De plaats van Zwingli in de Reformatie
In de geschiedenis van de Kerk, niet in het minst ook die van de eeuw van de Reformatie, de 16e eeuw, blijkt de genade en de trouw van de Koning van de Kerk, onze Heere Jezus Christus, Die Zijn Kerk vergadert, beschermt en onderhoudt.
Het zou wel bijzonder misplaatst zijn wanneer een Reformatieherdenking in mensverheerlijking zou eindigen. Mannen als Maarten Luther, Johannes Calvijn en Huldrych Zwingli hebben zichzelf gezien als nederige en geringe instrumenten in Gods hand. Fel zouden zij zelf protesteren tegen een soort 'protestantse heiligenverering', wani'bij het grondbeginsel van de Reformatie, het solo Christo, door Christus alleen!, wordt verloochend — en dat onder de schijn van de Reformatie te gedenken en hoog te waarderen!
Het is echter een andere zaak wanneer wij dankbaar erkennen tot welke grote dingen de HEERE deze instrumenten heeft willen gebruiken en hoeveel vrucht en zegen is gevolgd op hun nederige dienst. Luther, Calvijn, Zwingli — die drie namen zijn het meest bekend en worden het meest genoemd, als het gaat over de Reformatie. Wie zich wat méér verdiept in de kerkgeschiedenis komt nog vele andere namen tegen, zoals die van Melanchton, Bullinger, Bucer, Oecolompadius, Farèl, enzovoorts, en kan zich er alleen maar over verwonderen dat de HEERE zó krachtig gewerkt heeft door Zijn Geest en zóveel krachtige helden heeft aangegord om de goede strijd te strijden. Maar het genoemde drietal kreeg de voornaamste rol te spelen en de ingrijpendste beslissingen te nemen in deze internationaal om zich heen grijpende Reformatie-beweging. Onder ons is dan Zwingli altijd veel minder bekend dan Luther en Calvijn. De Zwitserse kerkhervormer blijft wat in de schaduw. Misschien staat hij zelfs onder verdenking van dwaalleer. Een bepaalde interpretatie van Zwingli heeft daartoe bijgedragen. Bekend is dat de principieel-vrijzinnigen in de Nederlandse Hervormde Kerk zich op Zwingli beroepen.
Als de zogenaamde Zwinglibond zo vrijzinnig is, zou dat dan niet althans voor een déél op Zwingli teruggaan?
Toch is het beslist onjuist Zwingli als een nationalist of een vrijdenker af te schilderen. Integendeel, in de kern van de zaak, waar het in de Reformatie om ging, is het eensgeestes (want door één en dezelfde Geest geleid) met Luther en Calvijn. Graag wil ik dan ook in dit artikel uw aandacht vragen voor „de plaats van Zwingli in de Reformatie".
Op 11 oktober 1531 sneuvelde Zwingli in de 2e slag bij Kappel. Wie was deze man die niet alleen zijn leven mocht stéllen in dienst van het evangelie, maar ook het leven heeft gelaten voor de goede zaak? Huldrych werd 1 januari 1484 geboren als burgemeesterszoon in het dorp Wildhaus, bij de Bodensee. Na zijn studententijd, doorgebracht in Wenen en Basel, werd hij pastoor te Glarus. Daar bleef hij tien jaar van 1506 — 1516. Het was de tijd waarin Luther als monnik hevig worstelde om het evangelie van Gods genade in Christus te leren verstaan. Zwingli heeft later verklaard dat hij vanaf het jaar 1516 het zuivere Evangelie heeft gepredikt. Bij hem horen we niet zozeer van een aangrijpende worsteling en zeker niet van een plotselinge doorbraak, een 'Turmerlebnis' als bij Luther — maar als een langzaam maar zeker doorbreken van het evangelielicht. In de pastorie van Glarus bleef Zwingli namelijk ijverig aan de studie — en zo kwam hij via de geschriften van de kerkvader Augustinus tot een nieuw en
verrassend verstaan van de brieven van Paulus. Zwingli ging zien hoe een zondaar zalig wordt, namelijk sola fide, door het gelóóf alleen, en de vrucht van dit geloofsinzicht was een heldere verkondiging van de Christus als de volkomen Zaligmaker. Tóch was daarmee nog niet een definitieve breuk met de kerk van Rome gegeven. Integendeel, Zwingli werkte nog van 1516 — 1518 als pastoor te Maria Einsiedeln, waar hij overigens steeds meer oog kreeg voor de misstanden en de afgoderij in het kerkelijk leven. Einsiedeln was namelijk een pelgrimsoord met als 'trekpleister' een wonderdadig Mariabeeld. Het is typerend voor Zwingli's grenspositie tussen twee werelden, dat hij enerzijds steeds nadrukkelijker waarschuwde tegen bijgeloof, maar anderzijds de pelgrims moest opvangen en begeleiden. Tot een breuk met Rome kwam het pas in Zürich, waar Zwingli vanaf 1519 als priester werkzaam was. Op 1 januari 1519, precies op zijn vijfendertigste verjaardag, hield hij zijn eerste preek in Zürich. Vóór de dienst maakte hij bekend dat hij zou preken volgens de methode van de lectio continua, dat wil zeggen dat hij in doorlopende lezing hele bijbelboeken wilde doornemen. Begonnen werd met het evangelie van Mattheüs om dat, zoals hij zelf zei: 'met de Heilige Schrift zélf uit te leggen en niet met menselijke willekeur, alles tot eer van God en Zijn eniggeboren Zoon, onze Heere Jezus Christus, en tot het rechte heil der zielen en tot
onderricht van vrome en flinke mensen'. Vanaf die tijd deed het Woord zijn werk vanuit de Groszmünster, de domkerk te Zürich. Na Mattheüs werd het boek Handelingen behandeld op dat 'de kerk van Zürich zou zien op welke wijze en door wie het evangelie is verbreid en verkondigd'. Daarna 1 Timotheüs 'want daarin staan als het ware de normen voor de christelijke zede', vervolgens de brief aan de Galaten, om nog eens goed duidelijk te maken wat gelóóf eigenlijk is, en dan 2 Timotheüs, 1, 2 Petrus, vervolgens Hebreeën: 'Men moest Christus' heilsdaad en Zijn heerlijkheid beter leren kennen'. Christus is immers onze Hogepriester. 'In gewone Zwitserse woorden heb ik velen tot de kennis van Christus' wonder gebracht, door Christus zelf geleerd, die hieruit zijn preek liet ontstaan.'
Reformatorische doorbraak
Deze gestage en getrouwe prediking kon de stad Zürich niet onberoerd laten. Het Woord moet rumoeren, heeft Luther eens gezegd. Het evangelie wil door desemen. Het dringt en drijft door alle lauwheid en wankelmoedigheid heen tot een besliste en vastberaden keuze. Voor Zwingli zelf is een pestziekte die hij in 1519 doorstond van betekenis geweest, daar de Heere die nood gebruikte om hem te brengen tot vaster geloofsovertuiging en tot een radicale overgave in de dienst van God. Een ontroerend lied dat hij in die tijd gemaakt heeft, legt daar getuigenis van af.
In het jaar 1522 kwam het tot reformatorische daden. Het begon in Zürich merkwaardigerwijze met het eten van worst. 'Een aantal mensen was in de vastentijd bijeengekomen in het huis van de boekdrukker Froschauer. Ook Leo Jud was er bij. Zwingli was eveneens uitgenodigd, maar wist niet wat er zou gebeuren. Dat bleek reeds spoedig. Men had worst laten halen en alle aanwezigen aten ervan, niet om het eten op zichzelf, maar om bewust het vastengebod te overtreden en op deze wijze te getuigen van de vrijheid van een christen en tot lofprijzing van God, die hem „uit de Babylonische gevangenschap van de pauselijke boeien had verlost."
Zwingli die zelf niet had meegegeten, bracht de zaak op de kansel ter sprake. Hij rekende af met de vastengeboden als willekeurige menselijke bepalingen. In diezelfde tijd keerde hij zich tegen de celibaatsverplichting voor de geestelijkheid. In het voorjaar van 1522 was Zwingli trouwens reeds in het geheim in het huwelijk getreden met Anna Reinhardt.
Op 29 januari 1523 had een dispuut plaats in het raadhuis van Zürich. Een godsdienstgesprek op initiatief van de plaatselijke overheid. Het was een belangrijk gebeuren — waarbij enerzijds Zwingli, anderzijds de vertegenwoordiger van de bisschop van Konstanz, Johann Faber, met diens secondanten, in het krijt zouden treden. Aan de hand van de uitslag van dit dispuut zou worden bepaald of de stad Zürich zich voortaan zou opstellen aan de kant van Rome of aan de zijde van de Reformatie. Zwingli had plaats genomen achter een tafel met voor zich de bijbel in het latijn, in het grieks en het O.T. in het hebreeuws.
Veelzeggend genoeg: de Schrift is 'summa iudex controversiarum, sui ipsius interpres'. (hoogste rechter in alle geschillen, zijn eigen uitlegger). Géén rechter wil ik hebben dan de H. Schrift... en éér gij mij één artikel omvèrwerpt, moet de aarde vergaan.' Zo stond Zwingli sterk vanuit het reformatorische sola scriptura. Stérker dan zijn tegenstanders die het onderspit moesten delven. De stadsraad besliste in elk geval dat 'Meesster Ulrich Zwingli' het pleit had gewonnen. Hij mocht vrijuit voortgaan met de Evangelieprediking. 'Zo was Zürich op eenmaal, althans in principe, een evangelische stad geworden.
Voor dit dispuut van 1523 had Zwingli 67 stellingen opgesteld, de Schlussreden, later in een uitvoerig boek van zijn hand, Uszlegen und Grund, becommentarieerd.
Afbakening
'De plaats van Zwingli in de Reformatie.' Ik wil deze plaats nog wat meer afbakenen door een korte aanduiding te geven van de verschillende fronten waarop hij zich bewoog. Allereerst natuurlijk de Rooms-Katholieke Kerk, waarbij Zwingli met Luther en Calvijn aan hetzelfde front staat. Maar dan ook meer en meer 'de radicale vleugel in de reformatie', de Dopersen, zoals Konrad Grebel, Felix Mantz en Baltho Hubmaier, die vonden dat Zwingli veel te langzaam en te voorzichtig te werk ging. Bovendien wensten deze radicalen een zuivere kerk te stichten, een gemeenschap waarin het ideaalbeeld van Hand. 2 zou worden nagevolgd, een christengemeente waarin men weer 'alle dingen gemeen' zou hebben. Men distancieerde zich daarbij krachtig van de Overheid, die immers toch niet wenste te reageren volgens de maatstaf van de Bergrede.
Het moet Zwingli pijn hebben gedaan dat zich hier met vroegere vrienden en medestanders een breuk voltrok. Maar hij kon niet meegaan met deze radicalen. Van grote betekenis (en ook van bijzonder actuéle betekenis) is de preek die Zwingli op 24 juni 1523 hield over 'de goddelijke en de menselijke gerechtigheid'. De absolute eisen en normen van Gods wet 'Zijt heilig, want lk, de Heere, bèn heiligzijn verpletterend voor een zondaar. Alleen Christus voldoet aan deze eis, 'want Hij is alleen de advokaat en betaler voor onze zonde in eeuwigheid.' Alleen Gods erbarmen kan ons redden. De Zoon Gods is daarvan ons pand. Toch blijft de Wet Gods overeind. Vanuit het geloof in Christus en de liefde tot God wordt Gods absolute gerechtigheid nagestreefd door de christen (zij het gebrekkig). De overheid echter kan met deze hoge normen niet werken, en wèl vanwege de verdorvenheid van de mensen. Als dienares van God handhaaft de overheid slechts uiterlijke regels. De staat is noodhulp, remedie opdat ons leven niet tot dierlijk niveau zal terugzinken. Op menselijk niveau heeft de staat zijn eigen recht, dat afgeleid is van Gods Wet. Zwingli komt tot deze overwegingen vanuit zijn inzicht in de zondigheid van de mens. Vanuit dat besef kan men niet geloven in de mogelijkheid van een heilsstaat. Ook in 1982 dient in onze kerken opnieuw geluisterd te worden naar deze stem, als heilzaam tegenwicht tegen verpolitiekte prediking, tegen idealisme en optimisme en gevaarlijke naïviteit.
Dan nóg een front: Luther. Een front waarop Zwingli zijns ondanks heeft moeten strijden. Hoewel Luther hem de broederhand niet of nauwelijks wilde reiken (ondanks de ontmoeting in Marburg 1529), is Zwingli de reformator uit Wittenberg toch altijd blijven hoogachten. In de humanist Erasmus zag hij een Eli, die niet rechtuit durfde ingaan tegen en breken mèt het kwaad. Maar Luther was voor hem een Elia, van God gezonden om de christenheid op te richten uit haar diepe val. ^ Anderzijds is Zwingli toch altijd blijven accentueren dat hij de kracht en inhoud van het Evangelie niet via Luther had geleerd, maar rechtstreeks uit het Woord en door de Heilige Geest. We weten dat inzake de avondmaalsleer Luther en Zwingli tegenover elkaar stonden. Zwingli vreesde dat Luther door zijn strikt letterlijke opvatting van de woorden 'HOC EST CORPUS MEUM' (Dit is Mijn lichaam) het volk zou terugleiden naar Rome, terwijl Luther bij Zwingli te weinig eerbied voor het letterlijke Woord en een zich teveel laten leiden door verstandelijke overwegingen ontwaarde.
Tenslotte, en om niet meer te noemen: het politieke front. Binnen het zogenaamde 'Eedgenootschap' stonden de verschillende Zwitserse kantons scherp tegenover elkaar. Sommigen kozen voor Rome, andere voor de Reformatie. Het kwam zóver dat op aandrang van Zwingli Zürich de oorlog ver-
klaarde aan de R.K. kantons, 'de V steden'. Tot tweemaal toe werd slag geleverd bij Kappel, waarbij Zwingli zich als vurig veldprediker in de voorste gelederen bevond. De tweede slag bij Kappel in 1531 liep op een fiasco uit. Zürich leed een gevoelige nederlaag en ook Zwingli sneuvelde op het slagveld. Het lijkt een vreemd levenseinde voor een kerkhervormer. Veel en ten dele terecht is hij bekritiseerd om zijn grijpen naar uiterlijk geweld in de zaken van het Koninkrijk Gods. Maar Zwingli was bepaald geen revolutionair. Het ging hem slechts om één ding: de vrijheid van de evangelieprediking en de heerschappij van de Bijbel over heel Zwitserland. Daar had Zwingli goed en bloed voor over. Het standbeeld van Zwingli achter de 'Wasserkirche' in Zürich toont hem, gehuld in de geleerdenmantel, de bijbel in de hand en rustend op een zwaard. Een tweeledigheid? In elk geval was Zwingli's eigenlijke zwaard' het zwaard des Geestes, dat is Góds Woord.
Zo gedenken we Zwingli. En dan gedenken we de daden des HEEREN, ook door middel van Zwingli gedaan. In dat gedenken zij onze verwachting, voor nu en voor de toekomst op God, Die alléén wonderen doet — op God op Wie Zwingli's verwachting gevestigd stond, zoals blijkt uit zijn bekende lied:
Heer', stuur Zelf het schip der Kerk Sterk is wind en tegenstroom en dat vindt de vijand schoon, die spot
met U en Uw gebod.
God, houd Zelf Uw Naam in eer. Weer met macht de wolf die snood in nacht Uw schapen doodt.
Vergaar
Uw kudde bij elkaar. Help dat hoogmoed ons niet scheidt. Leid ons naar elkander heen, maak ons waar en maak ons één:
dan stijgt een lied dat nooit meer zwijgt.
V.
J. H.
Literatuur: C. A< . Tukker, Vast vertrouwen en Onberispelijk leven (Utrecht 1979); K. M. Witteveen, Het evangelie tussen pacifisme en geveeld (Kampen 1974).
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 19 november 1982
Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 19 november 1982
Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's