G.O.S. - Chicago 1984
Ongetwijfeld hebben onze lezers al de nodige voorbeschouwingen, verslagen en evaluaties gelezen van de zitting van de Gereformeerde Oecumenische Synode, gehouden van 30 juli tot 10 augustus in Chicago (V.S.). De G.O.S. is een oecumenisch verband binnen duidelijke confessionele grenzen. In de constitutie (de 'grondwet') is de basis als volgt geformuleerd:
„De basis van 'de G.O.S. zal zijn de Heilige Schrift van het Oude en Nieuwe Testament zoals opgevat door de gereformeerde geloofsbelijdenissen, namelijk de Confessio Gallicana, de Nederlandse Geloofs Belijdenis, de Heidelberger Catechismus, de tweede Zwitserse belijdenis (Confessio Helvetica posterior), de 39 artikelen, de leerregels van Dordt en de Westminster Confessie. De Schriften, in hun geheel als ook in ieder onderdeel, zijn het onfeilbaar en altijd blijvende Woord van de levende drie-enige God, volstrekt gezaghebbend im alle zaken van geloof en leven; en de gereformeerde belijdenisgeschriften worden aanvaard omdat zij in overeenstemming zijn met de goddelijke waarheid, zoals deze in de Schrift is geopenbaard."
0, p deze stevige basis hebben 35 kerken uit de gehele wereld zich verenigd. De grootste van deze kerken zijn de drie die in 1948 aan de wieg van de G.O.S. hebben gestaan: de Gereformeerde Kerken in Nederland, de Christian Reformed Church in North America en de Nederduitse Gereformeerde Kerk van Zuid-Afrika.
De Nederlandse Hervormde Kerk is geen lid van de G.O.S. Daarvoor is onze kerk te 'liberaal', te modern. De meerderheid van onze kerk voelt zich helaas meer thuis in het klimaat van de Wereldraad van kerken (W.C.C.), dan in dat van de G.O.S. De Gereformeerde Bond heeft echter wel in toe-
nemende mate interesse getoond voor deze vorm van gereformeerde oecumene. Tijdens de vorige synodevergadering in Nimes, 1980, was ds. P. Kolijn van Krimpen aan de IJssel als waarnemer (observer) voor de Geref. Bond aanwezig. Ditmaal waren er zelfs drie waarnemers: ir. I. van der Graaf, ds. P. Kolijn en ondergetekende. In een gesprek met het moderamen van de G.O.S. konden we het een en ander vertellen over de positie van de Geref. Bond in de Hervormde Kerk, en in het bijzonder ten aanzien van 'Samen op Weg'. Wanneer de G.O.S. trouw blijft aan haar belijnd gereformeerd karakter, zou de Geref. Bond er mijns inziens goed aan doen een geassocieerd lidmaatschap aan te vragen. Het is verrijkend en voor de rechte beleving van het gereformeerd-zijn in deze tijd onmisbaar om over de grenzen van eigen kerk en land heen te zien.
Crisis
Intussen is het niet teveel gezegd wanneer we stellen dat de G.O.S. in een ongekend hevige crisis verkeert. De belangrijkste oorzaak van die crisis zijn de Gereformeerde Kerken in Nederland (GKN). Binnen de G.O.S. leven grote bezwaren tegen de koers van de GKN. Opvattingen als van de theologen H. M. Kuitert en H. Wiersinga hebben tot diepgaande verontrusting aanleiding gegeven. Vele kerken binnen de G.O.S. kunnen niet begrijpen dat de synode van de GKN nooit tuchtmaatregelen heeft genomen tegenover Kuitert en dat Wij& rsinga, wiens alternatieve visie op de verzoening inderdaad afgewezen is op de synode van Maastricht 1975 —1976, ongestoord zijn opvattingen kan blijven ventileren (bijvoorbeeld in zijn boeken ]e kunt beter geloven en Doem en daad). Het rapport over het schriftgezag God met ms (1980) heeft meer vragen opgeroepen dan beantwoord.
Bij velen bestaat de stellige indruk dat in dit rapport tekort gedaan wordt aan de absolute autoriteit van Gods Woord en dat er gemakkelijk misbruik van kan worden gemaakt om allerlei moderne theologische opvattingen te legitimeren. Grote onrust is er ook over het pastorale advies dat de GKN - hebben gegeven inzake homofilie. De synode van Delft (1980) heeft immers duidelijk gesteld dat homoseksuele praxis niet mag worden veroordeeld en dat ambt en avondmaal openstaan voor hen die ook op lichamelijke wijze uitdrukking geven aan hun homofiele liefdesrelatie. Nu had de G.O.S. van Nimes 1980 al uitgesproken dat homoseksuele praxis als zonde moet worden beschouwd en zo stonden de standpunten van (de meerderheid van) de G.O.S. en van de GKN dus lijnrecht tegenover elkaar.
De grote vraag is nu: kunnen de GKN wel lid blijven van de G.O.S.? En als de GKN lid blijven, kan de G.O.S. dan zijn karakter wel bewaren? Wordt de G.O.S. dan niet tot een forum waarbinnen men allerlei theologische beschouwingen vrijblijvend kan uitwisselen? Maar als dat laatste het geval is, wat is dan nog het bestaansrecht van de G.O.S.? Er is immers al een Wereldraad van kerken en er is een wereldbond van hervormde kerken (W.A.R.C.), waarbinnen men naar hartelust kan discussiëren in grote vrijheid en verscheidenheid. De zin van de G.O.S. is juist dat deze een confessioneel bepaalde vorm van oecumene wil zijn, waarbij de deelnemende kerken elkaar dan ook mogen aanspreken op het gereformeerde belijden en elkaar waar nodig tot de orde mogen roepen!
Het is duidelijk dat de GKN voor die opvatting van oecumene niet voelen. De meeste theologen van de GKN voelen zich in de kringen van de Wereldraad als vissen in het water, maar in de G.O.S. als vissen in het zand. In Nimes zat de delegatie van de GKN in de beklaagdenbank, in Chicago moest zij een heel requisitoir aanhoren. Geen benijdenswaardige positie! Maar als de G.O.S. is wie zij zegt te zijn, moet zij wel streng optreden tegen een kerk die al verder afwijkt van Schrift en belijdenis.
Stevige uitspraken
De G.O.S. Chicago 1984 heelt een aantal stevige uitspraken gedaan, die op niet mis te verstane wijze de GKN de wacht aanzeggen. De synode heeft haar overtuiging en verontrusting tot uitdrukking gebracht dat de GKN zich op bepaalde punten verwijderen van het getuigenis van de Schrift en van het wezenlijke (de substantie) van de gereformeerde belijdenisgeschriften. De tucht wordt binnen de GKN niet voldoende gehandhaafd. Het studie-rapport 'God met ons' is opgevat als verwarrend en leidend tot ondermijning van het absolute gezag en de volstrekte betrouwbaarheid van de Schrift, in het bijzonder door de formulering dat de waarheid relationeel zou zijn en doordat dit rapport nalaat een heldere onderscheiding te maken tussen inspiratie (het werk van de Heilige Geest in de bijbelschrijvers) en illuminatie (het werk van de Geest in alle gelovigen). Zowel het rapport Homofilie (in het bijzonder hoofdstuk 4) als het boekje In liefde trouw zijn (dat gebruik maakt van een relationele opvatting van de waarheid), suggereren een spanning tussen de liefde en de wet van God, ofwel dat de andere geboden van de Schrift in verhouding tot het gebod van de liefde slechts een relatieve en illustratieve betekenis zouden hebben.
De G.O.S. bevestigde nog eens haar overtuiging dat alle homosexuele praxis zonde is. Dit werd gedaan in uitdrukkelijke confrontatie met het reeds genoemde pastorale advies van de GKN. Zelfs deed de synode een appèl op de GKN om het oor te lenen aan de teleurstelling en ontgoocheling van de G.O.S.-kerken en om het pastoraal advies inzake homofilie terug te trekken ('withdraw'). Voorts werd gesteld (als stok achter de deur): 'dat indien de GKN niet in staat zullen zijn hun positie te wijzigen, zij ernstig in overweging moeten nemen dat verschillende kerken het moeilijk zullen vinden om tezamen met de GKN in de G.O.S. te blijven.'
Van de GKN wordt vóór juni 1986 een schriftelijk antwoord verwacht op deze uitspraken.
Een minderheidsrapport dat een belangrijke stap verder wilde gaan door de GKN een ultimatum te stellen, haalde het net niet (28 stemmen voor, 28 stemmen tegen, 1 onthouding. Hierbij hadden de 4 stemhebbende gereformeerde delegatieleden zeil meegestemd!). Maar de stemverhouding sprak duidelijke taal. De plaats van de GKN in de G.O.S. is uiterst problematisch geworden. Wanneer de GKN niet veranderen ten goede door een terugkeer naar Schrift en belijdenis en zij blijven toch hun plaats binnen de G.O.S. claimen, dan zullen zij uiteindelijk de G.O.S. doen bezwijken aan de kwaal van innerlijke tegenstellingen.
De sympathieke en bekwame praeses van de synode, ds. J. P. Galbraith, zei in zijn slottoespraak ondermeer het volgende: „Wij kwamen met vrees. Wij wisten dat er grote spanningen waren... Wij hebben getracht leden van onze familie hulp te bieden. Op zeer besliste wijze heeft de syonde haar gereformeerde karakter gehandhaafd. We gaan voorwaarts op de basis van de Schriften en van de gereformeerde belijdenissen. We mogen onze baard hebben afgeschoren, maar we handhaven ons karakter... Alleen, dit alles staat op papier. Hoe zal het in werkelijkheid zijn? Synode, het is aan u om dat papier tot levende realiteit te maken!"
Reaktie van de GKN-delegatie
Daags na de felle en bewogen debatten over de positie van de GKN, las dr. Kouwenhoven als voorzitter van de GKN-delegatie in de synodevergadering een verklaring voor met de volgende inhoud:
„De delegatie van de GKN wil uiting geven aan zijn gevoelen van verontwaardiging en teleurstelling over de discussie en de beslissing van gisteren.
1. Gevoelens van verontwaardiging — de G.O.S. heeft haar beschuldigingen ten aanzien van ons pastoraal advies inzake homosexuele leden van onze gemeenten alleen maar herhaald. Noch de adviescommissie noch de synode zelf heeft het exegetisch materiaal van ons report Homofilie besproken, hoewel de G.O.S. in Nimes beloofd heeft de GKN hulp te bieden door middel van een studie over homosexualiteit en de Bijbel.
2. Gevoelens van teleurstelling ten aanzien van de richting waarin de G.O.S. zich beweegt. 'Richting' zowel in de theologische als kerkelijke zin van het woord. We zijn zeer teleurgesteld over de geestelijke houding van de G.O.S., die niet in staat blijkt enig respect te tonen voor een lid-kerk, die zich geroepen weet pastorale zorg te bieden aan homosexuele leden van de kerk."
Wat van deze verklaring te zeggen? De synode nam hem voor kennisgeving aan en de praeses ging er met geen woord op in. Als waarnemers van de Geref. Bond hebben we tezamen met ds. G. v. d. Brink en ds. A. van der Dussen van de Nederlandse Gereformeerde Kerken, en met ds. A. Baars en ds. C. A. Schouls van de Free Reformed Church in North America een reaktie geformuleerd, w r aarin ondermeer het volgende wordt gezegd: „De verklaring van de GKNdelegatie maakt naar onze overtuiging duidelijk dat deze zich onwillig betoont om het ernstige appèl ter harte te nemen, dat is uitgegaan met het oog op de theologische ontwikkeling en het kerkelijk beleid in hun eigen kerken en de functie van de gerefor-
meerde belijdenis daarin. De ernst van de situatie wordt versluierd wanneer de waarschuwingen ten aanzien van de ontwikkelingen in de GKN worden gepareerd door de suggestie dat de G.O.S. zichzelf zou bewegen in een andere richting dan die waarin zij oorspronkelijk ging. Als we het volle gewicht willen geven aan onze belijdenis dat de Schriften de enige bron en regel zijn voor alle theologische doordenking en kerkelijk beleid, dan is het duidelijk dat eerlijk en diepgaand zelfonderzoek thans noodzakelijk is voor alle kerken van de G.O.S., met inbegrip van de GKN."
We zouden kunnen zeggen: de GKN weigeren schaamrood te worden. Dr. Kou wenhoven heeft reeds voor de pers verklaard dat er geen denken aan is dat het beruchte pastorale advies zal worden ingetrokken. Men verschuilt zich achter pastorale bewogenheid voor homofiele naasten. Maar in feite is het gezag van de Schrift in het geding! En zij die homosexuele praxis op grond van de Schrift als zonde moeten afwijzen, willen niet minder pastoraal en niet minder bewogen met de homofiele broeders en zusters omgaan!
Mr. De Gaay Fortman heeft een vergelijking getrokken met Assen 1926. In de wijze waarop de G.O.S. de Schrift hanteert, loopt deze 60 jaar achter! De GKN zouden veroordeeld zijn op grond van boeken die niemand gelezen heeft. Alsof de betreffende boeken en rapporten niet grondig bestudeerd zouden zijn door het Interim Committee en door vele theologen die in Chicago aanwezig waren! En alsof het gereformeerde Schrift - geloof achterhaald zou zijn door de ontwikkelingen van de moderne tijd. Het optreden van de GKN tegenover dr. Geelkerken en de zijnen in 1926 is een hoofdstuk apart. Maar het gaat niet aan de protesten binnen de G.O.S. tegen een liberale visie op de Schrift in de huidige GKN daarmee gelijk te stellen!
Als de GKN zo weinig bereid zijn te luisteren naar een bewogen appèl vanuit de internationale gereformeerde wereld, dan moeten we ons als gereformeerden in de Hervormde Kerk ook maar geen illusies maken dat er in het Samen-op-weg-proces serieus naar onze stem geluisterd zal worden !
Na mijn waarnemingen in Chicago ben ik ten aanzien van 'Samen op weg' nog somberder gestemd dan daarvoor reeds het geval was. Als hervormd-gereformeerden voelden we ons samen op weg met prof. Velema van de chr. geref. delegatie, met mannen broeders van de Orthodox Presbyterian Church in Amerika, van Nieuw-Zeeland en Australië, van Zuid-Afrika in menig opzicht — maar niet met de gereformeerden, hoeveel waardering we ook hebben voor de persoonlijke stellingname van prof. dr. K. Runia en van dr. J. Vlaardingerbroek.
Ook moet de vrees worden uitgesproken dat de GKN in de G.O.S. zullen willen blijven, niet om zich iets aan te trekken van het appèl en van de vermaningen die tot hen uitgaan, maar omgekeerd om hier een theologisch afzetgebied te vinden. Met name de afgevaardigden van de 'jonge kerken' uit Afrika en Indonesië zijn vatbaar voor de verleidingen van de moderne theologie. Wat dat betreft werkt de tijd in het voordeel van de GKN! Bovendien blijkt de 'Christian Reformed Church in North-America' met geringe achterstand in het kielzog van de GKN te volgen. Zo ziet het er somber uit voor de waarlijk gereformeerde oecumene...! Vele andere zaken.
Al kreeg de kwestie rond de GKN het leeuwendeel van de aandacht, toch kwamen er in Chicago nog vele andere zaken aan de orde. Een goed rapport over de 'Mensenrechten' werd aanvaard, alsook een geschrift over de ontwikkelingen van de technologie. Scherpe uitspraken inzake apartheid deden nauwelijks onder voor wat de W.A.R.C. in Ottawa eerder terzake verklaarde. Het zal de vraag zijn wat de reaktie van de blanke afrikaanse kerken is. Mogelijk trekken zij zich uit de N G.O.S. terug. Hopelijk gaan ze niet zover en trekken ze zich terechte kritiek aan. Als u mij vraagt wat de belangrijkste ervaring is van zo'n synode, dan is dat toch wel de ontmoeting met zovele broeders uit andere culturen die temidden van geheel verschillende situaties staan voor dezelfde grote opdracht van de evangelieverkondiging, ja van het leven als kinderen van het koninkrijk Gods. In deze ontmoetingen openen zich perspectieven en vallen grenzen weg. Je krijgt oog voor het wereldwijde werk van de Koning der Kerk en de rijke geschakeerdheid binnen de gemeenschap der heiligen. Ik had deze ervaring niet graag willen missen! Veenendaal.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 24 augustus 1984
Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 24 augustus 1984
Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's