Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Bijval  voor het Getuigenis en pleidooien voor visie op ambt en prediking

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Bijval voor het Getuigenis en pleidooien voor visie op ambt en prediking

Herv.-Geref. mannen hielden toogdag:

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

„De verschijning van het Getuigenis was een grote verrassing. Al zullen we 't niet op alle punten met de formulering eens zijn, toch zijn we dankbaar, omdat in het Getuigenis de fundamentele stukken van de leer der kerk weer aan de orde gesteld worden. Velen van verschillende kanten en uit diverse kerken, voelen zich aangesproken. Aan de andere kant heeft het bij de horizontalisten en maatschappijvernieuwers felle reacties opgeroepen. Hebben we verwachting van het Getuigenis? Zal er door dit spreken een nieuw reveil in de kerk komen en een terugkeer tot de belijdenis der kerk? Wij weten het niet, maar laten we bedenken dat de Heere niet Iaat varen het werk dat Zijn hand begon. Een nieuw reveil hebben wij niet in de hand, dat is het werk van de Heilige Geest. Daarom is er verwachting. Wij moeten niet rusten, maar doorgaan en de koers uitzetten voor de toekomst, ons door Woord en Geest laten leiden en trouw blijven aan de Gereformeerde belijdenis. We hebben geen verwachting van iets uit deze wereld, maar we moeten alles verwachten uit de hand des Heeren en zó uitzien naar de wederkomst van Christus.

Dit sprak ds. A. Vroegindewey uit Veenendaal in zijn openingswoord op de Bondsdag van de Bond van Ned. Hervormde Mannenverenigingen op Gereformeerde Grondslag in Tivoli te Utrecht.

In zijn toespraak, getiteld "Herinnering en Verwachting" memoreerde hij dat 25 jaar geleden, in het najaar van 1946, deze bond weer nieuw leven was ingeblazen. Toen na de oorlog, de Gemeente Opbouw zijn triomfen vierde en er allerwegen een roep om eenheid te horen viel, toen werd deze bond opgericht. Is het wel nodig geweest? Ja, want de kerk is niet teruggekeerd naar de rechte grondslag van een geref. belijdenis en voor velen is daardoor de grondslag van de Bond onaanvaardbaar.

VERZOENING

Onder dwang van de Algemene Kerkvergadering heeft prof. Smits zijn emeritaatsrechten teruggekregen, terwijl hij nog steeds de belijdenis der kerk over de verzoening loochent. Ook wordt de kerk misbruikt door revolutionairen. Voor velen heeft de verkondiging van de rijke Christus voor een arme zondaar afgedaan. Predikants plaatsen worden opgeheven en kerken stromen leeg, maar daar waar de Gereformeerde prediking gebracht wordt, daar komen de mensen nog naar de kerk. We moeten ons echter niet op de borst slaan. De geest van de tijd gaat ook ons niet voorbij. Leven wij nog bij de eenvoud van het geloof en kwijnt ook in onze gemeenten niet de Gods vrucht? Spreken wij nog wel met onze kinderen over de vreze des Heeren? Er is reden lot grote bezorgdheid. We moeten ons niet laten ontmoedigen, maar trouw blijven aan Gods Woord en de Gereformeerde belijdenis — aldus ds. Vroegindewey.

AMBTEN

Hierna sprak ds. C. den Boer uit Zeist over „kerk en ambten", In dit boeiende referaat wees hij erop dat het welhaast een onmogelijke opgave lijkt om temidden van de veelheid van meningen en opvattingen over de ambten nog iets zinnigs te zeggen. Het verlossende woord scheen gesproken te zijn toen het studierapport over het ambt in april 1970 aan de Synode werd aangeboden. 

Door al dit theologiseren en discussieren over het ambt worden we teruggeworpen op de grondvragen en moeten we ons rekenschap geven van de vraag, wat het ambt in deze tijd nog betekent. Het kerkelijk ambt wordt niet slechts onderworpen aan kritische beschouwingen, maar er zijn geweldige machten bezig om de fundamenten van dat ambt te ondergraven. In dit verband wees de spreker op de macht van het oecumenisme, waarbij het lijkt alsof we weer moeten komen tot één wereldkerk, desnoods met opgeven van de Presbyteriaanse kerkstructuur; de macht van de secularisatie, waarbij de gemeente van Christus per se via zgn. vormingswerk op politieke en maatschappelijke leest geschoeid moet worden; de macht van de theologische verleiding (God is dood, dood is dood) en de macht van de culturele twijfel, de tijdgeest, die aan alles knaagt. Niets is er meer zeker.

GEEN VEELHEID

In een interessant betoog zette de Zeister pastor de hoofdlijnen uiteen van de Bijbelse Gereformeerde visie op het ambt. Hij wees er daarbij op dat er in het Nieuwe Testament niét een veelheid van ambtssituaties ligt. Voor velen betekent dit namelijk dat het Nieuwe Testament slechts een model geeft van de Christus-representatie, waar we in onze tijd en in onze situatie weer een heel ander gestalte aan kunnen geven, geven.

Hoewel Nieuwe Testament geen kerkorde is, bevat ze toch de beginselen van de kerkregering en kunnen we in de Schrift ontdekken dat de verhoogde Christus door de ambten, die Hij Zelf ingesteld heeft. Zijn gemeente regeert en het heil uitdeelt. Daarom kan de vulling van het ambt niet anders zijn dan het Woord der verzoening dat in de ambtsdragers gelegd is, waardoor ze onvermoeid de mensen smeken: „Laat u met God verzoenen".

MONDDOOD?

Zo zijn de ambten er niet om de gemeente monddood te maken. Neen, ze moeten de gemeente activeren. Er zijn nog zoveel verborgen talenten in de gemeente, die door het ambt niet verduisterd mogen worden, maar juist voor de dag gehaald moeten worden, om ingeschakeld te worden in het jeugdwerk, in de zorg voor de zieken en bejaarden bij het huisbezoek enz. Ieder moet met de hem verleende genade-gave dienen. Zo staat, het bijzondere ambt niet los van de gemeente. In de gereformeerde ambtsopvatting loopt er een lijn van Christus naar de gemeente. Zodat ieder vrijuit zijn zonden kan belijden en vergiffenis kan ontvangen bij Christus zonder tussenkomst van de biechtstoel. Maar er loopt ook een lijn van Christus naar het ambt, omdat het Gode behaagd heeft Zijn heil te laten bemiddelen door de door Hem geroepen ambtsdragers en mensen te redden uit de diepte levensnood van hun bestaan. Hij besloot hiermee dat een ieder die het ambt begeert, een voortreffelijk werk begeert.

PREDIKING BROODNODIG

De laatste spreker op deze druk bezochte toogdag, ds. L. Blok uit Aalburg, legde er alle nadruk op, dat de weg ter genezing alleen in de prediking ligt. De geestelijke, maatschappelijke, politieke noden zijn onvoorstelbaar groot, maar de allereerste taak van de kerk is het licht van Gods woord. Wet en Evangelie, te laten schijnen. De behoefte aan de dialoog wilde ds. Blok gehonoreerd zien door Bijbelkringen, gespreksgroepen of bespreking na de dienst. De vorm van onze traditionele kerkdienst is niet „de alleenzaligmakende", aldus ds. Blok, die sterke nadruk legde op de gedurige prediking van het Evangelie als basis voor zedelijke levensvernieuwing. Hij maakte dit met 'vele voorbeelden duidelijk, waarbij hij inging op de geestelijke vraagstukken van onze tijd; evolutie. Marxisme, Freud etc. kwamen daarbij kritisch doorlicht aan de orde. De dag werd besloten met een opwekkend woord van ds. J. van Wier, Hervormd predikant te Kampen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 2 november 1971

Reformatorisch Dagblad | 6 Pagina's

Bijval  voor het Getuigenis en pleidooien voor visie op ambt en prediking

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 2 november 1971

Reformatorisch Dagblad | 6 Pagina's