Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

KLEINE KRONIEK

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

KLEINE KRONIEK

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Een gelovige: u dus

Dat stond boven een artikel in „De Banier" van 1 maart geschreven door de voorlichtingssecretaris van de SGP, dhr. M. Dankets uit Den Helder. Omdat wat in dit artikel werd geschreven ons uit het hart gegrepen is, neem ik het in deze rubriek in z'n geheel over. We citeren als volgt:

Het volgende gebeurde: ergens in Nederland zou een scholengemeenschap een „vredesdag" houden. Eén van de punten van het programma zou een discussie zijn, gevolgd door een forum. Op de een of andere manier werd ook de SGP uitgenodigd en een goede vriend van mij (één van de vele in de SGP) zou op de bewuste dag onze partij daar vertegenwoordigen. Telefonisch, zoals dat tegenwoordig gaat, en in principe werden de afspraken gemaakt. De zaak leek in kannen en kruiken. Toch kwam er een kink in de kabel. Er kwam een afbericht van mijn goede vriend. Schriftelijk. Wat schreef hij?

, , ... Na een telefonische toelichting van het ... - college wat de bedoeling was heb ik toegezegd te komen, onder voorbehoud dat mij eerst het programma zou worden toegestuurd.

Welnu, gelezen het programma, ben ik van mening dat wij hier geen taak hebben als SGP-er. Het is uitsluitend om een gelovige te doen, en dat ben ik juist niet. Het lijkt mij verstandig ook voor het voorlichtingscentrum vooraf de programma's te vragen. Dit om teleurstelling te voorkomen."

Ach, wat schrok ik. Hoewel ik daar nooit met mijn vriend over gesproken heb, hoop ik toch dat hij juist wèl een gelovige is, ondanks zijn stellige bewering van liet tegendeel. Ja, misschien is het wel zo dat dat hoe hardnekkiger hij het ontkent, hoe stelliger ik het van hem geloof. Je hebt meer mensen wier spraak hen openbaar maken.

Bijgevolg prijs ik mijn vriend niet om zijn afbericht. Althans niet om zijn motivering. Och, heel dikwijls is het lang geen benijdenswaardige taak om de beginselen en standpunten van onze partij bij allerlei evenementen uit te dragen, toe te lichten, te verdedigen, dat weet ik uit ervaring. Ik kan het best begrijpen als sommige partijgenoten, kennis genomen hebbende van al de zotheden in het desbetreffende programma, er van af zien om op zo'n ijdelheidskermis paarlen voor de zwijnen te werpen. Maar dan is de reden van de weigering, ofschoon er ook nog wel wat op af te dingen is, toch een andere dan deze keer het geval was.

Om de lezer het totaalbeeld zuiver voor ogen te laten hebben, laat ik hier de inhoud van de handgeschreven brief van de uitnodigende leerling zien, die mijn vriend ontving en waarop hij de conclusie trok dat hij althans niet de man was die namens de SGP naar die vredesdag moest gaan.

Geachte heer, Hieronder volgt het programma van de vredesdag op 1 februari. 10.30: alle sprekers komen

11.00—13.00: sprekers + toneelstuk A. J. 13.00—13.30: lunch 13.30—14.30: forum 14.30—16.00: film + discussie 16.00—16.30: Jaroslav (een jongen die gitaar speelt) hierna: eten + Jaroslav

Tot 11.00 uur hebben de leerlingen gewoon les. Van 11 uur tot kwart over 11 hebben ze pauze. Daarna zijn er 2 uren met sprekers. Het eerste van 11.15 tot 12.05. Het tweede van 12.20 tot 13.00.

U (en de andere sprekers) krijgen een groep van ± 25 leerlingen, die voor dat bepaalde onderwerp gekozen hebben. Bij elke groep komt op z'n minst één leerkracht. Na een inleiding is het de bedoeling dat er een diskussie komt. (Een inleiding door u gegeven dus).

Van half 2 tot half 3 is het forum. Daarin nemen 6 personen plaats, n.1.: — een rechter — een kraker — een kolonel — een dienstweigeraar — een gelovige (u dus) — een anarchist Dit wordt voorgezeten door een leerkracht.

Ik hoop dat u zo genoeg informatie heeft. Wij zouden u graag op woensdag 1 febr. tussen half 11 en kwart voor 11 op het ...-college ontvangen. Bij de hoofdingang.

Als u verhinderd bent of als u meer informatie wenst kunt u kontakt opnemen met Marije, tel.: ... De hartelijke groeten van de vredeswerkgroep. P.S. Reiskosten worden vergoed.

Het is wel een tere vraag als wij nu nog bezien of wij op de vraag van „de wereld" of wij een gelovige zijn „ja" moeten zeggen. Persoonlijk denk ik van wel, anders zou ik dit stukje niet hebben geschreven. Laten wc ons indenken hoe dat in die klas is gegaan.

Wellicht heeft één van de leerlingen de moed gehad om aan te voeren: „Ja maar, gelovige mensen denken daar anders over. Om eerlijk te zijn zouden we ook iemand die gelovig is moeten uilnodigen." Bijval. Ja, ja, een gelovige. Maar waar vind je vandaag dc dag nog gelovigen? „Bij de SGP" oppert er een. „De SGP, wat is dat? " Een politieke partij, die tegen naaktstranden en crematie en samenwonen enzo is." , , 0 juist ja. En zijn dat gelovigen? " Zover ik weet wel. Zullen we proberen er mee in contact te komen en dan iemand ervan uitnodigen? "

Zó kan het gegaan zijn. Denkt u dat in. Vindt u niet dat wij ons dan wel driemaal moeten bedenken eer we op zo'n uitnodiging niet ingaan? Het woord „vaandelvlucht" valt wel eens onder ons. Is hier geen sprake van vaandelvlucht? Als die opgeschoten, verheidenste jeugd ons nu vraagt of wij echt gelovigen zijn, moeten wij dan niet voor de enige NAAM opkomen? En er eerlijk voor uitkomen dat wij althans in de Jezus van de Bijbel geloven? Wat wij persoonlijk in de eenzaamheid voor Gods troon afworstelen, dat hoef je ze niet te vertellen, maar wel dat Hij onze enige hoop is, dat Hij een vrede in ons hart geeft die oneindig groter is dan de vrede waarvan zij dromen.

Geen KGB

Bovendien, wat kan er gebeuren? In het ergste geval gniffelen ze een beetje over het absurde verschijnsel dat een verder toch wel gewoonverstandig man er zo'n naïef geloof op na houdt en komen ze met het argument dat Jezus van Nazareth gezegd heeft dat we zelfs voor onze vijanden lief moeten zijn. Ik weet bij ervaring hoe blasfemisch het klinkt als ze die lieve NAAM zo ijdel op de lippen nemen, maar moeten we daar hooghartig gaan staan? Moet er ook niet iets van de bewogenheid om onze verblinde medeschepselen in ons hart zijn? Maar gevaar voor lijf en goed lopen we niet. Nog niet! Ja, wie weet grijpt God er een in zijn hart! Als onze verbanning naar Siberië of verwijzing naar een psychiatrische inrichting er eens van af hangt? Denkt u zelf in op het kantoor van de KGB. „Bent u een gelovige? " „Ja? " — „Linkerdeur — Siberië. „Neen? " — „Rechterdeur, vrij, los, naar huis".

Hem verloochenen? Hem, Wiens roepstem we zo vaak gehoord hebben? Van Wie we weten dat Hij de eniggeborene is des Vaders, vol van genade en waarheid? Of zullen we dan Zijn smaadheid dragen?

Neen, vrienden, ik denk dat het goed zou zijn om de geschiedenissen van de martelaren nog eens te lezen, of van de Schotse Covenanters, of het relaas van mevr. Visky in het RD van 11 febr. 1984. Laten we de smart van de gemeente nog eens meebeleven als het bericht kwam van sommigen dat ze bezweken waren en hun geloof herriepen.

Ik geef toe, het is wel erg „in" bij ons om te zeggen: „Een gelovige, dat ben ik nu net niet." Ik weet: als je 't zo poneert word je hoger aangeslagen dan wanneer je spreekt van de hoop die in je is. Maar alles wat onder ons gangbaar is is daarom nog niet goed. Laten we, als de gelegenheid zich voordoet en het zonder bezwaar nog kan, eenvoudig opkomen voor de beginselen van onze partij en getuigen van ons geloof. Niet in eigen kracht, maar in de kracht van Hem, in Wien wij geloven. Hem tegelijkertijd biddende om onze ongelovigheid te hulp te komen. Zó zijn we, dacht ik, pas echt een getuigenispartij. En Hijzelf sta ons en onze kinderen terzij in de bange uren, die mogelijk nog komen!

Tot zover het artikel uit „De Banier". Ik schreef al van m'n hartelijke instemming met deze woorden. Signaleren we hier een stukje machteloosheid en krachteloosheid die onder ons de kracht van het getuigenis breekt? We kunnen wel ferme woorden spreken en zeggen te strijden voor de Schriftuurlijke principia in kerk en maatschappij, maar de kracht ervan wordt stuk gebroken door geestelijke doodsheid en dorheid. Terwijl laatstgenoemde dorheid soms nog meer waardering vindt dan een levend getuigenis. Daarom: acte van dit pastoraal en bewogen vermaan in „De Banier".

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 maart 1984

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's

KLEINE KRONIEK

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 maart 1984

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's