Bij de kansel van: Nieuw-Lekker land
Deel II van een serie over kerkendienaars en hun spreekplaatsen
Welt ook een fontein uit W een zelfde ader het zoet en bitter? Die ontdekkende vraag stelde ooit Jacobus in zijn algemene zendbrief. Het blijkt met de tong maar al te veel te gebeuren. Met haar wordt God geloofd en tegelijk de mens vervloekt die naar Zijn beeld geschapen is. Dat zoet en zout water tegelijk wordt voortgebracht is ook van toepassing op vele oude kansels die ons land telt. De ene predikant mocht spreken naar de Schrift en belijdenis, een ander naar het goeddunken van de mens. Een van de vele bewijzen daarvan is de kansel van de Dorpskerk van Nieuw-Lekkerland.
Het prachtige meubelstuk in de overigens eenvoudige kerk is in de tweede helft van de zeventiende eeuw vervaardigd en onder anderen beklommen door Johannis Brandophus van 1671 tot 1680. Deze predikant was bepaald geen voorbeeld van de kudde. Bitter water bracht hij voort. Hij was een vijand van ware godsvrucht en was mede debet aan de grote onkunde en ongodsdienstigheid van het dorp. In 1681 evenwel werd Petrus van der Velden predikant in het dorp aan de Lek. Hij deed zijn intrede met 2 Kor 5:20 "Zo zijn wij dan gezanten van Christuswege, alsof God door ons bade; wij bidden van Christuswege: aat u met God verzoenen". Hij mocht door Gods genade zoet water voortbrengen. Maar wat viel het Petrus tegen in Nieuw-Lekkerland. De eerste de beste zondag dat hij vanaf de oude kansel het woord bediende, verweten de ouderlingen hem dat hij wel rooms leek. Hij wees de mensen er namelijk op om toch vooral de knieën te buigen en de Heere Jezus aan te roepen. Met huisbezoek was er geen ouderling die met hem op pad wilde. Het gebeurde zelfs een dat er een menigte hem opwachtte om hem te doden met boerengereedschap. De schout kon zijn ontdekkende prediking niet aanhoren en verstoorde regel matig de dienst door in de bank te trappen en te schoppen. Zeven jaren duurde dat. Tenslotte zei hij tegen zijn vrouw: Ik wil het ambt neerleggen en de korenhandel in gaan, het werk dat ik deed voor mijn predikantschap.' Zijn vrouw vond dat een goed idee mits hij het aan de Heere bekend zou maken en Hem wilde zeggen niet langer Zijn knecht te willen zijn. Het resultaat was dat Petrus van der Velden bijtekende. Sedert die tijd werd zijn bediening zo gezegend, dat er bijna geen zondag voorbij ging of er kwamen er twee tot zes tot bekering.
Bekend is het voorval uit het leven van Petrus dat hij ooit een meisje doopte, van vfie hij kreeg te geloven dat ze later zijn vrouw zou worden. En ze werd ook inderdaad zijn vrouw na het verscheiden van zijn eerste. Dat is allemaal terug te lezen in het meerdere malen herdrukte boekje De merkwaardige lotgevallen van het leven en sterven van de weleerwaarde en zalige heer Petrus van der Velden.
Minder bekend en blijkbaar niet merkwaardig genoeg om in 'de merkwaardigste voorvallen' vermeld te worden is het feit dat hij op 16 juni 1718 voorging op een gezelschap bij Han Petersz. Dikkenrijst in Ederveen waar mensen uit Rens-
woude en Veenendaal bijeenkwamen, die de bevindelijke waarheid voorstonden en klaarblijkelijk iets misten in de prediking van de eigen predikanten. Ds. De Heurdt uit Veenendaal en ds. Cuylenburgh uit Renswoude bezochten dit conventikel en waren zo ontstemd over de komst van Petrus van der Velden dat ze de zaak voor de classis Rhenen brachten. Zij hadden grote zorg over deze gang van zaken. Het zou volgens hen allemaal grote opschudding en verdeeldheid in de gemeenten veroorzaken. Op het gezelschap hadden de bezoekers nota bene de tong naar de predikanten uitgestoken, hen nagewezen en uitgejouwd. De classis Rhenen schreef daarop aan de classis Dordrecht, waaronder Nieuw-Lekkerland ressorteerde, dat ze Petrus van der Velden maar eens moesten onderhouden over zijn optreden in Ederveen en dat wanneer zijn ernst groter was dan van andere predikanten hij daar in zijn eigen gemeente maar blijk van moest geven. Op de kerkenraadsvergadering te Veenendaal werd onder anderen Jannigje Hen driksdochter (niet te verwarren met de latere 'zwarte' Jannetje Hootsen die eveneens uit Veenendaal kwam) onder censuur gesteld omdat ze conventikels bezocht en ten overstaan van de kerkenraad betuigde dat ze deze "oefeningen' voor niemand ter wereld wilde missen.
Twee jaar voor het overlijden van Petrus van der Velden werd de kansel voorzien van een fraaie koperen lezenaar waarop de Bijbel werd neergelegd. Vanachter die lezenaar bediende hij in 1723 voor het laatst het woord aan de gemeente en voelde hij zich gedrongen te preken over Johannes 14 = l6 "Ik zal de Vader bidden en Hij zal u een andere trooster geven", 's Avonds ging hij niet als gewoonte verder met de catechismus, maar preekte hij het vervolg van de tekst uit de morgendienst: "Opdat Hij bij u blijve tot in der eeuwigheid". In de gemeente werd een en ander opgevat alsof de dominee op zijn oude dag nog naar een andere gemeente zou vertrekken. Zijn vrouw was echter bang voor een spoedig aanstaande dood. Zij kreeg gelijk. De volgende zondag moest hij vanwege ziekte verstek laten gaan en hij ontsliep die dag in de Heere. Helaas werd het zoete water dat in Van der Velde's dagen mocht vloeien op de duur weer zout. Dat was raet name in de dagen dat ds. Gijsbert Boele van Schragen Nieuw-Lekkerland diende van maar liefst 1828 tot 1880. Van hem werd gezegd dat hij beter kon schaatsen dan preken. Hij was een puur modern predikant. In die dagen lieten er mensen hun kinderen in Oud-Alblas dopen bij de befaamde A.P.A. du Cloux die een bijbelse prediking bracht. Hij klaagde zijn collega daarop aan. Opnieuw vloeide vanaf de kansel het zoete water weer door onder anderen ds. J.W.H. Kalkman en Pieter Segboer. Toen laatstgenoemde met de Doleantie meeging, leek het er op dat de kansel weer allerlei bitters voort zou brengen. De Heere waakte evenwel over Lekkerlands kerk en kansel. Want tot de dag van vandaag mag vanaf die oude preekstoel de prediking van zonde en genade uitgaan. En dat ondanks mensen!!!
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 december 2006
Oude Paden | 64 Pagina's