Kerkelijke eenheid
Uit het magazijn van de actualiteit willen we slechts enkele voorbeelden noemen die met ons onderwerp te maken hebben. In het periodiek Protestants Nederland van december 2013 staat te lezen: Wat zou het een groot goed zijn als we in ons land één kerk der Reformatie zouden kennen, een kerk, waarvan de ambtsdragers en leden instemden met de grondslag, zoals in 1618/19 verwoord. Ter gelegenheid van het vijftigjarig bestaan van de COGG verscheen het boek Verscheurd verlangen. Een ander recent verschenen werk heet Is kerkelijke verdeeldheid zonde? Het boek verdrukt, maar niet verdreven wijst als kenmerk van de kerk in de toekomst aan: haar zoeken naar confessionele en institutionele eenheid. In januari van dit jaar verklaarde prof. B. Kamphuis in een interview: Het voortbestaan van de Theologische Universiteit Kampen mag geen struikelblok zijn voor kerkelijke eenheid.
Kerkorde
In ord. 20. I. art. 8.1 lezen we over de eenwording der kerken: Indien de Nederlandse Hervormde Kerk en een kerk in Nederland of daarbuiten zich, krachtens het onderling oecumenisch gesprek e.d., bij genoegzame overeenkomst of verwantschap in zake geloof, eredienst en kerkorde, geroepen weten tot eenwording te komen, worden de daartoe bij ordinantie vast te stellen regelen ontworpen enz. In ord. 20.I. art.9.1 lezen we over de hereniging van kerken: Indien bij het zoeken naar hereniging tussen de NHK en een andere kerk, die door bijzondere banden van geschiedenis met haar is verbonden, genoegzame overeenkomst in zake geloof, eredienst en kerkorde is gebleken om tot zulk een hereniging over te gaan, wordt daartoe de procedure in art. 8 dezer ordinantie gevolgd. En zoals bekend kan zijn, werkt onze synode aan een Bijbelse herziening van de kerkorde van de NHK. De synode van de HHK heeft in 2012 besloten om kerkenraden en gemeenten die dat wensen, de kerkordelijke mogelijkheid te bieden om predikanten uit de Christelijke Gereformeerde Kerken voor te laten gaan (kanselruil) en om, waar dat gewenst wordt, op plaatselijk vlak bepaalde vormen van samenwerking te realiseren. En onze kerk heeft niet voor niets een CIC (Commissie van interkerkelijke contacten). Haar opdracht is om contacten te onderhouden tussen de HHK en andere kerken in binnen- en buitenland en hierin de generale synode te adviseren. Er zijn regelmatig contacten met de Christelijke Gereformeerde Kerk, de Gereformeerde Gemeenten en de Gereformeerde Kerk Vrijgemaakt. Vermeldenswaard is in dit verband, dat ds. D. Heemskerk de synode van de Christelijke Gereformeerde Kerk heeft toegesproken en dr. W. van Vlastuin de mannenbond van de Gereformeerde Gemeenten. Zijn deze waardevolle contacten tot eenheid als een wolkje van eens mans hand?
Nood
Al in de begindagen van de Duitse bezetting, juli 1940, was in het Gereformeerd Weekblad te lezen: ‘In de laatste weken kunnen we steeds meer stemmen (De Wekker, De Banier-ABG) beluisteren die pleiten voor meer eenheid op kerkelijk gebied. Ja, het praten erover werd hier en daar in daden omgezet. De kranten berichten over interkerkelijke bidstonden te Rotterdam die zeer druk werden bezocht. Ook is er hier en daar sprake van kanselruil. Echter, we moeten aan de ene kant waken voor overhaaste, ondoordachte, emotionele stappen, maar aan de andere kant willen we erop wijzen, dat de verdeeldheid van hen die bij elkaar horen, een zondige verdeeldheid is. Ons blad heeft steeds het ideaal gesteld van de hereniging van alle waarlijk gereformeerden. Voor het gereformeerde volk in Nederland zal het een dringende eis zijn om te komen tot eenheid, opdat we onszelf en elkaar door onderlinge strijd niet verteren. En ook hier geldt het: Die het van de Heere verwachten, zullen de kracht vernieuwen. De tijd dringt, maar verootmoediging is nog niet te zien.’
Heidelbergse Catechismus
Zondag 21 leert ons over ‘de heilige algemene Christelijke Kerk’ en over ‘de gemeenschap der heiligen’. In het Gereformeerd Weekblad van 1947 lazen we over dit onderwerp een aantal meditaties van ds. I. Kievit. Enkele opmerkelijke en richtinggevende gedachten daaruit, willen we tot bezinning doorgeven. ‘Deze Zondagsafdeling staat nog onder het opschrift: Van God de Heilige Geest en onze heiligmaking. In antwoord 54 horen we eigenlijk een loflied van de strijdende Kerk op aarde. De Kerk is de stichting van Christus, ja maar ook van de Heilige Geest. De Vader verkoor haar, de Zoon verloste haar door Zijn bloed en de Geest wederbaart en vernieuwt haar. De Kerk is wel heilig, maar niet goddelijk, want zij behoort tot het geschapene. Ik geloof dat de Kerk er is en dat zij heilig, algemeen en christelijk is. Ik zeg dat niet leerstellig, maar als waarheid die mij persoonlijk aangaat: waarvan ik een levend lidmaat ben en eeuwig zal blijven. Hier horen we een ontroerende geloofsbelijdenis. De Kerk wordt hier behandeld als voorwerp van het geloof, zoals we haar kennen uit de Schrift. Een andere Bron van kennis hebben we niet. Wat zij is, leiden we niet af uit haar bestaan, maar enkel uit de openbaring in het Woord. Ze heet heilig, omdat ze afgezonderd is van de wereld. Ze is iets aparts, totaal niet op één lijn te stellen met een vereniging. Als sociale verschijning in deze wereld is ze geheel uniek. Inwendig is zij afgezonderd door de Heilige Geest Die in haar woont, haar leidt en Zich openbaart (NGB, art.27). Deze Kerk is algemeen of katholiek, want er is maar één Kerk over de wereld verspreid. Het betekent dus niet, dat ze een algemeen christendom is. Beslist niet. Deze Kerk heeft haar grens door de inwoning van de Geest. En haar bijzonder karakter ligt in het gewassen zijn door Christus’ bloed. Zij is niet zichtbaar voor het oog en er is veel, dat ons doet vragen: waar is haar eenheid? Haar algemeenheid kunnen we beleven in het geloof, want dan geven we de Tyriër de hand en groeten de Moor (Ps. 87) met de groet des vredes. Deze Kerk is innerlijk één in haar Hoofd Christus en door de inwonende Geest van Vader en Zoon. Zij is ook moeder van de gelovigen, want de Kerk koestert haar leden en brengt ze voort als de heilige Saraï. Wie in deze betekenis de Kerk niet heeft als moeder, kan niet zeggen dat God zijn Vader is.
Eenheid
De heilige eenheid van de Kerk (una sancta) mag niet worden verward met wat de oecumenische beweging ervan maakt. Was de Wereldbond van kerken een aanhangwagen van de Volkenbond, de Wereldraad van kerken is niet veel beter. Immers, wat de Kerk tot kerk maakt, is niet maatgevend voor haar samengaan. Een alleenzaligmakend instituut, gelijk Rome, kennen wij niet (NGB, art.27), wat nog niet zegt dat de veelheid van kerkvormen is naar de Schriften.
Integendeel, die veelheid klaagt ons aan. In het bijzonder wel als het kerken zijn die dezelfde belijdenis hebben. Dit is verscheurdheid en geen pluriformiteit (veelvormigheid). De Kerk heet christelijk, omdat ze helemaal door Christus wordt beheerst. Hij is haar Hoofd, Fundament en Hoeksteen. Zij leeft geheel uit Christus. Christus is alles en in allen. “U dan die gelooft, is Hij dierbaar.” Immers, een kerk, waar Christus niet in het centrum staat, zoals de Schrift doet, is geen kerk. Ook in de prediking moet het uitkomen, dat Gods knechten dienaren zijn van Christus! Waar is de Kerk eigenlijk? Wel, de Kerk bestaat uit drie delen.
Bij elkaar zijn ze het lichaam van Christus. Ze zijn één in Gods Raad en straks ook in werkelijkheid. We bedoelen hier de strijdende Kerk, de triomferende Kerk en de Kerk der toekomst, dat is de verborgen Kerk die nog geboren, of bekeerd moet worden. Samen vormen zij de ene Kerk des Heeren.
Het zal duidelijk zijn uit het voorgaande dat alle kerkisme, alle verdeeldheid en onkerkelijkheid moet worden veroordeeld. Het kerkisme ziet in eigen kerkvorm de enige, ware kerk. Deze houding moet totaal en radicaal worden afgewezen. Ook de verdeeldheid moet worden veroordeeld in de vele instituten die zich sieren met de naam van zuivere openbaring van het lichaam van Christus. En dat geldt dan wel in het bijzonder, die welke dezelfde belijdenis der waarheid hebben. Toch weigeren ze samen te wonen in hetzelfde huis, rondom Woord en sacrament. Het is vaak bedroevend te horen of te lezen op welke wijze en met welke argumenten wordt gewerkt om eigen kerkvorm te verheffen en af te grenzen tegenover anderen met dezelfde belijdenis.
Oordelen
En wij vragen ons in alle ernst af: Zullen de oordelen Gods nog veel zwaarder moeten worden? (Het is net na Wereldoorlog II-ABG) Waarom? Zullen we eerst beroofd moeten worden van onze goederen en naam om pas dan elkaar te zoeken, gedreven door de nood en ernst der tijden? Moet het echt zover komen, voordat we bekennen wat tot de vrede der kerken dient en tot eer is van de Heere, Wiens Naam wij onteren? Immers, niemand zal toch op Schriftuurlijke gronden kunnen ontkennen, dat er veel kerkisme is dat door de Schrift is veroordeeld? Ik lees, dat de ene kerk zegt: “Wij kunnen niet samenwerken met de andere, omdat zij een valse verbondsbeschouwing heeft.” Een andere kerk beweert: “Wij kunnen niet samenwerken met u, omdat u een valse verkiezingsleer heeft.” Als we dit allemaal lezen, wordt het ons bang om het hart en vragen we met droefheid: “Heere, hoelang nog?”
Ook zijn er mensen die in deze zin onkerkelijk zijn, dat ze nu eens hier, dan weer daar gaan en de preekbeurtenlijst napluizen, of er iets van hun gading bij is. Geen kwaad woord zeggen we van die mensen die in een plaats wonen, waar de zuivere bediening van het Woord wordt gemist en daaronder zuchten en ermee in het gebed worstelen om de ware bediening in hun midden. Immers, het is voor de Heere niet te wonderlijk om die grote weldaad te schenken. Laat er veel gebed zijn om arbeiders in de wijngaard des Heeren die het Woord recht snijden. Gods Zoon bindt al Zijn kinderen samen tot een vergadering van gelovigen. Hij heeft niet gewild, dat de christenen als los zand, als losse individuen naast elkaar zouden leven, maar verenigd. Waarom? Wel, om zodoende elkaar te kunnen dienen en met elkaar de Koning van de Kerk! Ja, ook dient men samen te leven door de ambtelijke dienst van Woord en sacrament (NBG, art. 28). In de weg van roeping en wedergeboorte worden wij ingelijfd in het lichaam van Christus. Op de roeping wordt antwoord gegeven door het geloof, dat de Geest schept in onze harten. Zo worden verschillende banden gelegd in het Woord die wij niet mogen verwaarlozen, want einde en middelen zijn beide in de Raad des vredes opgenomen. De Geest werkt in verbinding met en door het Woord van God. Door de Wet worden wij overtuigd van zonden en door het Evangelie bekendgemaakt met Christus en de genade.
Heere Jezus Christus
Er is slechts één Kerk, ook al zijn er vele kerkvormen, veel te veel zelfs. Alle delen van de ene ware Kerk, over de gehele wereld verspreid, zijn in de Heere Jezus Christus verbonden, alle eeuwen door. Maar daarom is het juist zo diep zondig dat wat in Christus één is, gescheiden leeft. En dat dan niet door de noodzaak van verschillende tijden of plaatsen, maar door ongehoorzaamheid aan de wil van de Koning der Kerk. Hij wil ook een eenheid naar buiten (zichtbaar), van wat één is in Hem (onzichtbaar). Hoe kunnen hier kerkmuren storend werken, het leven doven en de liefde verkouden! Ja, deze zaak behoorde een stuk van benauwdheid van het hart te zijn. En een zaak die ons moet aangrijpen en ons doet vrezen, dat God dit alles zeker zal veroordelen. Let daarop! Of is de duisternis, de oppervlakkigheid en lichtzinnigheid die over de Kerk verspreid ligt hiervan geen gevolg? Haar toestand is vaak, zoals van Efraïm staat opgetekend: “De grauwigheid is op hen verspreid en hij bemerkt het niet!” Nee, de verscheurdheid neemt de diepste eenheid niet weg, ook al is verdeeldheid zonde. Geen mens kan de eenheid van de Kerk als lichaam van Christus breken. Echter, eigenlijk is toch de verscheurdheid een poging daartoe. En zou de Heere deze heiligschennis niet straffen?
Zijn wij een levend lidmaat? Op dat levend lidmaat moet alle nadruk vallen, want daar hangt ons eeuwig wel of wee van af. Een levend lidmaat is in Christus ingelijfd, levend uit en door Hem. Ook te midden van de storm der tijden ligt het anker vast in de drie-enige God. Het leven van Christus doorbruiste de gemeente Gods in de dagen dat de Heidelbergse Catechismus ontstond. Het was de tijd, dat de brandstapels rookten en de schavotten dropen van bloed. En de bloedgetuigen mochten beleven: “Wie zal ons scheiden van de liefde van Christus?” (Rom.8) Wat een zekerheid des geloofs; om heilig jaloers op te worden. De gemeenschap der heiligen wordt dus gesteld in haar Hoofd Jezus christus. En dat houdt tegelijk in, dat de gekregen gaven moeten worden aangewend tot nut en zaligheid van de andere lidmaten (onze naasten). De verscheurdheid van de Kerk kan niet haar wezenlijke eenheid tenietdoen, maar stoort wel de plicht tot gemeenschap en maakt ze soms onmogelijk. Ja, het komt nogal eens voor, dat men meent alleen de eigen kring te moeten dienen, zonder om te zien naar anderen. Dit brengt grote onvruchtbaarheid over Gods gemeente. Ook dit is een bedroeven van de Geest. Hieronder zuchten wij, want hoe velen zijn er zodoende niet of nauwelijks meer voor elkaar te bereiken. Ze zijn opgesloten in hun kerk of kring, die zij farizeïstisch isoleren. Soms hoort men zeggen: “Elders kunt u niet zalig worden.” Ja, soms is een dominee van de Hervormde Kerk al verdacht. Zouden we over dit alles niet wenen en smart dragen? De gemeenschap der heiligen brengt rijke zegen. Er gaat kracht van uit op de omringende wereld.
De heidenen in de Vroege kerk spraken veel kwade laster van de christenen, maar één ding moesten zij toegeven: “Ziet, hoe lief hebben zij elkaar!” Een oprechte christen is ijverig werkzaam in de vreze Gods voor de komst van Zijn Koninkrijk. Rachel moge schoner zijn dan Lea, maar deze is vruchtbaar. Gods kinderen vormen één huisgezin al woont de één op een bovenkamer, de ander in de kelder en een derde onder het pannendak in het treurkamertje. Als David en Jonathan achtte de een de ander uitnemender dan zichzelf. Paulus, de broeders gezien hebbende, greep moed. Paulus kreeg zijn Timotheüs, Luther zijn Melanchthon enz. Wie krijgt u? Eens zal de gemeenschap der heiligen worden voltooid, daar waar hun Koning, de Heere Jezus Christus, is. Hij heeft voor hen een plaats bereid, waar God is alles en in allen.’
Uitleiding
In de Acte van Afscheiding of Wederkering (1834) wordt verklaard, in overeenstemming met het ambt aller gelovigen (NGB, art.28) zich af te scheiden van degenen die niet van de Kerk zijn, en dus geen gemeenschap te willen hebben met de Nederlandse Hervormde Kerk, totdat deze terugkeert tot de waarachtige dienst des Heeren en verklaart men tevens gemeenschap te willen uitoefenen met alle ware gereformeerde lidmaten, zich te willen verenigen met elke, op Gods Woord gegronde, vergadering en zich te willen houden aan onze aloude Formulieren van Enigheid. Wanneer zullen deze (geloofs)woorden vervuld worden, of berusten ze op een menselijke vergissing, een droom of een vrome wens? Welke macht heeft het in het leven van Gods kinderen voor het zeggen? Is dat de macht van de traditie of de kracht van het Woord? Het blijkt dat door de burgeroorlog in Syrië kerken bij elkaar worden gebracht, vanwege de gemeenschappelijke nood. Ja, men verleent hulp aan gelovigen buiten het eigen kerkverband. Dezelfde beweging tot eenheid vindt vandaag plaats in het door geweld en haat verscheurde Nigeria. Moet er in ons vaderland ook een dergelijke nood komen om de eenheid der kerken te bevorderen? Kan de werking van de Heilige Geest uit de gebeurtenissen, uit de geschiedenis worden afgeleid? Echter, door de verlichting van de Geest kan er een nieuw licht vallen op het Woord, ook voor het heden. En de Heilige Geest zou de nood en de crisis, waarin we vandaag verkeren, kunnen gebruiken om ons geheel en al op dat Woord terug te werpen en bijeen te brengen wat door genade bijeen hoort. Daartoe schenke Hij in onze tijd van geestelijke oppervlakkigheid, verwardheid, hardheid, afgoderij en dwaling een geest van gebed, verootmoediging, zelfverloochening, bekering en liefde, tot Zijn eer en tot heil van kerk en staat. Of heeft Johannes 17 vers 21 ons in 2014, persoonlijk en kerkelijk, toch nog wat te zeggen?
Leerbroek, A.B. Goedhart
Eén kerk
Er is slechts één Kerk, ook al zijn er vele kerkvormen. Toch is het diep zondig dat wat in Christus één is, gescheiden leeft. De Heilige Geest zou de nood en de crisis, waarin we verkeren, kunnen gebruiken om ons geheel en al op dat Woord terug te werpen en bijeen te brengen wat door genade bijeen hoort.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 13 november 2014
Kerkblad | 20 Pagina's