen vragen:, welke invloeden werken er in de Chr. Geref. Kerken zodat een buitenstaander denkt en een ingewijde soms vreest dat het een huis is dat tegen zichzelf verdeeld is?

Enerzijds is er de invloed van het geestelijk klimaat zodat zoals dat in de Geref. Kerken de overhand heeft, gevoed wordt door allerlei contacten, publiciteitsmedia, vernieuwingsgedrag, vrees achteraan te komen.

Anderzijds is er de invloed van de erfenis van de Nadere Reformatie die niet goed verwerkt is, het blijven staan bij de theologie van de 18e eeuw; ook de vrees om door het meest rechtse deel van de Geref. Gezindte niet meer voor vol te worden aangezien. Er is toekomst voor de Chr. Geref. Kerken als men zich niet links en rechts laat beïnvloeden, maar uit eigen wortel leeft naar Schrift en belijdenis.

Dat betekent de doodsteek voor automatisme en intellectualisme, dat deze kerken bedreigt. Dat betekent ook een streep door een bekerings- en bevindingssysteem dat op gespannen voet staat met het levende Woord Gods."

GEREFORMEERD WEEKBLAD

Vorige week sprak de Gereformeerde synode over homofilie. Prof. dr. J. Plomp geeft het synodebesluit weer in het „Gereformeerd Weekblad" (Kok). Hij schrijft:

„Sommigen hadden méér gezegd willen hebhen, b.v. een expliciete erkenning van de homotïele relatie. Anderen minder: de synode kon huns inziens beter volstaan met het hierboven onder a en b genoemde. Maar de commissie en in haar voetspoor de synode wees zowel het meer als het minder af. Er is nog wel méér en endere kritiek mogelijk, kritiek die de synode Voorvoeld heeft. Ze bleef het immers moeilijk en zelfs pijnlijk vinden dat de vraag of de Schrift normatieve ethische richtlijnen geeft ten aanzien van het verschijnsel homofilie, onopgelost gebleven was. En ze wilde zich daar ook niet bij neerleggen, ze besloot dat die vraag zou blijven bestudeerd. Maar ze wilde met iets te zeggen toch niet wachten tot die studie voltooid was. Ze wilde reeds nu iets zeggen, een bevrijdend woord, uit het hart van het evangelie, een woord dat ruimte zou kunnen scheppen voor degenen onder ons (de gemeente) en om ons (de maatschappij) die tot nu toe onder zoveel druk en leed en angst hebben geleefd. Ik hoop dat die bedoeling overkomt en gehonoreerd wordt."

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 8 december 1979

Reformatorisch Dagblad | 18 Pagina's

UIT DE KERKELIJKE PERS

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 8 december 1979

Reformatorisch Dagblad | 18 Pagina's