Ds. C. Hogchem
Predikant van de Gereformeerde Gemeente te Barneveld
1. Dominee, wilt u iets vertellen over uzelf en uw gemeente?
De Gereformeerde Gemeente van Barneveld is voortgekomen uit een bloeiend gezelschap, en werd geïnstitueerd in iSgS-Dat jaar nam de bekende ds. E. Fransen een beroep aan. Een andere bekende predikant is ds. J. Fraanje. Ruim éénendertig jaar (van 1918-1949) verkondigde hij alhier recht en genade. In deze tijd was er een gestadige groei en werd de gemeente gebouwd in diepte en omvang.
Wat mijzelf betreft: op dertigjarige leeftijd werd ik in de oogst uitgestoten. Na vier jaar studie aan de Theologische School te Rotterdam, werd Borssele rnijn eerste gemeente (1991). Vanaf eind 1997 tot heden is mijn arbeidsveld in Barneveld.
2. Hebt u in uw bibliotheek levensbeschrijvingen? Kunt u enkele voorbeelden noemen?
Er stonden er meer dan ik dacht. Waaronder: Gedenkschrift van Sukey Harle)!; Gods meniguuldige reddingen (ds. H.H. Middel); en Doch Hij lal verschijnen tot uheder vreugde (mevr. T. Butijn-Melis).
3. Bent u wel eens gesticht door levensbeschrijvingen? Welke? Op welke manier?
Wat wordt onder gesticht-zijn verstaan? Met smaak lezen? Dat is meermalen gebeurd. Of dat het dieper gaat? Het boek van J. Bunyan Genade overvloeiende voor de voornaamste der zond ren heeft meer bijzonder mijn hart geraakt.
4-Kunt u zich voorstellen dat sommigen (nog andere) voordelen zien? Welke?
Tot de algemene voordelen kan gerekend worden dat de lezer kennisneemt van het kerkelijke en maatschappelijke leven in vroeger dagen. Treffend is daarover te lezen - om een voorbeeld te noemen - in het boek over Het veelbewogen leven en de rijk gezegende arbeid van ds. P. van Dijke (1812-1883). En wie verwondert zich niet over de armoede en wederwaardigheden van Sara Diamant (1797-1882). Levend in zulke omstandigheden en in die maatschappelijke verhoudingen, werd deze diamant door God geslepen. Deze dingen zijn leerzaam en nuttig. Ze zijn tevens dienstbaar en ondergeschikt - zo ik meen - aan de mededeling van het werk Gods in het hart van zijn volk. Dat werk schatten we hoog aals het pit en het merg van dergelijke boeken. Ds. J. Koelman spreekt in zijn voorwoord op Des ChristetK groot interest van W. Guthrie over 'spiegels van de gewone en vriendelijke handelingen Gods omtrent uitverkorenen'. En ds. W. Eversdijks heeft het in Des Heeren lofverkondigd uit de mond der kinder over 'exempelbladeren der godzalige jonkheid'. Hij wekt de ouders op deze voorbeelden hun kinderen aan te prijzen.
Inmiddels zijn we zon driehonderd jaar verder. Het jongere geslacht hoort niet zoveel meer spreken over het zuivere, schriftuurlijk-bevindelijk werk van Gods Geest. We mogen echter zeggen dat het nog wel te lézen is. Zeker, er over horen spreken is beter. Maar is die goede wijn schaars, dan is er de mindere - die ook goed kan zijn: de opwekking van ds. W. Eversdijk heeft nog niets aan kracht ingeboet. Integendeel.
5. Kunt u zich voorstellen dat er (nog andere) nadelen aan kleven ? Welke zoal ?
Er zijn er geweest die schreven over zichzelf, maar niet het meest bevreesd waren voor zichzelf. Beter hadden zij de pen kunnen laten rusten! Een ander gevaar is persoonsverheerlijking. Ook zijn er levensbeschrijvingen die bestaan uit een heel klein schilderij, met daaromheen een grote en sierlijke lijst... Zodat onwillekeurig de vraag rijst of het niet met de helft of nog minder had gekund - of hoofdzaken geen bijzaken geworden zijn en andersom? Ook zijn er boekjes waarin allerlei toestandjes en gemoedelijkheden aanéén geregen worden, terwijl er zakelijk weinig of niets te lezen valt. Iets wat ook erg afstoot is het breedvoerig beschrijven van de voorgaande levenswandel.
Er is duidelijk kaf onder het koren. Ook onder de lezers... Zij, die alles kwaad wiUen heten, en met het bad en water het kind willen weggooien. Dat is een kwalijke zaak. Er zijn immers geschriften genoeg waarin het zuivere genadewerk Gods in eenvoudigheid en oprechtheid wordt meegedeeld.
Gods kinderen hebben er smaak in gehad, en op jonge harten heeft het beslag gelegd.
Een ander nadeel is dat men levensbeschrijvingen zo spoedig tot een toetssteen stelt voor zichzelf. Maar wie zal de Heere bevel geven van het werk van Zijn handen? 'Hij werkt' - het zijn woorden van ds. W. Eversdijk — 'in de één zachter, evangelischer. In de ander strenger en wettischer.'
Persoonlijk lees ik liever een preek van Comrie of Owen, dan een levensbeschrijving. Er is meer onderwijs in. Ik wens die preken ook in handen van mijn catechisanten. Dat er geen bij zijn? De meesten vrees ik van niet. En lezen ze geen goede preken, dan lezen ze wat anders. En dan moet men - zo merkte ds. G.H. Kersten eens in dit verband op - de ratten aan het spek zien te krijgen. Hoe? Dan blijkt dat onze jonge mensen (en niet alleen zij) wèl bereid zijn een goede levensbeschrijving te lezen. Dat is dan toch een goede zaak?
6. In levensbeschrijvingen ligt meestal de nadruk op het stichtelijke element. Vindt u dat goed, of mag het ook wat kritischer zijn, als daar reden voor is?
Ds. W.C. Lamain schrijft ergens over een predikant, aan wie gevraagd werd of hij een levensbeschrijving wilde kopen. Het eerste wat die predikant opmerkte was: 'AUes staat er toch niet in? ' We mogen er wel aan toevoegen: 'En dat is maar goed ook.' Het hoeft niet en het mag ook niet. Alles wat waarachtig is en weUuidt, is waard om te vertellen. Dat Godsvolk doortrokken is van zwakheden en gebreken, mag op een gepaste wijze doorklinken, opdat in alles openbaar wordt dat zalig worden alleen is door de vrijmachtige en onnaspeurlijke genade Gods in Christus, door de Heilige Geest.
7-Welke levensbeschrijving(en) zou u de lezers van Oude Paden aanbevelen?
Behalve de levensbeschrijvingen die ik reeds genoemd heb, zouden onder andere aan te bevelen zijn die vanj. A. Saarberg Der pelgrims metgezel - leven en arbeid van Joseph Charles Phüpot. VanJ.W. Lamain, H. Beijeman en H.
Natzijl Leven en werk van ds. W.C. Lamain. En van A. Bel en W.B. Kranendonk Leven en werk van ds. J. Fraanje. Vooral in de eerste twee boeken zijn de personen waar het over gaat, zélf veel aan het woord. Overigens moge het dxiidelijk zijn dat smaken nogal kunnen verschillen.
8. Als u een levensbeschrijving zou maken, of een heruitgave verzorgen van een ander boek, wie o f wat zou u dan op het oog hebben?
Als men bij zon vraag nog moet gaan verzinnen wat men dan op het oog zou hebben...
9. Eén van de doelstellingen van Oude Paden is het vastleggen van mondeling overgeleverde verhalen over het geestelijk leven. Hoe gaat Oude Paden hiermee om?
Het is één van de doelstellingen. We lezen in Hebr.I3:7: Gedenkt uwer voorgangeren, die u het Woord Gods gesproken hebben; [en] volgt hun geloof na, aanschouwende de uitkomst [hunner] wandeling.' Gedenkt., .volgt na aanschouwde... Het is een evangeliegebod, waarin drie plichten aanéén verbonden zijn. Maar dan moet men die voorgangers (en kinderen Gods) wel kennen. Veel namen, die - wat mij aangaat - enkel namen waren, zijn personen geworden: e zijn uit het onbekende dichterbij gebracht. En daarin schittert door Efeze 2:4-7-En hoe Oude Paden dan met die ene doelstelling omgaat? Is er iets volmaakt onder de zon? Maar dit is zeker: r is grote waardering.
10. Hebt u nog een slotopmerking?
God zegene deze arbeid en doe én de scribenten én de lezers persoonlijk delen in Zijn heil.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 december 2002
Oude Paden | 82 Pagina's