Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Begrafenis K. C. Ederveen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Begrafenis K. C. Ederveen

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

UTRECHT — Dinsdag vond op de begraafplaats Daelwijck in Utrecht-noord de begrafenis plaats van het overleden lid van de Raad van Bestuur van de BV Het Reformatorisch Dagblad, de heer K. Chr. Ederveen. Vooraf was in de kerk van de Gereformeerde Gemeente in Ned. aan de Zandhofsestraat een rouwdienst gehouden waarin voorging ds. A. Wink van Veenendaal.

Ds. Wink bepaalde de aanwezigen in het geheel gevulde kerkgebouw bij de geschiedenis van de rijke man en Lazarus, zoals die beschreven wordt in Lucas 16. In die gelijkenis vinden we een tweeërlei leven en een tweeërlei sterven.

God kent de Zijnen bij name. Zo lezen wij daar ook de naam van Lazarus, in tegenstelling tot die van de rijke man. Lazarus heeft hier in dit leven de kloof tussen God en zijn ziel ingeleefd. Zijn naam betekent: hulpe Gods.

De rijke man had die hulp van God niet nodig.

In de eeuwigheid was het voor hem te laat. Zolang wij nog in dit leven zijn, worden wij — evenals de broeders van de rijke man — gewezen op Mozes en de profeten, zo besloot ds. Wink de rouwdienst.

Aan het graf werd gesproken door de heer J. H. Koppelaar, president van de Raad van Bestuur van de BV Het Reformatorisch Dagblad. Hij deed dit mede namens de Stichting Reformatorische Publicatie.

Hij wees erop dat de overledene in deze besturen een geheel eigen en bijzondere plaats had ingenomen. Nu moeten wij hem als bestuurslid missen. Vrijwel vanaf de oprichting heeft hij voor het Reformatorisch Dagblad geijverd. Maar een mens zal niet kunnen ingaan in het koninkrijk der hemelen, op grond van zijn goede werken. Al onze goede werken zijn onvolkomen en met zonde besmet, zo citeerde de heer Koppelaar uit de Heidelbergse catechismus.

Ouderling L. Blom uit Eist (Utr.) .sprak tot slot enkele woorden bij het graf. Hij memoreerde dat de Utrechtse gemeente nu haar diaken moet missen, die ook zondags tweemaal voorging met preeklezen. Slechts acht maanden mocht hij dat ambt bekleden.

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 28 november 1979

Reformatorisch Dagblad | 12 Pagina's

Begrafenis K. C. Ederveen

Bekijk de hele uitgave van woensdag 28 november 1979

Reformatorisch Dagblad | 12 Pagina's