Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

LANDBOUWBELEID MOET OVEREIND BLIJVEN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

LANDBOUWBELEID MOET OVEREIND BLIJVEN

Situatie van dit ogenblik kan bijzonder gevaarlijk worden

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

BRUSSEL — De landbouwministers van de EEG zijn het er in Brussel over eens gebleken, dat het gemeenschappelijk landbouwbeleid, ondanks de moeilijkheden die het zweven van verschillende EEG-munten daarbij oplevert, overeind moet blijven. Een tweede conclusie waartoe men is gekomen is, dat het urgent is om de prijzen voor het seizoen '72-73 vast te stellen, maar dat een bepaling van die landbouwprijzen in de huidige omstandigheden onmogelijk is.

Tot zo'n prijsvaststelling zal het vóór 1 januari van het volgend jaar dan ook zeker niet komen. Eerst moet meer duidelijkheid ten aanzien van de rekeneenheid zijn ontstaan. Wel zal men trachten voortgang te maken met het beleid voor de structuur van de Europese landbouw. De Nederlandse bewindsman, Lardinois, vatte de besprekingen van de raad als volgt samen: we zijn het er „schoorvoetend" over eens, dat het thans geldende stelsel van compensaties en heffingen, gevolg van de monetaire moeilijkheden, nog niet desastreus is voor het gemeenschappelijk landbouwbeleid, maar de negatieve in vloed ervan op het landbouwhandels-verkeer dreigt groter te worden. Het prijzenbesluit dient uitgesteld te worden en het kan pas vallen als de vaste pariteiten van de munten weer hersteld zijn.

De Europese commissie heeft in deze raad toegezegd een nadere studie te willen aanvatten over de mate waarin de landbouwprodukten in prijs verhoogd dienen te worden. Ze wil over deze kwestie echter eerst het Europese parlement horen. In doorgaans goed ingelichte kringen in Brussel verluidt, dat commissaris Mansholt wel bereid is prijsvoorstellen te doen, die hoger uitkomen dan zijn oorspronkelijke voorstellen, die verhogingen van twee tot drie procent omvatten. De landbouworganisaties van hun kant die een verhoging van tien tot twaalf procent geëist hebben, zouden dan bereid zijn wat water bij de wijn te doen.

Centraal probleem in de besprekingen was, hoe met de huidige verhoudingen, met het zweven van de munten in Europa, het landbouwbeleid voortgang zou kunnen vinden. De Italiaanse voorzitter Natali, verklaarde dat de ministers het er over eens konden worden, dat het vrije verkeer, de communautaire preferenties, gemeenschappelijke prijzen en financiële solidariteit basis voor het toekomstige Europese landbouwbeleid moeten blijven.

POLITIEKE WIL

De raad heeft dan ook de politieke wil tot uitdrukking gebracht de basisprijzen voor de gemeenschappelijke landbouwpolitiek te handhaven. Als uitdrukkelijke wens heeft hij neergelegd, dat op korte termijn teruggekeerd wordt naar vaste pariteiten van de munten. De situatie van het ogenblik, dus met compensaties en heffingen, kan in de huidige omstandigheden niet anders dan blijven voortbestaan, maar het kan ook niet anders dan een tijdelijke oplossing zijn. Blijft deze situatie lang gehandhaafd, dan zal de toekomst grote nadelen brengen voor zowel de handel tussen de EEG-landen als de handel naar buiten.

Bij de besprekingen bleek de Duitse landbouwminister, Ertl, een wat afwijkende mening te hebben. Hij stelde, dat er wel te leven valt met een voor de diverse EEG-landen bestaand verschillend prijspeil voor de landbouwprodukten en wel voor de periode, dat de economische en monetaire unie nog niet gerealiseerd is. De Europese commissie en de andere ministers hebben hem echter voorgehouden, dat dit een gevaarlijke stellingneming.

Tijdens deze vergadering heeft de Europese commissie, op verzoek van Frankrijk, toegezegd op korte termijn met uitvoeringsvorderingen te zullen komen voor de visserij-structuurpolitiek. Het is een bekend feit dat Frankrijk bezig is zijn vissersvloot te vernieuwen, onder meer door het laten bouwen van zeventien schepen voor het inzouten van vis en vijf vriesschepen. Van de totale bouwsom van tweehonderd miljoen Franse francs zou het graag een kwart ontvangen uit het Europese landbouwfonds. Vandaar dat men zo'n 'n haast heeft met de totstandkoming van de uitvoerverordeningen. Minister Lardinois heeft meegedeeld die verordeningen, als ze er eenmaal zijn, op hun aanvaardbaarheid te willen beoordelen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 4 oktober 1971

Reformatorisch Dagblad | 6 Pagina's

LANDBOUWBELEID MOET OVEREIND BLIJVEN

Bekijk de hele uitgave van maandag 4 oktober 1971

Reformatorisch Dagblad | 6 Pagina's