Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een verschrikkelijke passage in de  Pinksterprediking

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een verschrikkelijke passage in de Pinksterprediking

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

KOL-OMMETJE

De Zon der Gerechtigheid is dit kerkelijk jaar weer boven ons opgerezen en ging weer voor onze ogen in heerlijkheid op. Van Advent tot Pinkster zagen wij de Bruidegom uittreden uit Zijn slaapkamer en als een Held, bij Wie hulp beschoren is, vrolijk het pad lopen tot het einde. Wij glijden nu weer in de donkere althans niet door heugelijke herdenkingen van grote heilsfeiten verlichte helft van het kerkelijk jaar binnen. Uitziende naar het staan van de Zon des heils aan de kimmen.

— o — Vele keren komt de bedroevende en vrees verwekkende vraag naar voren of het nog zin heeft en zegen biedt ons aan dat kerkelijk jaar te laten gelegen liggen. Immers gingen wij niet — op langere termijnen bezien — het huiveringwekkend atoom-tijdperk in? Het voor algemeen gebruik en begrip nog niet erg oude woord atoom drukt het nog zacht uit. Hardere verwanten als nucleaire bewapening en kruisraket namen de representatie over. Eeuwen gold dat de bestendige en zalige dingen niet door kracht en niet door geweld, maar door Gods Geest geschieden. Moeten wij ten einde niet verbijsterd en voorgoed teleurgesteld vaststellen: Niet door Gods goede Geest, maar door kolossale krachten en mateloos oergeweld zal al wat geschiedt oohouden? — o —

Heel dicht naderen wij schrijvende en lezende elkaar, wanneer wij ons afvragen of al niet de atoomeeuw en zelfs de brandende ondergang van heel deze wereld en alle elementen gelegd is in de mond en prediking van de grote Pinksterapostel Petrus. Het zijn een paar teksten, waarover en zeker niet uitsluitend gepreekt en gemediteerd wordt op de laatste vier dagen van het kerkelijk jaar. „En Ik zal wonderen geven in de hemel boven, en tekenen op de aarde beneden, bloed en vuur en rookdamp. De zon zal veranderd worden in duisternis, en de maan in bloed, eer dat de grote en doorluchtige dag des Heeren komt." Lezen wij er heel dikwijls niet overheen en aan voorbij? Toch maken deze woorden de boodschap van de uitstorting van de Heilige Geest ontzagwekkend realistisch en werkelijk.

— o — Bloed en vuur en rookdamp. Het is alsof wij de beruchte en geduchte zogenaamde paddestoel van de atoombom voor ons zien. De hemelhoge zuil op de plaats van het algeheel vernietigend onheil. Het is een kleine apocalyps in de blijde tijding van de vervulling van de belofte van de Vader.

Petrus staande met de elven had dit éne nog vers in gedachten. Hoeveel dagen pas zou het geleden zijn dat hun lieve Meester voorzegd had aan Zijn discipelen: „En terstond na de verdrukking dier dagen zal de zon verduisterd worden en de maan zal haar schijnsel niet geven, en de sterren zullen van de hemel vallen, en de krachten der hemelen zullen bewogen worden. En alsdan zal in de hemel verschijnen het teken van de Zoon des mensen en dan zullen al de geslachten der aarde wenen en zullen de Zoon des mensen zien, komende op de wolken des hemels met grote kracht en heerlijkheid!" — o —

Als de angstaanjagende kernwapens ter sprake komen — want wij leven in de spanning van „the balance of terror"; het evenwicht van de afschrikking — zijn er zeer velen nog zo christelijk en bijbels om achterwaarts te vluchten. Naar het grote gegeven van de schepping. Want wonderlijk genoeg blijkt de wereld dan toch ineens geschapen te zijn, alle evolutie-theorie ten spijt. De goede God heeft ons de goede schepping niet toevertrouwd om die fundamenteel te vernietigen.

Mijn vraag is evenwel of wij er niet oneindig beter aan zouden doen naar voren te vluchten. Naar de voleinding. Naar de hèrschepping. „En het zal zijn, dat een iegelijk, die de Naam des Heeren zal aanroepen, zalig zal worden." Dat zal zijn zo waarachtig God Jahwe heet. Het is het allerbeste in de genoemde situatie het zekere te kiezen voor het onzekere. Hoe aktueel is de Pinksterprediking! Uiteindelijk immers is de Heilige Geest de Geest van de vernieuwing. Bedoelde passage, waarover wij kort nadachten, duidt de grote passage die deze tegenwoordige wereld wacht naar de nieuwe hemel en naar de nieuwe aarde. Zo hebben wij vreselijke dingen in gerechtigheid gehoord, doch zijn er ook alle reden en vaste grond om blij te zingen van het heil voor ons

bereid. (Ps. 65)

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 15 juni 1984

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's

Een verschrikkelijke passage in de  Pinksterprediking

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 15 juni 1984

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's