Te weinig aandacht voor mens bij woningbouw
OP CONGRES „WONEN EN WELZIJN"
„Onze gezamenlijke onmacht, gevangen in een belemmerende sociaal-economische structuur, heeft het ons tot nog toe onmogelijk gemaakt, ondanks toenemende middelen, een oplossing te vinden voor het volkshuisvestingsvraagstuk". Prof. C.J.B.J. Trimbos, hoogleraar in de preventieve en sociale psychiatrie aan de medische faculteit van Rotterdam, zei dit woensdag in het RAI-congresgebouw in Amsterdam tijdens het congres „Wonen en welzijn", dat het Nederlands congres voor openbare gezondheidsregeling daar hield, Het congres werd bijgewoond door minister Stuyt van volksgezondheid en milieuhygiëne en minister Udink van volkshuisvesting en ruimtelijke ordening.
De Rotterdamse hoogleraar noemde het gebied van de volkshuisvesting zo complex, dat zijns inziens slechts intensieve samenwerking van bestuurders, technologen, economen, maar ook van gedrags- en sociale deskundigen enig uitzicht kan bieden. „Een land met woningnood als het onze is geen welvarend land. Als grote delen van de bevolking verstoken zijn van een van de meest primaire behoeften, het wonen, kan men moeilijk spreken van rijkdom en welvaart, welvaart", professor Trimbos. Hij was van mening dat de bestaande woningnood vrijwel uitsluitend een probleem van de laagste inkomensgroepen is en pleitte ervoor dat de volkshuisvesting als primaire levensbehoefte (zoals elektriciteits- of watervoorziening) onttrokken wordt aan particuliere winstbejag.
Geen aandacht
De hoogleraar meende evenals andere «prekers op het congres dat in de huidige woningbouw teveel aandacht aan technologische en te weinig aan menselijke aspecten wordt besteed. Krachtig drong prof. Trimbos aan op het betrekken van sociologen, psychologen, culturele antropologen, sociaal-geneeskundigen en biologen-ecologen in de teams, die beslissen over de opbouw van de fysieke wereld waarin we leven.
Hoogbouw
Prof dr. P. Muntendam, voorzitter van het Nederlands concres voor openbare gezondheidszorg, besteedde in zijn openingswoord eveneens aandacht aan het kwalitatieve aspect van de woningbouw. „Wij komen er niet met hoogbouw om de kwantitatieve nood op te lossen. De gemeente die het 14 verdiepingen tellende flatgebouw doet plaatsen in een wijk, oorspronkelijk bedoeld voor laagbouw, maakt de nood voor velen groter dan dat zij aan de oplossing van de woningnood in kwalitatieve zin een wezenlijke bijdrage levert", zei hij.
„De woningnood proberen uit te tillen boven de politieke tegenstellingen is wenselijk, omdat volksvijand nummer 1 alleen dan afdoende kan worden bestreden, als van die strijd een nationale zaak kan worden gemaakt. Wij moeten elkaar niet om de oren slaan met kwantitatieve streefcijfers. Primair continuïteit staan het veilig stellen van de continuïteit in de woningbouw. Woonruimte is noodzakelijker dan ooit, daar de' woning steeds meer het belangrijkste rustpunt wordt in een dolgedraaide wereld voor individu en gezin", dit zei drs. P. C. W. M. Bogaers, oud-minister van volkshuisvesting, iri zijn toespraak onder het motto: bestuurlijke besluitvorming ten behoeve van wonen en welzijn.
„Moeizaam"
Het kernprobleem van de woningnood is volgens hem in de huidige constellatie bijna onmogelijk op te lossen via de nieuwbouw. Hij zei uit ervaringen van de laatste jaren te putten dat de oplossing van de woningnood in de regio een moeizaam proces is, indien dit niet samengaat met een bijpassende bestuursstructuur. „Mochten wij in een noodtoestand komen te verkeren, dan moeten wij niet in paniek naar elk denkbaar middel grijpen", zo zei de heer Bogaers, maar de centrale overheid verstrekkende en ruime bevoegdheden geven om de continuïteit toch te kunnen handhaven.
Wil men in de woningwetsector het 1971-programma halen, dan moeten in het vierde kwartaal van dit jaar 2000 woningwetwoningen meer gebouwd worden als in die periode van het vorig jaar (stijging van 50 procent) en dat is, aldus de heer Bogaers, een praktisch onhaalbare taakstelling.
Verantwoordelijkheid
In de regio's achtte de heer Bogaers van primair belang de versterking van het lokaal bestuur, zodat op het niveau van de regio de lokale bestuurlijke verantwoordelijkheid voor de huisvesting van de burgers kan worden waargemaakt, wat voor diverse gemeenten afzonderlijk niet meer mogelijk is. „Eenmaal gekozen voor gewestelijke ontwikkeling, dan dient er leiding gegeven te worden vanuit één bestuurlijke visie", aldus de heer Bogaers.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 november 1971
Reformatorisch Dagblad | 8 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 november 1971
Reformatorisch Dagblad | 8 Pagina's