Nijverheidsonderwijs in 1976-1977
DEN HAAG — In het afgelopen schooljaar 1976/'77 volgden volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek ruim 209.000 leerlingen onderwijs aan de 629 scholen voor huishoud- en nijverheidsonderwijs (hno). Bijna 175.700 leerlingen volgden volledig dagonderwijs (19 of meer lessen per week) en 33.300 partieel onderwijs. Van deze laatsten volgden 29.000 leerlingen de verschillende kort durende cursussen die aan de scholen zijn verbonden.
Het aantal leerlingen met volledig dagonderwijs bij de lagere afdelingen bedroeg 143.350, bij de middelbare 27.350, bij de hogere 3.050 en bij de leraresopleidingen 1950. In het schooljaar 1975/'76 waren deze aantallen voor het lager hno 143.650, voor het middelbaar hno 26.050, voor hetlioger hno 2.100 en voor de leraresopleiding 3.300. Volgens het CBS is de daling van het aantal leerlingen bij het lager hno (-300) het saldo van een daling met 1.500 leerlingen bij de gewone 4-jarige lagere afdeling en een stijging met 1.200 leerlingen bij de afdeling voor individueel huishoud- en nijverheidsonderwijs.
Middelbaar HNO
Hoewel in 1976 bij het middelbaar hno het aantal nieuw ingeschreven leerlingen 9.500 hoger was dan in 1975 (in 1976 totaal 19.350), was het totaal aantal aanwezigen op 1 september 1976 maar met 1.300 toegenomen. Bij de opleidingen voor leraressen verbonden aan de huishoudscholen daalde het aantal studenten met 1.350, omdat geen nieuwe studenten meer tot deze akte-opleidingen worden toegelaten. De opleidingen zijn nu verbonden aan de nieuwe tweede en derde graads lerarenopleidingen. Het aantal leerlingen bij het partieel onderwijs daalde met ruim 9.500. Deze daling wordt vooral veroorzaakt door veel geringere deelname van leerlingen aan cursussen in naaien en koken die aan de huishoudscholen worden gegeven.
Deze cijfers zijn ontleend aan een publikatie van het Central Bureau voor de Statistiek over het beroepsonderwijs in 1976/'77, die geheel is gewijd aan het huishoud- en nijverheidsonderwijs. In deze publikatie wordt door het CBS ook veel aandacht geschonken aan de doorstroming van leerlingen binnen deze schoolsoort en aan de herkomst van de nieuw toegelaten leerlingen bij elk van de eerder genoemde niveaus.
Bij het lager huishoudonderwijs werden in 1976 37.000 vrouwelijke leerlingen nieuw ingeschreven. Hiervan kwam 77% rechtstreeks van het glo en 12% van een school voor vwo, havo of mavo of een gemeenschappelijk leerjaar mavo/lager hno. Bij de middelbare afdelingen kwam 55% van de 19.350 nieuwe leerlingen rechtstreeks van het lager hno en 38% van het mavo. Bij de hogere afdelingen werden 1.350 studenten voor de eerste maal ingeschreven, waarvan 60% van het havo en 31% van het gymnasium of atheneum kwam.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 23 november 1977
Reformatorisch Dagblad | 12 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 23 november 1977
Reformatorisch Dagblad | 12 Pagina's